Introductie Thema 1 Planten en dieren BS organismen

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

- Texelboekje inleveren via SomToday

- Introductie Thema 1 'Planten en dieren'

Op tafel:

laptop, schriftje, pen, boek

Stap 1:

Wijzig de naam van je document in:

"Texelboekje van ..."

Druk met twee vingers tegelijkertijd op de het document met je muis

Stap 2:

Open SomToday. Ga naar huiswerk. 

Daar staat een inleveropdracht klaar bij biologie. 

Upload je document en schrijf een berichtje naar mij. 

Klaar? 

Laptop dicht en lees pagina 14 en 15 in je boek

Thema 1 Planten en dieren

ROOD OF GROEN

   Ik ben levend, maar sommige onderdelen van mijn lichaam zijn dood 

Ik ben levend, maar sommige onderdelen van mijn lichaam zijn dood

1. Rood
2. Groen

ROOD OF GROEN

  Iedere ochtend ben je langer dan de vorige avond. Dit heet groei. 

Iedere ochtend ben je langer dan de vorige avond. Dit heet groei.

1. Rood
2. Groen

ROOD OR GROEN

De jongens in de klas kunnen zich voortplanten op een jongere leeftijd dan de meiden.

Meisjes gaan eerder in de puberteit

De jongens in de klas kunnen zich voortplanten op een jongere leeftijd dan de meiden.

1. Rood
2. Groen

ROOD OR GROEN

 Als je al je bloedvaten aan elkaar zou lijmen is het net zo lang als een rondje rond de wereld. 

omtrek aarde = 40.000km

omtrek bloedvaten = 100.00 

Dus zelfs meer dan twee rondjes! 

Als je al je bloedvaten aan elkaar zou lijmen is het net zo lang als een rondje rond de wereld.

1. Rood
2. Groen

ROOD OR GROEN

 Je kan een heel bad vullen van je urine in 1 jaar. 

gemiddeld 550 tot 700 liter per jaar 

Gemiddeld is er ongeveer tussen de 120 en 150 liter in een bad 

4,5 keer een bad vullen. 

Je kan een heel bad vullen van je urine in 1 jaar.

1. Rood
2. Groen

Filmpje

Eén hond leeft, de ander leeft niet.

Wat is eigenlijk het verschil, waardoor we zeggen:

Dit leeft en dat leeft niet…. ?

Opdracht:

Hoeveel verschillen kun je bedenken tussen het levende en het niet levende hondje?

Noteer minimaal 3 verschillen op jouw antwoordenblad. 

maken.wikiwijs.nl

Organismen

Organismen: Levende wezens. (Bijv. mensen, bomen, tijgers)

De levenskenmerken

Levend, dood of levenloos?

Levenskenmerken

7 levenskenmerken:

1. Waarnemen (Voelen, zien, horen)

2. Bewegen ( Lopen)

3. Voeden ( eten en drinken)

4. Voortplanten ( kinderen krijgen)

5. Groeien 

6. Uitscheiden ( plassen)

7. Ademhalen 

Levend, dood en levenloos

Levend: Het heeft de 7 levenskenmerken

Dood: Het heeft ooit geleefd en had de 7 levenskenmerken.

Levenloos: Heeft nooit geleefd.

Pak je laptop

Ga naar SomToday -> leermiddelen -> biologie voor jou

Vul je naam in, profielfoto mag je overslaan. 

Vul de klassencode in: 

134820

Aan de slag - huiswerk

Thema 1 Planten en dieren BS 1 organismen

Maak opdracht 1, 2, 3 en 4

Antwoorden

1.  ja, je haar en nagels en de bovenste laag van je huid zijn dood.

2. nee, niet groei alleen maar verlengstuk van je ruggengraat

3.  nee, meisjes zijn op jongere leeftijd vruchtbaar (vruchtbaar)

4.  ja, je hebt 100.000 km bloedvaten en de wereld is 40.075 km

5.  nee, je plast 2,4 liter per dag (876 l). 1 badkuip bevat 300 l urine, dus je hebt 3 badkuipen nodig