5.4 Voortplanten HA

5.4 Voortplanten
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

5.4 Voortplanten

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 5.4: Voortplanten
  1. Je kunt de delen van een bloem benoemen en hiervan een schematische tekening maken. (bloembodem, kelkbladeren, nectarkliertjes, kroonbladeren, stamper, meeldraden) 
  2. Je kunt van de delen van een bloem de kenmerken en functies noemen. 
  3. Je kunt in een schematische tekening de onderdelen van de meeldraad en stamper benoemen.  
  4. Je kunt het proces van bestuiving omschrijven. 
  5. Je kent de verschillen tussen bestuiving door de wind en door insecten. 
  6. Je kunt het proces van bevruchting uitleggen. (blz 111 leerboek en bron 7) 
  7. Je kent de verschillende manieren van het verspreiden van zaden 
  8. Je kunt de levenscyclus van een bonenplant omschrijven. 
  9. Je kunt uitleggen wat het stekken van een plant is. 

Slide 2 - Slide

Leerdoel: Je kunt de delen van een bloem benoemen en hiervan een schematische tekening maken. 
Hiernaast zie je de onderdelen van een bloem.
Deze onderdelen moet je kennen en ook weten wat de functie van elk onderdeel is

Op de volgende dia zie je een time laps film met verschillende bloemen

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

Onderdelen van een bloem met de functie
Bloembodem: Hierop zitten andere delen van de bloem vast.
Kelkbladeren: groene blaadjes, beschermen de bloem tegen kou, uitdroging, en beschadiging als de bloem in de knop zit.

Nectarkliertjes: Klieren onderin de bloem, die nectar maken= zoete stof die insecten eten.

Kroonbladeren: gekleurde bloemblaadjes, hiermee lokt de plant insecten.

Stamper: middenin de bloem, is voor de voortplanting

Meeldraden: staan rondom stamper, zijn voor voortplanting

Slide 5 - Slide

0

Slide 6 - Video

Je kunt in een schematische tekening de onderdelen van de meeldraad en stamper benoemen.  

Slide 7 - Slide

De stempel, stijl en het vruchtbeginsel samen heet de stamper. In het vruchtbeginsel zit een zaadbeginsels. In een zaadbegincel zit een eicel. 
Dit zijn de 'vrouwelijke geslachtsdelen' van de bloem! 

Slide 8 - Slide

De helmknop en het helmdraad vormen samen de meeldraad

De stuifmeelkorrels zijn de mannelijke voortplantingscellen, te vergelijken met zaadcellen van mensen. 
Dit zijn dus de 'mannelijke geslachtsdelen'  van de bloem!

Slide 9 - Slide

timer
20:00

Slide 10 - Slide

In de volgende dia gaan we het leerdoel testen....
Ken je alle onderdelen?
Je kunt de delen van een bloem benoemen en hiervan een schematische tekening maken. (bloembodem, kelkbladeren, nectarkliertjes, kroonbladeren, stamper, meeldraden)

Je kunt in een schematische tekening de onderdelen van de meeldraad en stamper benoemen.  

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Bestuiving=
 "stuifmeel van de meeldraden van een bloem gaan naar de stamper van een bloem van dezelfde soort plant"

Dit kan zijn eigen vrouwelijke deel zijn. (=zelfbestuiving)
Of het vrouwelijke deel van een andere bloem. (=kruisbestuiving)

Slide 13 - Slide

Bestuiving
Bestuiving gebeurt door insecten of door de wind
Insecten 
Wind


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Bestuiving
Bestuiving gebeurt door insecten of door de wind
Insecten
Wind

Het filmpje in de volgende dia laat zien hoe

Slide 16 - Slide

0

Slide 17 - Video

Verschil insectenbloem en windbloem

Slide 18 - Slide

Leerdoel: Je kunt het proces van bevruchting uitleggen. (blz 138 leerboek en bron 7) 
In de film in de volgende dia wordt de levenscyclus van een tomatenplant  zoals je deze in bron 7 hiernaast ziet uitgelegd.

Slide 19 - Slide

Huiswerk deze week:
Zorg dat je de leerdoelen van 5.3 kent

Maken vragen 10 t/m 14 van 5.4

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Hoe worden zaden verspreid?
Op 3 manieren:
1. Door de wind
2. Door dieren
3. Door de plant zelf

De volgende dia laat een filmpje zien waarin deze 3 manieren van zaadverspreiding verder worden uitgelegd. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Leerdoel:Je kunt de levenscyclus van een bonenplant omschrijven.
De levencyclus (kring van gebeurtenissen in vast volgorde) van een bonenplant in vier stappen:
1. ontkiemen, ontstaan nieuwe plant
2. groeien tot volwassenplant, ontstaan bloemen
3. ontstaan vruchten en zaden
4. zaden worden verspreid. 

Slide 24 - Slide

Hoe lang duurt de levencyclus van een plant?
De levencyclus van een boon duurt één jaar: eenjarige plant.
Een tweejarige plant ontkiemt en groeit in het eerst jaar en bloeit en maakt zaden in het tweede jaar
Meerjarige planten ontkiemen in het voorjaar, bloeien in de zomer en vormen zaden in de herfst. Elk voorjaar lopen de planten weer uit. 
Houtachtige planten (bomen en stuiken) bloeien en maken zaden  jaarlijks

Slide 25 - Slide

VWO: hoe krijgt een kiemend plantje voedingsstoffen? 

Slide 26 - Slide