2.3 De opbouw van steden

§2.3 De opbouw van steden
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

§2.3 De opbouw van steden

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
1. wat moet je kennen en kunnen toets (5 min)
2. nakijken belangrijke opdrachten (7min)
3. herhaling via lesson up (5 min)
4. uitleg 2.3 (10 min)
5. zelfstandig werken in stilte 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welke zin gaat over de relatieve ligging van Rome?
A
Rome is gebouwd op zeven heuvels.
B
Vele wegen leiden naar Rome.

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Relatieve ligging
A
afstand tussen 2 plekken
B
coordinaten van een plaats

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een primate city?
A
Dat is een ander woord voor de hoofdstad van een land
B
Het is de benaming voor de minst belangrijke stad van een land
C
Het is de benaming voor de belangrijkste stad van een land
D
Het is de benaming voor een stad met een dierentuin

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Sommige steden hebben een vierkant stratenpatroon-dat noem je een...
A
dambordpatroon
B
schaakbordpatroom
C
kit
D
grid

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welke factor speelt geen rol bij de spreiding van steden?
A
Steden liggen vaak in vlakke, vruchtbare gebieden
B
De stad heeft veel oude gebouwen.
C
De stad heeft een gunstige ligging, midden in het land met goede verbingen
D
De stad is een kolonie geweest.

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoelen §2.3

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat zien we hier?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Opbouw Amerikaanse/ Welvarende stad

Slide 10 - Slide

Vertel hier hoe een Amerikaanse stad is opgebouwd:
1. Stadscentrum (downtown) met CBD
2. De centrale stad met oude woonwijken
3. Grote ring suburbs


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Urbanisatie en suburbanisatie
Voor 1960: vooral urbanisatie.

Na 1960: suburbanisatie

Na 1980: re-urbanisatie


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Urbanisatie 
Mensen trekken van het dorp naar de stad (vooral voor 1960 voor werk)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

suburbanisatie 
Mensen trekken de stad uit om in een dorp/wijk buiten de stad te wonen voor betere leefruimte. (vooral na 1960)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Gentrificatie
Het proces waarbij woonwijken worden opgeknapt tot duurdere woonwijken, gevolg  de wijk is weer interessant voor rijken.

Nadeel: de woningen worden te duur voor de
oorspronkelijke bewoners, zij trekken weg.




Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Gentrification
 Gentrification (= proces waarbij woonwijken worden opgeknapt tot duurdere woonwijken, gevolg meer voorzieningen in de wijk).

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Re-urbanisatie
Door gentrificatie worden de steden weer interessant voor rijken. Mensen trekken weer terug naar de stad.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Nu:
Zelfstandig aan het werk in stilte
Maken opdracht 2. 
Ga leren, samenvatten, oefentoets maken, stel mij vragen etc. etc. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Wat valt je op aan het centrum?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions