Electriciteit

Elektriciteit
1 / 38
next
Slide 1: Slide
TechniekBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

Elektriciteit

Slide 1 - Slide

Je leert deze les:
- Over elektriciteit opwekken
- Waar energie wordt opgewekt
- Hoe je zelf stroom op kan wekken
- Welke soorten groene stroom er zijn

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Waar wordt stroom gemaakt?
A
In een elektriciteitscentrale
B
Door de combinatie van water en lucht
C
Op school
D
In de lucht

Slide 4 - Quiz

Elektriciteitscentrales (stoom)

Je kunt elektriciteit op verschillende manieren maken. Dit gebeurt in elektriciteitscentrales.
Kolencentrales;
Gascentrales;
Combi-centrales;
Stoom- en gascentrales;
Oliecentrales;
Kerncentrales;
Biomassacentrales;
Vuilverbrandingscentrales.

Slide 5 - Slide

De stoom spuit uit de ketel. 
Daardoor gaat de turbine draaien.
Die lijkt op een wiel. Heel groot.
De turbine zet de generator aan het werk.
De generator maakt stroom

Slide 6 - Slide

Een filmpje
Elektriciteit opwekken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Elektriciteitscentrales (andere)
Windturbines;
Waterkrachtcentrales;
Zonne-energiecentrales;
Getijdencentrales;
Geothermische centrales;
Spaarbekkencentrales;
Golfslagcentrales;

Slide 9 - Slide

Hoe gaat de stroom van een elektriciteitscentrale naar de huizen toe?
A
Door de lucht
B
Met de trein wordt het overal gebracht
C
Door stroomkabels
D
Met vrachtwagens wordt het overal gebracht

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Video

Waarvoor gebruik je
elektriciteit

Slide 12 - Mind map

Elektriciteit gebruik je voor alle apparaten waar een stekker aan zit (of een batterij).

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Waar komt stroom vandaan?

Slide 15 - Mind map

Waar gaat stroom naar toe?
De stroom gaat door dikke draden naar huizen en bedrijven.
Dat zijn stroomkabels.
Ze hangen in de lucht.
Of ze liggen onder de grond. 

Slide 16 - Slide

De stroom in de kabels is gevaarlijk.
Die mag je niet aanraken!
Een transformator maakt de stroom minder sterk.
Dan is het wel veilig.
De stroom kan nu je huis in gaan. 

Slide 17 - Slide

Hoe wordt stroom minder gevaarlijk gemaakt?
A
Door de kabels schoon te maken
B
Door een transformator
C
D

Slide 18 - Quiz

Waarom kan een vogel op een elektriciteitsdraad zitten zonder een schok te krijgen?
  • Bekijk het volgende filmpje om deze vraag te kunnen beantwoorden.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Waarom kan een vogel op een elektriciteitsdraad zitten zonder een schok te krijgen?

Slide 21 - Open question

Schrijf na het kijken van het filmpje op in je eigen woorden waar het filmpje over ging.

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Video

Waar ging het filmpje over?

Slide 24 - Open question

Zelf energie ervaren

Slide 25 - Slide

Proefjes
  • werk in tweetallen
  •  doe de 5 proefjes op de werkbladen
  •  start bij een onderdeel waar niet te veel kinderen staan

Slide 26 - Slide

Wat is het belangrijkste dat je geleerd hebt?
Wat ga je van de proefjes onthouden?

Slide 27 - Open question

Wat is groene stroom?

Slide 28 - Mind map

Schone stroom
Mensen gebruiken steeds meer apparaten die stroom nodig hebben.
Daarom komen er steeds meer elektriciteitscentrales
De schoorstenen van deze fabrieken blazen vieze lucht naar buiten. 

Slide 29 - Slide

Schone stroom
Er bestaat ook schone stroom
Die wordt door bijvoorbeeld windmolens gemaakt. 
Boven in een windmolen zit een magneet.
Als die gaat draaien, komt er stroom.
Net als bij een fietsdynamo en in de elektriciteitscentrale. 
Als het harder waait, wordt er meer stroom gemaakt. 

Slide 30 - Slide

Filmpje
Een kijkje in een windturbine

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Schone stroom
Schone stroom heet: groene stroom.
Dat is stroom die de natuur niet vervuilt. 
Energie kan opgewekt worden uit wind, maar ook uit de zon en uit water




Slide 33 - Slide

Filmpje: Groene stroom
Opgewekt door water. 

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Welke 3 soorten groene stroom ken je?

Slide 36 - Mind map

Ik vond deze les ...
A
Superleuk!!!
B
Leerzaam
C
Saai
D
Ik weet het niet

Slide 37 - Quiz

Wat heb je geleerd in deze les?

Slide 38 - Mind map