Keuzedeel pabo WO - aardrijkskunde - les 1 woensdag feb. 2022

Keuzedeel pabo - les 1







Hoofdstuk 2. Deel 1. De aarde
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Keuzedeel pabo - les 1







Hoofdstuk 2. Deel 1. De aarde

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Boeken ak in huis?
Ja
Nee

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

Hoe ga je ervoor zorgen dat je de stof bijhoudt de komende periode?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Planning
1. 
2
3
4 X
5
6
7
8
H2. De aarde

2.1.-2.4

1
7 nov.
H2. De aarde

2.5 - 2.6


24 nov.
H3. Weer, klimaat & landschap



1 dec.
H3
afronden & H4 landschap. in NL

8 dec.
H4  landschap. in NL


1
5 dec.
H5. 
Bevolking
en ruimte 



22 dec,
H5.
bestaansmiddelen  


1
2 jan.
H6.
Arm en rijk
Grenzen en identiteit

19 jan.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Benodigdheden aardrijkskunde
Basiskennis toelatingstoets gebaseerd op:
A. Vakgebonden vaardigheden (A 1 - 3) - blz 21 -22 handl)
B. 8 kernthema's  -> zie boek H10 blz 248

Benodigdheden
  • Handreiking (mapje)
  • Begrippenlijst (mapje) - let wel 
  • Theoretisch boek
  • Werkboek (werkboek vooral in de les)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

https://www.goedvoorbereidnaardepabo.nl/studenten/studiemateriaal-aardrijkskunde/

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Programma les 1

  • Uitleg algemeen
  • Oriëntatie opdrachten (15 min)
  • Theorie 2.1 - 2.2
  • Theorie 2.3 - 2.4
  • Opdrachten werkboek 2.1 - 2.4
  • Afronding

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Doelen H2 (de aarde)
De student kan: 

2.1 en 2.2: de positie van de aarde ten opzichte van de zon toelichten;
2.3: uitleggen hoe seizoenen ontstaan;
2.4: de werking van eb en vloed uitleggen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Oriëntatievragen
  • Je maakt de vragen uit het werkboek 2.1 - 2.4 (blz 8 en 9)
  • Gebruik voor vraag 5. Google Earth
  • Lees H2 in het boek
  • Oriëntatievragen 2.5 en 2.6


timer
15:00

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De aarde draait in 365 dagen (en 6 uur) om de zon.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel uur draait de aarde om zijn eigen as?

Slide 11 - Open question

24 uur - oftewel een etmaal 
Hoe word tdi tgenoemd? Aardrotatie? 
Waarom is er om de 4 jaar een schrikkeljaar?

Slide 12 - Mind map

Omdat de aarde in 365 dagen en 6 uur helemaal om de zon is gedraaid. Een rondje om de zon duurt dus elk jaar 6 uur langer dan een afgeronde dag. Om de vier jaar loop je een dag achter op de kalender. Dat kan natuurlijk niet zo doorgaan anders wordt het straks zomer in december. 
2.1 De aarde in het zonnestelsel
  • In ons zonnestelsel kennen we negen planeten, inclusief de aarde.  
  • De aarde draait in 365 dagen (en 6 uur) om de zon (jaar) 
  • De aarde draait in 24 uur (etmaal) tegen de klok in rond haar as
  • Aardas staat scheef -> seizoenen

  • 1/3 uit land & 2/3 uit water
  • De Atlantische oceaan en de stille oceaan zijn de grootste watervlakten. 
  • Oceanen en zeeën: voornamelijk zout water
  • Sneeuw, ijs, meren, rivieren: voornamelijk zoet water

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

2.2 Geografische coördinaten en tijdzones
Evenaar of equator: denkbeeldige lijn op het aardoppervlak in de vorm van een cirkel midden tussen de Noordpool en de Zuidpool. 
De evenaar deelt de aarde in een zuidelijk halfrond en een noordelijk halfrond.

Slide 14 - Slide

  • De evenaar of equator is een denkbeeldige lijn op het aardoppervlak in de vorm van een cirkel midden tussen de Noordpool en de Zuidpool. De evenaar deelt de aarde in een zuidelijk halfrond en een noordelijk halfrond.
  • De denkbeeldige lijnen op aarde die evenwijdig lopen aan de evenaren worden parallellen of breedtecirkels genoemd.
  • Meridianen zijn denkbeeldige lijnen op het aardoppervlak in de vorm van cirkels die door de beide polen gaan. De nulmeridiaan verdeelt de aarde in een oostelijk en westelijk halfond.
Breedtegraden (parallellen)
  • Parallellen of breedtecirkels
  • Lage breedte (dichtbij evenaar)
  • Hoge breedte (dichtbij pool)
  • Evenaar = 0-lijn
  • NB & ZB

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Lengtegraden (meridianen)
  • Meridianen: lijnen die van pool tot pool lopen. Geven lengtegraden aan.
  • Nulmeridiaan verdeelt aarde in oostelijk & westelijk halfrond 
       -> Greenwich - Londen
  • Graden WL
  • Graden OL

  • Geografische coördinaten 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Een stad in Europa ligt op 53 graden noorderbreedte en 6 graden westerlengte.

Welke van de volgende steden is dat?
A
Berlijn
B
Dublin
C
Parijs

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Tijdzones
  • verdeling 24 tijdzones
  • een tijdzone: komt overeen met 15 lengtegraden 
  • tijdgrenzen vallen vaak samen met landgrenzen

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Door welke beweging van de aarde hebben wij seizoenen?
A
Het draaien van de aarde om de zon
B
Het draaien om de as

Slide 19 - Quiz

Het draaien van de Aarde om zijn eigen as veroorzaakt dag en nacht = aardrotatie

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Hoe de aarde om de zon draait... 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

2.3. De seizoenen
  • Aardas staat scheef
  • Aardas naar dezelfde kant toegekeerd 
      wanneer aarde om de zon draait
  • Herfst/lente: dagen & nachten overal even lang

Meer straling op lage breedte, door:

  • Bolling aarde, waardoor zonnestralen daar loodrecht vallen 
en dus meer straling per oppervlakte-eenheid
  • Kortere weg door dampkring, waardoor minder energie door lucht wordt opgenomen


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Hoe werkt eb en vloed?

Slide 24 - Mind map

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

2.4. De getijden: eb en vloed
  • Onze maan draait in 27 dagen om de aarde, dezelfde kant van de maan staat naar de aarde toegekeerd.
  • Het zeewater staat onder aantrekkingskracht van de maan, de zon en een kracht die ontstaat door de draaiing van de aarde.
  • Gevolg: Als het ware krijg je op aarde twee waterbulten waar het vloed is en tussen die bulten is het eb.

  • (ge)tij: periodieke wisseling van de waterstand
  • Eb: laagste waterstand (2 x per 24 uur)
  • Vloed: hoogste waterstand (2 x per 24 uur)

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten 2.1 - 2.4
  • Lees 2.1 t/m 2.4
  • Je maakt de vragen uit het werkboek 2.1 - 2.4
  • Kijk de opdrachten na -> zie bestand in Teams!

Klaar? 
  • Lees verder 2.5 en 2.6

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Afronding & les 1
Huiswerk
  • H2 verder lezen (2.5 en 2.6) -> doe dit!

Volgende week - les 2
  • 2.5 en 2.6 


Slide 28 - Slide

This item has no instructions