Reflectieverslag schrijven

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

timer
1:00
reflectie

Slide 2 - Mind map

Aan het einde van de les
* weet je waar de letters STARR voor staan;
* weet je waarom je moet reflecteren;
* weet je hoe je een reflectieverslag schrijft volgens de STARR-methode.

Slide 3 - Slide

Welke onderdelen komen aan bod?
  • Wat is reflecteren?
  • Waarom moet je reflecteren?
  • Wat is STARR?
  • Hoe schrijf je een goed verslag?

Slide 4 - Slide

Wat is reflecteren?
1. Het terugkaatsen van licht- en geluidsgolven. 
2. Het beschrijven van jouw eigen gedachten en handelingen en de gevolgen daarvan. 


Zien jullie het verband tussen de twee betekenissen?

Slide 5 - Slide

Waarom? 
Door reflectie
  • vergroot je je zelfkennis. 
  • krijg je inzicht in waar je kunt verbeteren en waar je al goed in bent.
  • ga je herkennen wat wel en niet werkt, voor jou en anderen.
  • leer je zien hoe anderen op jou reageren.



Slide 6 - Slide

Cyclus van Korthagen

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Doorlopend proces
Je bent dus nooit klaar met reflecteren! 

Door het nu regelmatig bewust te doen, zul je merken dat het op een gegeven moment vanzelf gaat bij alles wat je doet. 

Een reflectieverslag is een momentopname. 

Slide 9 - Slide

Reflectieverslag volgens de  STARR-methode

Slide 10 - Slide

ONTHOUD
STARR is een  hulpmiddel, een methode.

Reflecteren is immers een continu proces!

Slide 11 - Slide

Conventies

Slide 12 - Slide

TIPS
Je kunt de zin vaak beginnen met  'ik'; een reflectieverslag gaat over jouw handelen 


Slide 13 - Slide

Oefenen: het plaatsen van een wcd

  • Maak zinnen volgens het format dat je ziet verschijnen en vul de zinnen aan. 
  • Het is een heel simpele vorm van verslag schrijven en het kan als basis dienen voor een echt verslag. 


Denk niet te lang na, het is maar een oefening!

Slide 14 - Slide

Situatie:
Ik moest op [wanneer] samen met [wie] [wat] [waar]

Slide 15 - Open question

Taak
Ik moest [wat] met als doel [wat]

Slide 16 - Open question

Actie
Ik [vul in!] en [andere betrokkene] [vul in]

Slide 17 - Open question

Resultaat
Ik heb hiermee bereikt dat [...]
Gevolg was dat [...]

Slide 18 - Open question

Reflectie
Kortom, ik heb mijn doel (niet) bereikt, dus [...]

Slide 19 - Open question

Beoordeling? > werkblad

Slide 20 - Slide

Einde van de les - doel bereikt?
* Weet je waar de letters STARR voor staan?
* Weet je waarom je moet reflecteren?
* Weet je hoe je een reflectieverslag schrijft volgens de STARR-methode?



Teams > bestanden> lesmateriaal > schrijven> voorbeelden> beoordelingsmodel/ STARR-reflectie praktijkopdrachten

Slide 21 - Slide