3H MATERIALEN EN STOFFEN HST 1

hst 1: materialen en stoffen
1 / 49
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

hst 1: materialen en stoffen

Slide 1 - Slide

Stofeigenschappen
als je wilt weten welke stof het is, of bijvoorbeeld of er een nieuwe stof ontstaan is, dan moet je goed kunnen waarnemen. Je gaat dan letten op de meest kenmerkende stofeigenschappen.

Slide 2 - Slide

stofeigenschappen bepalen voor welke toepassing een stof of materiaal geschikt is
  • synthetische stoffen = kunstmatige  materialen
  • composiet = mengsel van twee verschillende soorten materiaal
  • additieven = toevoegingen zoals bijv. weekmakers
  • tegenwoordig kiezen we graag voor duurzame of zelfherstellende materialen (zoals het zelfherstellende beton hiernaast)
  • een zuivere stof bestaat uit 1 soort deeltje/moleculen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

  • homogeen mengsel= de 
verschillende bestanddelen zijn niet meer te onderscheiden doordat  de deeltjes van een van de stoffen zo klein zijn -->, altijd doorzichtig
  • vb oplossing (=vast in vloeistof, vloeistof in vloeistof, gas in vloeistof), een legering (=mengsel van metalen)  of een gasmengsel
  • heterogeen mengsel= de afzonderlijke bestanddelen zijn in verschillende fase of mengen niet met elkaar
  • verschillende bestanddelen zijn als je heel goed kijkt wel te onderscheiden--> altijd troebel
  • vb emulsie, suspensie, gel, schuim, nevel, rook, 

Slide 5 - Slide

soorten heterogene mengsels en hun samenstelling
  • suspensie= vast in vloeistof
  • gel= vloeistof in vast
  • emulsie= druppeltjes vloeistof in vloeistof (toevoegen van emulgator als eiwit of zeep houdt het gebonden)
  • schuim= gas in vloeistof
  • nevel = vloeistof in gas
  • rook= vast in gas

Slide 6 - Slide

zuivere stoffen:

  1. 1 soort moleculen
  2. daarom altijd hetzelfde smeltpunt (= ook het stolpunt) en ook steeds hetzelfde kookpunt (kun je vinden in Binas, het zijn dus stofeigenschappen)
  3. mengsels bestaan uit meerdere soorten moleculen en hebben daardoor een smelt- en kooktraject.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

begrippen en formules die je moet kennen
  1. TGG= tijd gewogen gemiddelde
  2. MAC= maximaal aanvaardbare concentratie
  3. volume percentage en massa percentage:  gebruik de algemene formule
                                                                %

  4.                                                         in g/L of g/kg


  5.   
percentage=geheel(deel)100
concentratie=geheel(deel)
dichtheid=volumemassa

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

scheiden met behulp van chromatografie
  • chromatografie = letterlijk kleuren schrijven
  • berust op het verschil in oplosbaarheid
  • bij papierchromatografie lost de ene kleurstof beter op in de loopvloeistof dan de ander, of hecht de ene stof juist meer aan het papier= aanhechtingsvermogen
  • met papierchromatografie kun je testen of een kleurstof zuiver of een mengsel is
  • vaak is de loopvloeistof water, maar je kunt ook alchohol of een andere stof kiezen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

reacties: verschil verbranden en thermolyse
  • bij verbranden komt de brandstof tot ontbrandingstemperatuur en is er zuurstof aanwezig.
    beginstof + zuurstof --> eindproduct(en)
  • bij ontleden is er altijd 1 beginstof en zijn er 2 of meer eindproducten.
    beginstof--> eindproducten
  • ontleden met hitte heet thermolyse; in dat geval komt de stof niet in aanraking met zuurstof en zijn er geen vuurverschijnselen

Slide 26 - Slide

Welk van de volgende uitspraken over een mengsel is/zijn waar?
A
Een mengsel bestaat uit een soort molecuul
B
Een mengsel bestaat uit twee of meer soorten moleculen
C
Een mengsel heeft een kookpunt
D
Een mengsel heeft een kooktraject

