Betekenis: “door”, ”wegens” of “per”
Gebruik:
Reden/oorzaak: Estoy aquí por ti. (Ik ben hier vanwege jou)
Plaats: Camino por el parque. (Ik loop door het park)
Tijdsduur: He leído por dos horas. (Ik heb twee uur lang gelezen)
Uitwisseling: Te lo cambio por otro. (Ik ruil het voor een ander)