§ 2.2 Productiekosten

§ 2.2 Productiekosten
Wat voor een kosten komen er kijken bij de productie?

Kernwoorden:
- vaste / constante kosten
- variabele kosten
- gemiddelde kosten
- marginale kosten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

§ 2.2 Productiekosten
Wat voor een kosten komen er kijken bij de productie?

Kernwoorden:
- vaste / constante kosten
- variabele kosten
- gemiddelde kosten
- marginale kosten

Slide 1 - Slide

Constante & variabele kosten
Er zijn sprake van twee soorten kosten:
- Totale constante kosten (TCK): onafhankelijk van de verkochte hoeveelheid, blijven de kosten hetzelfde. Ze zijn dus onafhankelijk van de productieomvang.
- Totale variabele kosten (TVK): hoe meer je verkoopt, des te hoger kosten.

Slide 2 - Slide

Voorbeeld
Stel, je wilt op Koningsdag stuiterballen verkopen. Je kunt de stuiterballen inkopen voor € 0,50 per stuk. Je maakt ook een mooi reclamebord. De kosten hiervan zijn € 5,-.
Je denkt dat wanneer je een uur staat, je 50 stuiterballen kunt verkopen. Als je een uur langer staat, verkoop je iets minder dan het eerste uur, bijvoorbeeld 30.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

In het voorbeeld hierboven is er sprake van twee soorten kosten:
  • Totale constante kosten (TCK): zijn onafhankelijk van de productieomvang. In het voorbeeld zijn de TCK gelijk aan ..............................................................................................
  • Totale variabele kosten (TVK): hoe meer je verkoopt, des te hoger kosten. In het voorbeeld zijn de totale variabele kosten ...............................................................................................

Slide 5 - Slide

In het voorbeeld hierboven is er sprake van twee soorten kosten:
- Totale constante kosten (TCK): zijn onafhankelijk van de productieomvang. In het voorbeeld zijn de TCK gelijk aan € 5,- (reclamebord)
- Totale variabele kosten (TVK): hoe meer je verkoopt, des te hoger kosten. In het voorbeeld zijn de totale variabele kosten € 0,50 x aantal stuiterballen (inkoop)

Slide 6 - Slide

De totale kostenfunctie wordt dan: 
.................................................................................................

In dit geval is er sprake van 
lineaire totale variabele kosten, 
omdat de variabele kosten per 
product constant zijn. 
Als dit niet meer in het geval is, 
is de kostenfunctie ook niet 
lineair meer.

Slide 7 - Slide

De totale kostenfunctie wordt dan: 
TK = TVK + TCK = 0,50q + 5

In dit geval is er sprake van 
lineaire totale variabele kosten, 
omdat de variabele kosten per 
product constant zijn. 
Als dit niet meer in het geval is, 
is de kostenfunctie ook niet 
lineair meer.

Slide 8 - Slide

Voorbeeld
Neem weer het voorbeeld van de stuiterballen verkoop op Koningsdag. 
Stel dat je ‘arbeid’ inhuurt in de vorm van je broertje die wel voor jou op de vrijmarkt wil zitten voor €15,- per uur.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Gemiddelde kosten
De gemiddelde kosten, zijn de kosten per product (ook wel 
kostprijs genoemd). 
Dit geeft weer wat het kost om één product te maken: GTK = TK / q

Slide 11 - Slide

Voorbeeld (vervolg)
TK = 0,5q + 5

GTK = .....................................................................................

GVK = .....................................................................................

GCK = .....................................................................................

Slide 12 - Slide

Voorbeeld (vervolg)
TK = 0,5q + 5
GTK = (0,5q + 5) / q = 0,5 + 5/q
GVK = TVK / q = 0,5q / q = 0,5
GCK = TCK / q = 5/q

Slide 13 - Slide

Oefensom
Gegeven is de totale kostenfunctie: TK = 5q^2 + 20
Vul volgende tabel in:

Slide 14 - Slide

Marginale kosten
De marginale kosten zijn de extra kosten die een onderneming heeft als de productie met één eenheid wordt uitgebreid.


Slide 15 - Slide

Voorbeeld (vervolg)
Hoeveel nemen de kosten toe als de productie 
stijgt van 0 naar 1? ....
Dit zijn de marginale kosten.
Hoeveel zijn de marginale kosten 
als de productie stijgt van 1 naar 2? .....
Hoeveel zijn de marginale kosten als de productie stijgt van 5 naar 6? .....

Slide 16 - Slide

Voorbeeld (vervolg)
Hoeveel nemen de kosten toe als de productie 
stijgt van 0 naar 1? 5
Dit zijn de marginale kosten.
Hoeveel zijn de marginale kosten 
als de productie stijgt van 1 naar 2? 15
Hoeveel zijn de marginale kosten als de productie stijgt van 5 naar 6? 55

Slide 17 - Slide

Had het uitgemaakt voor de marginale kosten als de constante kosten hoger of lager hadden gelegen? 
............................................................................................................................................................................................................

Slide 18 - Slide

Had het uitgemaakt voor de marginale kosten als de constante kosten hoger of lager hadden gelegen? 

Nee, want de constante kosten veranderen niet met de productieomvang.

Slide 19 - Slide

Productiefunctie en marginale kosten
Dat de marginale kosten toenemen als de productie stijgt, kun je ook zien in de grafiek van TK:

Als de productie toeneemt, 
stijgt de TK-functie steeds 
harder.

Slide 20 - Slide

Oefensom
Bekijk de productiefunctie en bijbehorende variabele kosten. 

Gegeven is 
verder dat de 
arbeidskosten (a) 
gelijk zijn 
aan € 35.

Slide 21 - Slide

1) Hoeveel arbeidsuren zijn er nodig bij productie van 3?

2) Hoeveel arbeidsuren zijn er nodig bij productie van 4?

3) Hoeveel bedragen variabele kosten bij productie van 3?

4) Hoeveel bedragen variabele kosten bij productie van 4?

5) Hoeveel bedragen (dus) de marginale kosten als je productie uitbreid van 3 naar 4?

25
45 
25 x € 35 = € 875
45 x € 35 = € 1.575
€ 1.575 - € 875 = € 700

Slide 22 - Slide