opdrachten in het boek

Planning
het perfectum (herhaling)
Mening geven
preposities
diminutief

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecondary EducationAge 13

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Planning
het perfectum (herhaling)
Mening geven
preposities
diminutief

Slide 1 - Slide

het perfectum
Ik zoek mijn mobieltje.
Ik heb mijn mobieltje gezocht.

Anna en Martijn eten in een restaurant.
Anna en Martijn hebben in een restaurant gegeten.

Hij zwemmt in het meer.
Hij is in het meer gezwommen.

Slide 2 - Slide

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
wij zijn
jullie zijn
zij/u zijn
ik heb
jij hebt
hij/zij/het heeft
wij hebben
jullie hebben
zij/u hebben

Slide 3 - Slide

Bildung von Verben 
ge + Verbstamm + Endung (d oder t)
Endung auf -p, -k, -t, -s, -ch oder -f (t'kofschip)= t 
Alles andere = d
„delen“ (dt.: „teilen“; Verbstamm: „deel“) lautet das Partizip Perfekt also dann : ge- deel -d.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Ik bel mijn moeder op.

Slide 7 - Open question

Wij zoeken onze boeken.

Slide 8 - Open question

p. 82 opdracht 6
p. 84, opdracht 11

Slide 9 - Slide

Mening geven: P. 82 opdracht 7
preposities: p. 83 opdracht 9

Slide 10 - Slide

Diminutief = Verkleinerung
der Baum = das Bäumchen
der Tisch = das Tischlein

de zus = het zusje
het boek = het boekje

Altijd met het als lidwoord en -je als eindiging

Slide 11 - Slide

p. 83 opdracht 10

Slide 12 - Slide

Nieuw thema: 
boodschappen doen

Slide 13 - Slide