Voeding en groei m.o.

• Biologie basis
• MBO
• Studiejaar 1

Basis microbiologie

Voeding en groeifactoren

Estafette

2 teams

Ieder team een whiteboard

Geef antwoord op de vragen

Correcte antwoorden leveren punten op. 

Gelijkspel? Snelste team wint.

Vragen

1. Geef 3 manieren waarop bacteriën schadelijk zijn voor de mens.

2. Geef 3 manieren waarop bacteriën nuttig kunnen zijn voor de mens.

3. Teken een bacterie en benoem de onderdelen.

4. Geef aan of de volgende organismen ééncellig zijn, meercellig zijn, of beiden kunnen zijn: bacterie, alg, schimmel.

Lesdoelen 

Je kan aangeven wat men bedoelt met anabolisme en katabolisme.

Je kan aangeven wat macronutriënten zijn (en voorbeelden noemen).

Je kan aangeven wat micronutriënten zijn (en voorbeelden noemen).

Lesdoelen 

Je kan beschrijven op welke wijze temperatuur de groei van m.o. beïnvloed.

Je kan beschrijven op welke wijze de zuurgraad de groei van m.o. beïnvloed.

Je kan beschrijven op welke wijze de zuurstofspanning de groei van m.o. beïnvloed.

Lesdoelen 

Je kan beschrijven op welke wijze de osmotische waarde de groei van m.o. beïnvloed.

Nutriënten

Bouwstoffen

Brandstoffen

Anabolisme

Katabolisme

Nutriënten zijn voedingsstoffen die door m.o. worden gebruikt voor anabolisme (opbouw, bouwstoffen, kost energie) en katabolisme (afbraak van brandstoffen, levert energie op).

Macronutriënten: voedingsstoffen die de cel in grote hoeveelheden nodig heeft (koolstof, stikstof, fosfor, zwavel, kalium, magnesium, calcium, natrium en ijzer).

Micronutrienten: voedingstoffen die de cel in kleine hoeveelheden nodig heeft (bijvoorbeeld: kobalt, zink, molybdeen, koper, mangaan).

De groeifactoren temperatuur en zuurgraad zijn afhankelijk van de eigenschappen van de enzymen van het m.o.

De vorm van eiwitten is afhankelijk van de temperatuur en zuurgraad van de omgeving. Bij het verlies van de juiste vorm neemt de werking van deze eiwitten af (tot er geen activiteit meer mogelijk is).

Minimumtemperatuur: laagste temperatuur waarbij het m.o. nog kan groeien. Onder de minimum vindt er geen groei plaats (maar m.o. gaat niet dood).

Optimumtemperatuur: de temperatuur waarbij het m.o. het snelste groeit (ligt dichter bij de maximumtemperatuur dan de minimumtemperatuur).

Maximumtemperatuur: de hoogste temperatuur waarbij het m.o. nog kan groeien. Boven de maximumtemperatuur vindt er geen groei meer plaats (m.o. overleven dit niet).

Indeling van m.o. op basis van optimumtemperatuur.

Indeling van m.o. op basis van optimum pH.

Bij een pH groeicurve ligt het optimum op even grote afstand van het minumum als het maximum.

Zuurstofspanning

1. Strikt (obligaat) aeroob

2. Strikt (obligaat) anaeroob

3. Facultatief anaeroob

4. Micro-aerofiel

Kan alleen groeien in aanwezigheid van zuurstof.

1

Kan alleen groeien in afwezigheid van zuurstof.

2

Kan groeien in aan- en afwezigheid van zuurstof.

3

Groeit het liefst bij een verlaagde zuurstofspanning.

4

Osmotisch milieu

De waterhuishouding van een m.o. hangt af van de osmotische waarde van de omgeving. 

Medium met hoge osmotische waarde onttrekt water aan het m.o. met celdood als resultaat.

Geen netto verplaatsing van water.

Medium met een lage osmotische waarde zorgt voor het opnemen van water door het m.o. De stevige celwand van een bacterie biedt weerstand tegen lyse.

Wat heb je vandaag geleerd?

Wat is nog niet helemaal duidelijk?