Pubquiz P1 Hfst. 5 t/m 9

Stageverslag + beoordeling inleveren

Pubquiz!
1 / 37
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Stageverslag + beoordeling inleveren

Pubquiz!

Slide 1 - Slide

Pubquiz P1 Hfst. 5 t/m 9

Slide 2 - Slide

Wat is een vegetarisch dieet?
Meerdere antwoorden mogelijk
A
Wel zuivelproducten
B
Inclusief vis
C
Geen vlees
D
Geen groenten

Slide 3 - Quiz

Wat vermijden veganisten in hun dieet?
A
Fruit
B
Granen
C
Groenten
D
Dierlijke producten

Slide 4 - Quiz

Roken heeft alleen invloed op je longen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Wat is een goede hygiëneregel bij het koken?
A
Handen wassen voor het koken
B
Groente en vlees op dezelfde plank snijden
C
Eten proeven met je vingers
D
Natte vaatdoek op het aanrecht laten liggen

Slide 6 - Quiz

Welke voedingsstof eet je minder bij een natriumarm dieet
A
Peper
B
Suiker
C
Vet
D
Zout

Slide 7 - Quiz

Wat is het kenmerk van een energiebeperkt dieet
A
Minder calorieën
B
Minder eiwitten
C
Minder koolhydraten
D
Minder vet

Slide 8 - Quiz

In welk voedingsmiddel zitten gluten?
A
Brood
B
Fruit
C
Groente
D
Kaas

Slide 9 - Quiz

Bij iemand die een lactoseallergie heeft vervang je de melk in een pannenkoeken recept met
A
Geitenmelk
B
Lactosevrije melk

Slide 10 - Quiz

Voedinsstof
beperkt dieet
Voedingsstof 
verrijkt dieet

Voedingsstof
vrij dieet
Energie en eiwitrijk dieet
Glutenvrij dieet
Energie beperkt dieet 
Natrium beperkt dieet

Slide 11 - Drag question

Wat is het verschil tussen voedselintolerantie en voedselallergie
A
Voedselintolerantie: immuunsysteem wordt actief, acute heftige reactie, kan levensbedreigend zijn Voedselallergie: je kan niet goed tegen een bepaald product maar het is niet levensbedreigend
B
Voedselallergie: immuunsysteem wordt actief, acute heftige reactie, kan levensbedreigend zijn Voedselintolerantie: je kan niet goed tegen een bepaald product maar het is niet levensbedreigend

Slide 12 - Quiz

BMI = Body Mass Index
gewicht : (lengte x lengte)= BMI
Merel is 55 kg en 1.70 lang

Slide 13 - Open question

BMI van een man is te hoog!
Geef een tip voor gezonde voeding om af te vallen Meerder antwoorden mogelijk
A
Kies voedingsmiddelen met weinig vet
B
Gebruik zo min mogelijk toegevoegde suikers
C
Schep kleine hoeveelheden op
D
Wanneer je beter kauwt, worden meer voedingstoffen opgenomen

Slide 14 - Quiz

Wat wordt er bedoelt met het woord "gezondheidsdeterminanten"
A
Factoren die de gezondheid beïnvloeden
B
Factoren om hygiënisch te werken
C
factoren om stress te voorkomen
D
Factoren voor een verantwoord voedingsgedrag

Slide 15 - Quiz

Biologische 
factoren
Voorzieningen
gezondheidszorg
Omgeving
Leefstijl
Beweging
Genotsmiddelen
Opvoeding
Erfelijkheid
Ziekenhuizen

Slide 16 - Drag question

Welvaartsziekte
Geen 
welvaartsziekte
Diabetes
type 2
Obesitas
Keelontsteking
Hart-en
vaatziekten
Griep

Slide 17 - Drag question

Je sociale netwerk kan invloed hebben op je gezondheid doordat ze gezond eten en sporten waardoor de kans groot is dat jij ook gezond eet en sport.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Hoe zorg je voor een gezonde leefstijl?
Meerdere antwoorden mogelijk
A
Genoeg bewegen
B
Verantwoord seksueel gedrag
C
Verantwoord voedingsgedrag
D
Wisselend dagritme

Slide 19 - Quiz

Wat is een Burn-out
A
Gevoel van extreme vreugde door goede prestaties
B
Gevoel van tijdelijke vermoeidheid door weinig slaap
C
Gevoel van uitputting door te veel stress
D
Gevoel van verhoogde energie door voldoende rust

Slide 20 - Quiz

Je mag op veel plekken niet meer roken omdat je een grotere kans hebt op longkanker en hart- en vaatziekten.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 21 - Quiz

Waarom is alcohol extra schadelijk voor jongeren
A
Je kan de volgende dag minder goed presteren
B
Je wordt erg ziek als je teveel drinkt
C
Je hersenen kunnen onherstelbaar beschadigen
D
Onder invloed kun je strafbare feiten plegen

Slide 22 - Quiz

Wat zijn negatieve effecten van drugs
A
Kans op coma, wanen, psychoses
B
Hartaanvallen/kloppingen en beroertes
C
Kans op dood door overdosis
D
Vermindering in concentratie, reactie en kortetermijngeheugen

Slide 23 - Quiz

Waarom is het goed om streekproducten te kopen
A
beter voor het milieu
B
gezonder
C
goedkoper
D
heel jaar verkrijgbaar

Slide 24 - Quiz

Wat zijn seizoensgroenten
A
ingemaakte groente die je het hele jaar kunt eten
B
producten die het hele jaar verkrijgbaar zijn
C
producten die in kassen gekweekt worden
D
producten die verbouwd worden in een bepaald seizoen

Slide 25 - Quiz

Wat betekent voedselafdruk
A
Hoeveelheid geld die je uitgeeft aan eten
B
hoeveelheid grond en water die nodig is om jouw voedsel te produceren
C
hoeveelheid voedsel die je per dag eet
D
tijd die je besteed aan het bereiden van eten

Slide 26 - Quiz

Waar is de afbeelding een voorbeeld van
A
Duurzame voeding
B
Seizoensgroente
C
Convenience food
D
Fastfood

Slide 27 - Quiz

Waar hebben baby's een tekort aan kort na de geboorte en regelt de bloedstolling in het bloed
A
Vit A
B
Vit B
C
Vit G
D
Vit K

Slide 28 - Quiz

Welke 3 voedingstoffen zijn belangrijk voor Sporters
A
Koolhydraten - energie, Vocht- hydrateren en afkoeling Vetten- bescherming en opname vitaminen
B
Koolhydraten _-energie Vocht- hydrateren en afkoeling Eiwitten- opbouw en herstel weefsel
C
Koolhydraten _ energie, Eiwitten- Opbouw en herstel weefsel Vocht- hydrateren en afkoeling Vetten - bescherming en opname vitaminen
D
Eiwitten,- herstel en opbouw weefsel, Vocht- hydrateren en afkoeling Vetten- opname vitaminen

Slide 29 - Quiz

Bij welke groep komt ondervoeding het vaakst voor
A
kinderen
B
ouderen
C
pubers
D
sporters

Slide 30 - Quiz

Bibi heeft 125ml kookroom nodig. Hoeveel liter is dit
A
0,125L
B
1,25L
C
12,5L
D
1.250L

Slide 31 - Quiz

Wat betekent mise en place
A
bereiding gerechten
B
keuken schoonmaken
C
serveren gerechten
D
voorbereiding in de keuken

Slide 32 - Quiz

Garde
Staaf
mixer
Blender
opkloppen
melk
slagroom
saus
Pureren
Mixen, 
mengen
pureren

Slide 33 - Drag question

Welke snijtechniek is hier toegepast
A
Brunoise
B
Chinoise
C
Hakken
D
Julienne

Slide 34 - Quiz

Wat is fout
A
Lepel en mes moeten worden omgedraaid
B
mes en vork moeten worden omgedraaid
C
mes ligt aan de verkeerde kan t van het bord
D
mes ligt met de scherpe kant naar buiten

Slide 35 - Quiz

Blancheren is een kooktechniek waarbij de groente kort wordt gekookt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quiz

Au bain marie word gebruikt om ingrediënten te smelten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quiz