prefixen en imperatief - modale partikels

• Nederlands
• Beroepsopleiding

hoofdzin

hoofdzin met inversie

bijzin

Ik ben morgen jarig.

Morgen ben ik jarig.

Morgen ben ik jarig, daarom trakteer ik.

Omdat ik morgen jarig ben, trakteer ik.

Schrijf een hoofdzin over je laatste vakantie.

Schrijf een hoofdzin met inversie over de afdeling waar je werkt.

Schrijf een hoofdzin met bijzin over het komende weekeinde.

passieve vorm

De handelende persoon is niet het onderwerp.

Een duurzamere wereld moet door de burgers worden betaald.

Maak de zin passief

Bezoekers mogen hier niet roken.

Maak de zin actief.

Het kantoor is gebouwd door een bekende architect.

Maak de zin actief.

De vuile kopjes moeten in de vaatwasser worden gezet.

De werkstukken worden door de docent __________.

1. beoordeeld
2. beoordeelt
3. beoordelen
4. gebeoordeeld

Vorige week is hij naar Spanje __________.

1. emigreert
2. emigreerd
3. geëmigreerd
4. ge-emigreert

Vader __________ het huis groen.

1. vervt
2. vervd
3. verfd
4. verft

Ik __________ vorige maand naar een appartement in het centrum.

1. verhuiste
2. verhuisde
3. verhuist
4. verhuisd

Onze visie is gestoeld _______ de overtuiging dat ieder kind wil leren.

1. van
2. naar
3. op
4. tot

De journaliste is _______ mening dat de wetenschapper gefraudeerd heeft.

1. van
2. naar
3. op
4. tot

De hoogleraar doet onderzoek _______ de factoren die meespelen bij studiekeuze.

1. met
2. naar
3. op
4. in

kinderen hebben recht _______ onderwijs.

1. met
2. naar
3. op
4. in

prefixen

bijstellen

Stel jij je plannnen bij?

voorschrijven

De arts schrijft een pijnstillend middel voor.

stellen

instellen, opstellen, afstellen, uitstellen, voorstellen, achterstellen, bestellen, veronderstellen.

schrijven

 inschrijven, uitschrijven, aanschrijven, opschrijven, afschrijven, overschrijven, omschrijven,

beschrijven, onderschrijven

imperatief

bevel, instructie, gebod

gebruik de ik-vorm van het werkwoord als eerste woord.

Maak verse en minimaal bewerkte voedingsmiddelen tot basis van uw voedingspatroon.

Eet je bord leeg!

Eet je bord maar even leeg.

Eet je bord nou eens leeg.

modale partikels

Kom binnen

Kom maar binnen

Kom even binnen.

Kom maar even binnen.

Ga zitten.

Ga maar zitten.

Ga even zitten.

Ga maar even zitten.

Kijk op blz. 20.

Kijk maar op blz. 20.

Kijk even op blz. 20.

Kijk maar even op blz. 20.

Ik zou er goed over nadenken.

Ik zou er nou toch nog maar wel even goed over nadenken.

verzachten

versterken

verbazing en ongeduld

verzoek of voorstel

van gedachten veranderd

aankomen

afnemen

uitleggen

doorgeven

opzeggen