V6 - Duitsland - DC3

HC Duitsland en Europa (1919-1991)

4.3 Aan beide kanten van de muur (1961-1991)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

HC Duitsland en Europa (1919-1991)

4.3 Aan beide kanten van de muur (1961-1991)

Slide 1 - Slide

Stelling: de Republiek van Weimar werd vooral bedreigd door linkse extremistische groepen.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 2 - Quiz

Zet de gebeurtenissen op chronologische volgorde
De dolkstootlegende bedreigt de politieke stabiliteit in de Republiek van Weimar
Het Dawesplan maakt een einde aan de hyperinflatie
De nazificatie van Duitsland wordt tot in het extreme doorgevoerd
Na de Endlösung neemt de genocide op de Joden steeds akeligere vormen aan
De komst van Heimatvertriebene draagt bij aan de chaotische situatie in Duitsland 
Uit onvrede over de opstelling van de westerse geallieerden laat Stalin Berlijn blokkeren
De DDR en de BRD worden opgericht

Slide 3 - Drag question

Wat past bij:
Oost                                                          en wat bij West?
communisme
kapitalisme
NAVO
Warschaupact
Comecon
DDR
BRD
Wirtschaftswunder
Volksdemocratie
Democratie
Marshallhulp
planecononomie
staatssicherheitsdienst
Adenauer
Ulbricht

Slide 4 - Drag question

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe de verhouding was tussen de twee Duitslanden, hoe en waardoor de Berlijnse Muur viel en welke gevolgen de Duitse hereniging had.

Slide 5 - Slide

Waarom een Muur?
  • Oost-Duitsers willen een beter leven; vooral als ze een hogere opleiding hebben gehad)

  • De Oost-Duitse regering ziet nuttige burgers weglopen

  • De Oost-Duitse regering wil zich tegen het "fascistische" Westen  beschermen.

Slide 6 - Slide

DDR gered
einde aan massale vertrek arbeidskrachten
Onderdrukking bleef, maar  levenspeil werd verhoogd
Meer consumptiegoederen 
Positie D.D.R. sterker, mede daardoor detente (ontspanning) 

Slide 7 - Slide

1964
Nieuwe leider Sovjet-Unie:

Breznjev

Breznjevdoctrine
Warschaupact (SU) zal militair ingrijpen als landen afglijden naar het kapitalisme

Slide 8 - Slide

Detente

Ontspanning in de jaren '70 tussen de V.S. en de communistische wereld
Détente - Ontspanning tijdens de Koude Oorlog, Nixon en Brezhnev

Slide 9 - Slide

Ostpolitik
1969
Nieuwe bondskanselier (SPD) Willy Brandt

Richt zich meer op de SU en Oost-Europa

Slide 10 - Slide

Willy Brandt in Warschau

Slide 11 - Slide

1972
BRD en DDR erkennen elkaar als gelijkwaardige staten

Maar Brandt blijft streven naar Duitse eenheid

Slide 12 - Slide

Ostpolitik
Meer eenheid door meer menselijke contacten:
  • West-Duitsers mogen naar Oost -DLD reizen
  • Hereniging kinderen en ouders
  • Telefoonverkeer tussen West- en Oost-Berlijn

Slide 13 - Slide

Westen te vriend houden

Slide 14 - Slide

Ostpolitik
De opvolgers van Brandt,
Helmut Schmidt (SPD) en
Helmut Kohl (CDU),
blijven Ostpolitik trouw
1971
<-- Erich Honecker 
nieuwe leider DDR

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen hoe de verhouding was tussen de twee Duitslanden, hoe en waardoor de Berlijnse Muur viel en welke gevolgen de Duitse hereniging had.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

1989: val Berlijnse Muur

1990: Duitsland herenigd - Vanaf nu Bondsrepubliek Duitsland met Berlijn als nieuwe hoofdstad.

1991: Uiteenvallen SU >> einde Koude Oorlog

Na de Koude Oorlog:
- Invoering Euro (DU stemde in in ruil voor Franse steun voor hereniging + uitbreiding EU met Oostbloklanden)
- Binnenlandse problemen voor DU: veel economische + mentale gevolgen van het totalitaire regime in het oostdeel + immigratie werd een groot probleem.  
- Duitsland integreerde snel in Europa >> krijgt leidende rol.
3. Wat verklaart de hereniging van de beide Duitslanden en hun succesvolle integratie in Europa (1961 - 1991)?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide