hfdst2 herhalen

Welkom
H1D
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom
H1D

Slide 1 - Slide

Terugblik
Wat hebben we de vorige les gedaan?

Slide 2 - Slide

Doelen
Wat gaan we vandaag leren?


Slide 3 - Slide

Hoe heet het waar je verjaardagen op schrijft?

Slide 4 - Open question

Welke dagen van de week ken je?

Slide 5 - Mind map

Woorden
Gelukkige verjaardag! 
Gefeliciteerd! 
Proficiat (met je verjaardag)!
Veel beterschap!
Proficiat (met je zwangerschap)!
Veel succes (met je nieuwe baan / op je nieuwe school / met je examen / …)!

Slide 6 - Slide

Woorden
Proficiat (met je baby)!
Gecondoleerd!
Sterkte.
Alsjeblieft - Dankjewel.
Alstublieft - Dankuwel.
Proficiat (met jullie huwelijk)!

Slide 7 - Slide


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Ik hoop dat je snel beter wordt.
B
Ik wens je veel pijn.
C
Veel beterschap gewenst.

Slide 8 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Sterkte met je cadeau.
B
Alsjeblieft.
C
je bent jarig.

Slide 9 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Alsjeblieft.
B
Ik wens jullie een mooi leven samen.
C
Veel beterschap met jullie huwelijk.

Slide 10 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Veel succes op je nieuwe school.
B
Gelukkig nieuwjaar.
C
Proficiat.

Slide 11 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Proficiat met je zwangerschap.
B
Gefeliciteerd met je huwelijk.
C
Proficiat met de geboorte van je kindje.

Slide 12 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Proficiat.
B
Sterkte.
C
Veel beterschap.

Slide 13 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Proficiat met je verjaardag.
B
Gelukkig nieuwjaar.
C
Sterkte.

Slide 14 - Quiz


Wat kun je zeggen/ schrijven?
A
Proficiat.
B
Fijne zwangerschap.
C
Sterkte.

Slide 15 - Quiz

proficiat met je baby!
Veel beterschap.
Proficiat met je nieuwe baan.
Gelukkige verjaardag!
Gelukkig nieuwjaar!
Succes met verhuizen.

Sterkte!

Slide 16 - Drag question

De schrijfopdracht
We lezen nu de tekst
Schrijf op wat je moet zeggen.
Veel succes!

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Opdracht online hoofdstuk 2 taak 4 routines
Boek blz 48 opdracht 4 zelfstandig
Opdracht 5 en 6 samen

Slide 19 - Slide

Wat krijgt het meisje in de auto?

Slide 20 - Open question

Wat is het Nederlandse woord voor 'clock'?
A
Agenda
B
Klok
C
Tijden
D
Kalender

Slide 21 - Quiz

Hoe laat is het als een kwartier om is?
A
10 minuten over het uur
B
5 minuten over het uur
C
15 minuten over het uur
D
20 minuten over het uur

Slide 22 - Quiz

Hoeveel kwartieren zitten er in een uur?
A
8 kwartieren
B
4 kwartieren
C
2 kwartieren
D
6 kwartieren

Slide 23 - Quiz

Hoe laat is het?

Slide 24 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 25 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 26 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 27 - Open question

Hoe laat is het?

Slide 28 - Open question

Hoe feliciteer je iemand op zijn/haar verjaardag in het Nederlands?
A
Gefeliciteerd met je feestdag
B
Gefeliciteerd met uw feestdag
C
Gefeliciteerd met verjaardag
D
Gefeliciteerd met je verjaardag

Slide 29 - Quiz

Het is............31 december. Het nieuwe jaar begint bijna.
Er is een leuk.......op tv.
 Ik ga kijken. Jij ook?
Hoe laat wil je vanavond...?
Je kunt onder de douche. Ik ben...
Natascha geeft zaterdag een........ voor haar verjaardag.




Slide 30 - Slide

Hoe schrijf je anderhalf?
A
0,5
B
1.5
C
2,5
D
1,5

Slide 31 - Quiz

Wat zie je hier?

Slide 32 - Open question

Wat zie je hier?

Slide 33 - Open question

Ik ga 5 keer.....week naar school.
A
in
B
of
C
per
D
van

Slide 34 - Quiz

Wat zie je hier?

Slide 35 - Open question

De jongen is kort en de giraffe is....?

Slide 36 - Open question