This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Debat
Slide 1 - Slide
Agenda
Uitleg (5 min)
Filmpje (3 min)
Voorbereiden (10 min)
Omgangsregels (2 min)
Debat (15 min)
Slide 2 - Slide
Debat
Scherp geformuleerde stelling
Overtuigen jury
duidelijke regels
eindoordeel op basis van vooraf afgesproken criteria
Discussie
al pratend positie innemen
overtuigen gesprekspartner
geen regels
eindoordeel op basis van gevoel
Slide 3 - Slide
Het debat
Sprekers krijgen in een debat de tijd om hun mening toe te lichten.
Het doel van een debat is om het publiek/de jury te overtuigen.
Het gaat dan niet om wie gelijk heeft, maar om wie het beste zijn mening kan onderbouwen / het overtuigendstis.
Een debat is een discussie met regels.
Slide 4 - Slide
Fase 1: voorbereiden
1. Maak twee groepen; voor en tegen. Elke groep kent ook een aanvoerder bepaal ook wie de aanvoerder wordt.
Slide 5 - Slide
De stelling
1.Op school is er te weinig ruimte voor kritisch denken.
2.Schoolvakken passen niet bij de moderne maatschappij, het wordt tijd voor nieuwe vakken!
3.
Slide 6 - Slide
0
Slide 7 - Video
Voorbereiden
10 min
Slide 8 - Slide
Regels in een debat Regel 1
Richt je tot elkaar. Het is een spel. Probeer elkaar te overtuigen van je gelijk.
Slide 9 - Slide
Regel 2
Spreek nooit direct tegen de tegenpartij. (Jullie zeiden dat..)
Zeg: Mijn tegenstander(s) zeiden dat...
Slide 10 - Slide
Regel 3
Je mag elkaar niet onderbreken. Reageren mag alleen in je eigen beurt. Als je wil reageren, ga je staan en je wacht tot je van de debatleider het woord krijgt. De bal
Slide 11 - Slide
Fase 2: het debat
Slide 12 - Slide
Fase 3: nabespreken
Slide 13 - Slide
Observatiepunten tijdens debat
1. Presentatie
Ogen: Richt de debater zich op de tegenstanders
Stem: Zijn het tempo en het volume passend en overtuigend?
Houding: Staat de debater stevig en maakt hij ondersteunende handgebaren?
'Be the argument': Gelooft de debater zelf in wat hij zegt?
Slide 14 - Slide
Observatiepunten tijdens debat
2. Argumentatie
Argumenteren: Legt de debater het argument goed uit en geeft hij er voorbeelden bij?
Luisteren: Luistert de debater goed naar wat anderen zeggen?
Reageren: Reageert de debater goed op de tegenpartij?
Structureren: Is de debater goed te volgen in zijn verhaal (door structuur)
Slide 15 - Slide
Observatiepunten tijdens debat
3. Samenwerken
Participatie: Komen alle leerlingen van het team aan het woord?
Ondersteuning: Helpen de teamleden elkaar?
Aansluiting: Sluiten de verschillende fases op elkaar aan?