Blok 3 Op niveau schrijf- en leesopdrachten

Nederlands opdrachten
OPDRACHTEN
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nederlands opdrachten
OPDRACHTEN

Slide 1 - Slide

In deze LessonUp staan verschillende opdrachten. Elke dag kies je  een opdracht die je helemaal uitwerkt en inlevert.

Je mag typen (lettertype 13 of 14), tekenen, of op een los blaadje werken.
De opdrachten moeten goed en serieus worden gemaakt. Inleveren bij je docent.

Op de gele dia's staat wat je moet doen, voor elke gele dia staat de informatie.

Slide 2 - Slide

OPDRACHT ! Lees de volgende tekst 


Wat doet vapen met je lichaam?
Veel mensen denken dat vapen ongevaarlijk is, maar dat klopt niet. De damp bevat stoffen die je longen kunnen beschadigen. Sommige vapes bevatten zelfs meer nicotine dan een sigaret! Dit kan zorgen voor verslaving, waardoor je steeds vaker wilt vapen.
Onderzoek toont aan dat vapers vaker last hebben van benauwdheid en hoesten. Ook kan het je concentratie beïnvloeden en leiden tot slechtere sportprestaties.
Wist je dat sommige jongeren door vapen uiteindelijk beginnen met roken? Dit heet een ‘instapmiddel’. Vapen lijkt misschien onschuldig, maar het kan je gezondheid op de lange termijn schaden.

Slide 3 - Slide

OPDRACHT 1
1.Waarom denken sommige mensen dat vapen ongevaarlijk is?
2.Welke gevolgen van vapen worden in de tekst genoemd?
3.Wat betekent het als vapen een ‘instapmiddel’ is?
4.‘Waar of niet waar?’ Belangrijk bij deze opdracht is waarom je dat denkt.
  • Vapen bevat geen schadelijke stoffen.
  • Vapen helpt bij het stoppen met roken.
  • Vapes zonder nicotine zijn ongevaarlijk.
  • Jongeren die vapen gaan later vaker roken.
  • Vapen heeft invloed op je sportprestaties.

Slide 4 - Slide

Opdracht 2
Schrijf een korte waarschuwing voor een jongere die overweegt te gaan vapen.

 Dit mag in de vorm van:
  • Een poster met een korte tekst en een slogan.
  • Een app-bericht aan een vriend(in).
  • Een korte reclameslogan tegen vapen.
.

Slide 5 - Slide

Opdracht 2     4 april
Lieve dagboek,
Vandaag was weer zo’n dag. Zo’n dag waarop het lijkt alsof ik niet besta. In de pauze stond ik bij de kluisjes, vlakbij de groep, maar niemand keek me aan. Ze lachten om een grap die ik niet had gehoord. Toen ik iets zei, praatte iedereen gewoon door. Alsof ik lucht was.
Op Insta zag ik net een foto van hen, allemaal samen in de stad. Zonder mij. Geen berichtje, geen uitnodiging. Misschien waren ze het gewoon vergeten… of misschien niet.
Ik vraag me af wat ik verkeerd doe. Ik probeer aardig te zijn. Ik lach op de juiste momenten, ik luister. Maar het lijkt nooit genoeg.
Soms denk ik dat het makkelijker zou zijn als ik écht onzichtbaar was.

5 april

Vandaag durfde ik eindelijk met Noa te praten. "Voel je je oké?" vroeg ze. En voor het eerst loog ik niet. Ik zei gewoon: "Nee."

Ze keek me aan, echt aankeek. "Waarom zeg je dat nooit?" vroeg ze.

Ik haalde mijn schouders op. Maar ergens voelde het alsof ik voor het eerst wél gezien werd.

Misschien ben ik toch niet helemaal onzichtbaar.

Slide 6 - Slide

5 april

Vandaag durfde ik eindelijk met Noa te praten. "Voel je je oké?" vroeg ze. En voor het eerst loog ik niet. Ik zei gewoon: "Nee."
Ze keek me aan, echt aankeek. "Waarom zeg je dat nooit?" vroeg ze.
Ik haalde mijn schouders op. Maar ergens voelde het alsof ik voor het eerst wél gezien werd.
Misschien ben ik toch niet helemaal onzichtbaar.

Slide 7 - Slide

Schrijf een nieuw dagboekfragment van dezelfde persoon, maar nu een paar dagen later. 
Kies één van deze situaties:
  • De hoofdpersoon krijgt een onverwachte uitnodiging en weet niet hoe te reageren.
  • De situatie wordt erger en de hoofdpersoon besluit iets te veranderen.
  • De hoofdpersoon krijgt steun van iemand en begint zich beter te voelen.

  • Stel je voor dat jij Noa bent of een andere vriend(in). Schrijf een brief of app-bericht aan de hoofdpersoon waarin je steun en advies geeft. Wat zou je zeggen om hem/haar te helpen?

Slide 8 - Slide

OPDRACHT 3
Lynn plofte op haar bed en opende haar telefoon. Ze had een perfecte selfie gemaakt na school en postte die op Instagram met de caption: “Gewoon ik, na een lange schooldag 😊”. Binnen een paar seconden kreeg ze de eerste likes en reacties.
Maar toen ze een paar minuten later haar meldingen opnieuw checkte, kromp haar maag ineen.
@Jari_2009: “Hahaha, filter helpt niet meer hè?”
@Kim.xoxo: “Omg, wie laat zoiets online staan? 😂”
@Anoniem_23: “Leuk dierentuinfoto 🐷”
Lynn’s hart bonkte. Haar vingers trilden toen ze door de reacties scrolde. Elke nieuwe reactie voelde als een stomp in haar buik. Ze herkende sommige namen. Jari en Kim zaten bij haar in de klas. Maar wie was @Anoniem_23?



Ze slikte. Haar vingers hingen boven het scherm. Moest ze reageren? Moest ze het verwijderen? Haar wangen gloeiden van schaamte.

Die avond lag ze in bed met haar telefoon naast haar. Ze durfde niet meer te kijken. Haar gedachten draaiden rondjes. Waarom zij? Wat had ze fout gedaan?

De volgende dag op school voelde ze de blikken. Gefluister. Kim giechelde en keek haar kant op. Jari grijnsde toen hun blikken kruisten. Lynn keek snel naar de grond en liep door.

In de pauze kreeg ze een berichtje van haar beste vriendin Noa.

Noa: "Ik zag wat er gebeurde. Gaat het?"
Lynn staarde naar het scherm. Wat moest ze zeggen? Ze wilde sterk zijn. Maar haar vingers tikten iets anders.
Lynn: "Nee, eigenlijk niet."

Binnen een paar minuten stond Noa naast haar kluisje. "Lyn, je moet dit melden," zei ze zacht. "Dit is echt niet oké."

Lynn haalde diep adem. Misschien had Noa gelijk. Misschien hoefde ze dit niet alleen te dragen.

Vragen bij het verhaal:
Hoe denk je dat Lynn zich voelde toen ze de reacties zag?
Waarom denk je dat sommige mensen online anderen pesten?
Wat zou jij doen als je in Lynn’s situatie zat?
Wat zou je als vriend(in) kunnen doen om te helpen?

Slide 9 - Slide

Ze klikte op het profiel, maar het was leeg. Geen foto’s, geen berichten. Alleen een naam. Iemand had een account aangemaakt, speciaal om haar belachelijk te maken.

Ze slikte. Haar vingers hingen boven het scherm. Moest ze reageren? Moest ze het verwijderen? Haar wangen gloeiden van schaamte.

Die avond lag ze in bed met haar telefoon naast haar. Ze durfde niet meer te kijken. Haar gedachten draaiden rondjes. Waarom zij? Wat had ze fout gedaan?

De volgende dag op school voelde ze de blikken. Gefluister. Kim giechelde en keek haar kant op. Jari grijnsde toen hun blikken kruisten. Lynn keek snel naar de grond en liep door.

In de pauze kreeg ze een berichtje van haar beste vriendin Noa.

Noa: "Ik zag wat er gebeurde. Gaat het?"
Lynn staarde naar het scherm. Wat moest ze zeggen? Ze wilde sterk zijn. Maar haar vingers tikten iets anders.
Lynn: "Nee, eigenlijk niet."

Binnen een paar minuten stond Noa naast haar kluisje. "Lyn, je moet dit melden," zei ze zacht. "Dit is echt niet oké."

Lynn haalde diep adem. Misschien had Noa gelijk. Misschien hoefde ze dit niet alleen te dragen.


Slide 10 - Slide

Geef uitgebreid antwoord op deze vragen:

  • Hoe denk je dat Lynn zich voelde toen ze de reacties zag?
  • Waarom denk je dat sommige mensen online anderen pesten?
  • Wat zou jij doen als je in Lynn’s situatie zat?
  • Wat zou je als vriend(in) kunnen doen om te helpen?

Slide 11 - Slide

OPDRACHT 4



Er was eens een lief meisje dat iedereen "Roodkapje" noemde, omdat ze altijd een rood kapje droeg. Op een dag gaf haar moeder haar een mandje met brood en fruit. "Breng dit naar oma, maar blijf op het pad en praat niet met vreemden," waarschuwde haar moeder.
Roodkapje knikte en liep het bos in. De zon scheen door de takken en vogels floten vrolijk. Maar plotseling, tussen de bomen, verscheen een grote, grijze wolf.
"Waar ga je naartoe, Roodkapje?" vroeg de wolf met een vriendelijke stem.
"Naar mijn oma," zei Roodkapje. "Ze woont aan het einde van het pad."




