This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
H12: Erfelijkheid en evolutie
Biologie
Paragraaf 12.2 deel 1
Slide 1 - Slide
Deze periode (TW4)
Slide 2 - Slide
Deze periode (TW4)
Slide 3 - Slide
Welke stelling is juist?
A
Fenotype = genotype + milieu
B
Milieu = genotype + fenotype
C
Genotype = fenotype + milieu
Slide 4 - Quiz
2 gelijke allelen van een gen voor een eigenschap noemen we:
A
homozygoot
B
heterozygoot
C
dominant
D
recessief
Slide 5 - Quiz
Aa kan je ook omschrijven als ........
A
Homozygoot dominant
B
Heterozygoot
C
Homozygoot recessief
D
Heterozygoot dominant
Slide 6 - Quiz
Een cavia is heeft voor haarkleur als genotype "aa" Deze cavia is voor deze eigenschap....
A
homozygoot dominant
B
homozygoot recessief
C
heterozygoot dominant
D
heterozygoot recessief
Slide 7 - Quiz
Wat is een voorbeeld van "dominant homozygoot"
A
Aa
B
aa
C
AA
D
aA
Slide 8 - Quiz
EINDDOEL
Slide 9 - Slide
Fenotype = Genotype + Milieu
Genotype en fenotype
Slide 10 - Slide
Geslachtschromosomen
vrouw
man
fenotype
genotype
Slide 11 - Slide
Eigenschappen doorgeven
Slide 12 - Slide
Eigenschappen doorgeven
Slide 13 - Slide
Homozygoot of heterozygoot
Slide 14 - Slide
Kruisingsschema
Slide 15 - Slide
Leerdoelen 12.1
Slide 16 - Slide
Leerdoelen 12.2
Slide 17 - Slide
Recessief overervende eigenschap
Slide 18 - Slide
Dominant overervende eigenschap
Slide 19 - Slide
X-chromosoom
Slide 20 - Slide
Stamboom van een familie
Slide 21 - Slide
Officiële stamboom
Slide 22 - Slide
Wie zijn mannen in deze stamboom?
A
Alle personen weergegeven met een vierkant
B
Alle personen weergegeven met een rondje
Slide 23 - Quiz
Hoeveel generaties heeft deze stamboom?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 24 - Quiz
Wat zijn nummer 2 en 10 van elkaar?
A
Moeder en dochter
B
Vader en zoon
C
Oma en kleindochter
D
Opa en kleinzoon
Slide 25 - Quiz
Wie zijn de ouders in deze stamboom?
A
1 en 3
B
3, 4 en 5
C
1 en 2
D
2 en 5
Slide 26 - Quiz
Stambomen
Welke persoon heeft de ziekte?
A
persoon 6
B
persoon 12
C
persoon 14
D
persoon 17
Slide 27 - Quiz
Bij bananenvliegen is het gen voor normale vleugels (B) dominant over het gen voor vleugelstompjes (b). Een vrouwtje dat heterozygoot is voor de vleugelvorm wordt gekruist met een mannetje met vleugelstompjes. Maak het kruisingsschema.