N4 Verhoudingen

N4 Verhoudingen
99math conversions
1 / 16
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

N4 Verhoudingen
99math conversions

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

GROTE GETALLEN

Slide 3 - Slide

De topvoetballer verdient € 3,6 miljoen in 2 jaar. Hoeveel verdient hij per maand?
A
15.000
B
1,8 miljoen
C
150.000
D
180.000

Slide 4 - Quiz

Het metriek stelsel - lengte

Slide 5 - Slide

zet de lengte maten in de goede volgorde van groot naar klein
km
hm
dam
m
dm
cm
mm

Slide 6 - Drag question

Gelijke verhoudingen
Verhoudingen worden altijd zo klein mogelijk gemaakt

Om ze vervolgens in het dagelijks leven te kunnen gebruiken, moet je ze vergroten. 

De verhouding blijft dan gelijk, maar de getallen zijn anders.  

Slide 7 - Slide

Voorbeeld 

De verhouding waarmee je bent begonnen (de kleinste verhouding) is altijd terug te vinden in de verhoudingen die gelijk zijn aan deze verhouding door beide getallen te delen door hetzelfde getal. 


3 : 5

6 : 10
9 : 15
30 : 50 

1 : 3

2 : 6
3 : 9
4 : 12
5 : 15

Slide 8 - Slide

Opgave 2 
Verbind de gelijke verhoudingen met elkaar. 
6 : 48
9 : 21
3 : 12
1 : 4 
1 : 8
3 : 7 

Slide 9 - Drag question

Noteren van verhoudingen
2 van de 5, 2 per 5 en 2 op de 5 betekenen hetzelfde.
Je neemt 2 delen van het één en 3 delen van het ander.
In totaal krijg je 5 delen.

Bij 2 staat tot 5 (2 : 5), neem je 2 delen van het één en 5 delen van het ander.
Je krijgt in totaal 7 delen. De context is hierin het belangrijkste.

Slide 10 - Slide

Brian gaat een vloer van 24 m2 egaliseren.
Hoeveel zakken Vloervlak Egalisatie heeft hij nodig?

Slide 11 - Slide

Brian gaat een vloer van 24 m2 egaliseren.
Hoeveel zakken Vloervlak Egalisatie heeft hij nodig?
A
160
B
8
C
24
D
72

Slide 12 - Quiz

Vergroten en verkleinen 

Slide 13 - Slide

1 op de 5 van alle koeien op de wereld leeft in India.
Er zijn 200 miljoen koeien in India.
Hoeveel koeien zijn er in totaal op de wereld?
A
100 miljoen
B
40 miljoen
C
1 000 miljoen
D
geen idee

Slide 14 - Quiz

Aanpak 
LEES GOED (en nogmaals!)

schrijf op welke stappen je moet maken

voer de rekenstappen uit en schrijf ze op

controleer of je antwoord klopt

Slide 15 - Slide

Aan de slag
- we werken op niveau 4 (controleer in Rekenblokken!)
- domein Verhoudingen § 1.0 en 1.1
* lees 'Lesstof', waarin uitleg over opdrachten (ook spraakondersteund)
* SCHRIJF JE REKENSTAPPEN OP!
* maak de opgave volgens de drie eerder genoemde stappen
Vraag? Marijke legt 1 voor 1 en stap voor stap uit

Succes!


Slide 16 - Slide