Slide 12 - Slide


De wolf glimlachte sluw. "Wat lief van je! Maar zou je niet even stoppen om wat mooie bloemen voor haar te plukken?"

Roodkapje keek rond en zag overal prachtige bloemen. "Wat een goed idee!" zei ze en stapte van het pad af.

De wolf grijnsde. Dit was precies wat hij wilde. Terwijl Roodkapje bloemen plukte, rende hij snel naar het huisje van oma…

Slide 13 - Slide

Fragment uit een klassiek sprookje, maar met een gedragsverandering (bijv. Roodkapje die niet naar oma gaat)
 Herschrijf dit sprookje, maar verander het gedrag van de hoofdpersoon drastisch. Je krijgt een anders verhaal of een nieuwe afloop.

Stap 1: Kies een sprookje
Kies een bekend sprookje, bijvoorbeeld:
Roodkapje
Assepoester
Hans en Grietje
Sneeuwwitje



Dapperder of voorzichtiger → Wat als Roodkapje slim genoeg was om de wolf niet te vertrouwen?
Eigenwijs of brutaal → Wat als Assepoester geen zin had in het bal en haar eigen plan trok?
Slim of juist naïef → Wat als Hans en Grietje de heks wisten te slim af te zijn?
Stap 3: Pas het verhaal aan
Schrijf een nieuwe versie van het sprookje met jouw veranderingen. Denk aan:

Hoe verloopt het verhaal nu anders?
Heeft het sprookje nog steeds een goed einde, of loopt het juist slecht af?
Welke gevolgen heeft het nieuwe gedrag van de hoofdpersoon?
Stap 4: Werk je verhaal uit
Schrijf minstens 200 woorden.
Gebruik beschrijvingen: Hoe zien de omgeving en de personages eruit?
Gebruik dialogen: Laat personages met elkaar praten.
Verzin een pakkende titel voor jouw nieuwe sprookje.
Stap 5: Inleveren en presenteren

Slide 14 - Slide

Stap 2: Verander het gedrag van de hoofdpersoon

Bedenk hoe het verhaal zou veranderen als de hoofdpersoon zich anders gedraagt. Denk aan:
Dapperder of voorzichtiger → Wat als Roodkapje slim genoeg was om de wolf niet te vertrouwen?




Slide 15 - Slide

Stap 3: Pas het verhaal aan
Schrijf een nieuwe versie van het sprookje met jouw veranderingen. Denk aan:
Hoe verloopt het verhaal nu anders?
Heeft het sprookje nog steeds een goed einde, of loopt het juist slecht af?
Welke gevolgen heeft het nieuwe gedrag van de hoofdpersoon?

Stap 4: Werk je verhaal uit
Schrijf minstens 200 woorden.
Gebruik beschrijvingen: Hoe zien de omgeving en de personages eruit?
Gebruik dialogen: Laat personages met elkaar praten.
Verzin een pakkende titel voor jouw nieuwe sprookje.

Slide 16 - Slide

OPDRACHT 5
Iedereen in Nederland is burger. Dat betekent dat je rechten en plichten hebt. Burgerschap gaat over hoe je met anderen omgaat, hoe je bijdraagt aan de samenleving en hoe je leert over belangrijke maatschappelijke thema’s. Hieronder lees je over drie actuele onderwerpen: sociale media, discriminatie en duurzaamheid.

Sociale media en online gedrag
Sociale media zoals Instagram, TikTok en Snapchat spelen een grote rol in ons leven. Je kunt in één seconde iets delen met de hele wereld. Maar sociale media kunnen ook problemen veroorzaken, zoals online pesten, haatreacties of nepnieuws.



Vat de belangrijkste boodschap samen in maximaal 50 woorden.

Slide 17 - Slide

Sociale media zoals Instagram, TikTok en Snapchat spelen een grote rol in ons leven. Je kunt in één seconde iets delen met de hele wereld. Maar sociale media kunnen ook problemen veroorzaken, zoals online pesten, haatreacties of nepnieuws.

👉 Opdracht: Schrijfopdracht
Schrijf een korte tekst (100-150 woorden) over het volgende onderwerp:
"Moeten social media strengere regels krijgen om online pesten te voorkomen?"
Let op: gebruik goede argumenten en verdeel je tekst in een inleiding, kern en slot.

Slide 18 - Slide

👉 Opdracht: Spelling en interpunctie
Lees je eigen tekst terug en controleer:

✅ Heb je hoofdletters en punten goed gebruikt?
✅ Kloppen de werkwoordsvormen? (denk aan d/t-fouten)
✅ Staan er geen lange, onduidelijke zinnen in?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide