Toetsvoorbereiding H8 3TL

Over de grenzen
Toetsvoorbereiding H8
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Over de grenzen
Toetsvoorbereiding H8

Slide 1 - Slide

Als je import of export wil bepalen wat moet je dan volgen?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Link

Karel heeft een adviesbureau in de waterbouw, de burgemeester van New York vraagt Karel om advies. Wat is dit?
A
Import
B
Export
C
Wederuitvoer
D
doorvoer

Slide 4 - Quiz

Wat is internationale arbeidsverdeling?

Slide 5 - Open question

In 2020 importeerde Nederland 854 miljoen kilo boter met een
gemiddelde inkoopprijs van € 0,70 per kilo. Bereken de totale invoerwaarde van boter van dat jaar.

Slide 6 - Open question

Waarom importeren we olie uit het buitenland
A
Dit is goedkoper dan olie uit Nederland
B
Zodat we hier geen vervuiling hebben
C
Die is beter
D
We hebben hier geen olie

Slide 7 - Quiz

Noem eens 3 redenen waarom er
import en export is?

Slide 8 - Open question

Hoe kan een land zijn tekort op zijn betalingsbalans verkleinen of omzetten naar een overschot?

Slide 9 - Open question

Wat betekent het dat Nederland een overschot heeft op zijn betalingsbalans?

Slide 10 - Open question

Nederland heeft een .... economie
A
dichte
B
gesloten
C
open
D
grenzeloze

Slide 11 - Quiz

Een open economie betekent dat
A
er in verhouding tot de wederuitvoer veel export en weinig import is
B
er in verhouding weinig export en veel import is
C
er in verhouding tot het nationaal inkomen weinig export en weinig import is
D
er in verhouding tot het nationaal inkomen veel export en veel import is

Slide 12 - Quiz

Japan nationaal inkomen is 3.456 miljard en exporteert voor 2.500 miljard
België nationaal inkomen 1.200 en exporteert voor 900 miljard
Als het wereldwijd minder goed gaat, vindt er minder internationale handel plaats.
Welk land heeft daarvan naar verhouding (%) meer last, Japan of België? en waarom

Slide 13 - Open question

Binnen de EU hebben we afgesproken dat we vrije verkeer hebben van ...... (3)

Slide 14 - Open question

Welke zijn juist
1 Alle EU-landen hebben dezelfde btw-tarieven.
2 In alle EU-landen wordt de euro gebruikt.

A
Alleen 1 is juist
B
Alleen 2 is juist
C
beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 15 - Quiz

Wat zijn taken van de ECB
(Europese centrale bank)

Slide 16 - Open question

De export van Nederlandse producten naar Japan is de afgelopen vijf jaar fors toegenomen.
In 2010 werd er voor € 95,8 miljard euro geëxporteerd naar Japan.
In 2015 was dat € 118,5 miljard.
De export naar Duitsland nam in dezelfde periode ook toe:
van € 275,6 miljard in 2010 naar € 308,7 miljard in 2015.

Naar welk land groeide naar verhouding de export het sterkst?

Slide 17 - Open question

Wat zijn de voordelen van de EMU (de landen die de Euro hebben als munt)

Slide 18 - Open question

Klaas handelt (verkoopt) veel met Turkije, Turkije heeft een eigen munt (Lira) die heel erg in waarde is gedaald.
Waarom wil Klaas dat Turkije snel overstapt naar de Euro.

Slide 19 - Open question

Om de euro te mogen gebruiken moet een land aan voorwaarden voldoen.
Het land mag bijvoorbeeld een begrotingstekort hebben van maximaal 3% Bbp Begrotingstekort
€ 258,4 miljard € 5,1 miljard
Mag dit land de euro gebruiken?

Slide 20 - Open question

Als lonen teveel stijgen wat is dan het risico van de concurrentie met buitenlandse bedrijven (internationale concurrentiepositie)?

Slide 21 - Open question

Hoe heeft het dat je een maximaal aantal producten mag invoeren
A
importquota.
B
invoerrechten.
C
exportsubsidie.
D
invoerverbod.

Slide 22 - Quiz

Door vrijhandel kan de welvaart wereldwijd toenemen

Slide 23 - Open question

Wat is het verschil tussen

noodhulp
structurele hulp

Slide 24 - Open question

Piet (katoenboer) krijgt per kilo 17 cent voor de wol
Piet heeft een vrouw en 3 zoons
Uitgerekend is dat je minimaal 1.70euro per persoon nodig hebt om boven de armoede grens uit te komen
Piet verkoopt per jaar 9000kilo wol, leeft hij boven een de armoede grens?

Slide 25 - Open question