Slide 27 - Quiz

Welke soort mengsels kun je scheiden door middel van filtratie?
A
Oplossingen
B
Suspensies
C
Emulsies

Slide 28 - Quiz

De scheidingsmethode extraheren berust op het verschil in:
A
Kookpunt
B
Deeltjesgrootte
C
Oplosbaarheid
D
Aanhechtingsvermogen

Slide 29 - Quiz

wat voor soort mengsel krijg je als je water met olijfolie goed mengt?
A
een oplossing
B
een suspensie
C
een emulsie
D
een extract

Slide 30 - Quiz

welk van de volgende stoffen is een zuivere stof?
A
bronwater
B
melk
C
suiker
D
kraanwater

Slide 31 - Quiz

hoe hou je het mengsel van water met olijfolie goed gemengd?
A
gewoon laten staan
B
een kleurstof toevoegen
C
eiwit toevoegen
D
zeep toevoegen

Slide 32 - Quiz

De scheidingsmethode extraheren berust op het verschil in:
A
Kookpunt
B
Deeltjesgrootte
C
Oplosbaarheid
D
Aanhechtingsvermogen

Slide 33 - Quiz

Als een oplossing geen kleur heeft, dan heet dit:
A
Doorzichtig
B
Kleurloos
C
Helder
D
Troebel

Slide 34 - Quiz

Welke van onderstaande mengsels is een emulsie
A
Zeewater
B
Mayonaise
C
jus d'orange
D
Koffie

Slide 35 - Quiz

wat voor soort mengsel krijg je als je water met bruine suiker goed mengt?
A
een emulsie
B
een suspensie
C
een oplossing
D
een extract

Slide 36 - Quiz

timer
23:00

Slide 37 - Slide

programma 26 sept 40min.
  • bespreken oefenen voor de toets 4, 5 
  • filmpje ontleden/verbranden
  • quiz vragen hst 
  • verder werken met oefentoets van oude methode
  • individueel vragen stellen
  • hw oefentoets afmaken + nakijken via som en leren hst 1 (noteer wat je wilt vragen) 

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Video

waar wordt een chemische reactie beschreven?

A
het smelten van kaarsvet
B
het adsorberen van kleurstof
C
Het gloeien van houtspaander
D
de extractie van thee

Slide 40 - Quiz

water --> waterstof + zuurstof
Wat voor soort reactie is dit?
A
Verbranding
B
Ontleding
C
Vorming

Slide 41 - Quiz

methaan + zuurstof--> koolstofdioxide+ water
Wat voor soort reactie is dit?
A
Verbranding
B
Ontleding
C
Vorming
D
thermolyse

Slide 42 - Quiz

Wat gebeurt er als je kaarsvet verhit?
A
Ontleding
B
Scheiding
C
Verbranding
D
Fase-overgang

Slide 43 - Quiz

Het zuur worden van melk is ...
A
een fase-overgang
B
Scheiding van een mengsel
C
Vorming van een mengsel
D
een chemische reactie

Slide 44 - Quiz

Roesten van een oude fiets is een ...
A
Fase-overgang
B
ontledingsreactie
C
Vormingsreactie
D
extractie

Slide 45 - Quiz

is dit een homogeen of heterogeen mengsel?
A
homogeen
B
heterogeen

Slide 46 - Quiz

Wat voor soort mengsel is mayonaise?
A
Suspensie
B
oplossing
C
heterogeen mengsel
D
homogeen mengsel

Slide 47 - Quiz

welke uitspraken kloppen voor het mengsel van water met zand:
het is een.....
A
Suspensie en een heterogeen mengsel
B
Suspensie en een homogeen mengsel
C
Oplossing en een homogeen mengsel
D
emulsie en een heterogeen mengsel

Slide 48 - Quiz

hw oefentoets afmaken + nakijken via som en leren hst 1 (noteer wat je wilt vragen) 
wat is het belangrijkste wat je vandaag geleerd hebt?

Slide 49 - Slide