What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
WVC KGT 5.4 GRAMMAR
Lesson 5.4 Grammar
lesdoel:
Je weet wat
bijvoeglijke naamwoorden
en
bijwoorden
zijn en hoe je deze gebruikt in het Engels.
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lesson 5.4 Grammar
lesdoel:
Je weet wat
bijvoeglijke naamwoorden
en
bijwoorden
zijn en hoe je deze gebruikt in het Engels.
Slide 1 - Slide
Welke Engelse bijvoeglijk naamwoorden ken je?
Slide 2 - Mind map
Grammar: Quick - quickly, slow - slowly, etc.
(page 188/197)
Zegt iets over... Dan gebruik je een... Bijvoorbeeld:
een mens, ding of dier bijvoeglijk naamwoord an
incredible
match
een werkwoord bijwoord (+ly)
That's
incredibly
played
KT
een bijv. naamwoord bijwoord (+ly) That's
incredibly
sweet
Slide 3 - Slide
Let op: KT
soms hebben bijwoorden een eigen vorm, of dezelfde vorm als het bijvoeglijk naamwoord
That's a good question You did that
well.
This is a fast car. You are driving
fast
.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Adjective - Bijvoeglijk naamwoord
England is beautiful.
A snail is very slow.
Harley is a bad boy.
Adverb - Bijwoord
You speak English beautifully.
Carmen writes slowly.
Yousra speaks Spanish badly.
Slide 6 - Slide
Fill in:
David can read books so .........
A
quick
B
quickly
Slide 7 - Quiz
fill in:
That was a ..........thing to say.
A
stupid
B
stupidly
Slide 8 - Quiz
fill in:
Mandy is a .........girl.
A
nice
B
nicely
Slide 9 - Quiz
fill in:
Our class is .............loud today.
A
terrible
B
terribly
Slide 10 - Quiz
Fill in:
He eats a ................meal.
A
quick
B
quickly
Slide 11 - Quiz
Adjectives and adverbs
They make ......... bread.
A
deliciously
B
delicious
Slide 12 - Quiz
Adjectives and adverbs
The garden is .....
A
beautifully
B
beautiful
Slide 13 - Quiz
Fill in:
I see things ...........
A
terrible
B
terribly
Slide 14 - Quiz
Fill in:
He sings .........
A
loud
B
loudly
Slide 15 - Quiz
Adjectives and adverbs
The boy played the game ....
A
good
B
well
C
goodly
Slide 16 - Quiz
maak nu :
lesson 5.4
opdracht 5, 6, 7 en 9
klaar? Ga verder met de rest van lesson 5.4
Slide 17 - Slide
More lessons like this
2VE Adjectives + Adverbs
June 2022
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
Quick vs quickly
June 2024
- Lesson with
11 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Adverbs
17 days ago
- Lesson with
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 2
Will + adverbs
May 2022
- Lesson with
15 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
7-12-2020 (3gt3)
December 2022
- Lesson with
12 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Grammar 9A: adverbs & adjectives
April 2024
- Lesson with
13 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
2MH
1 month ago
- Lesson with
16 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2G 2C block
October 2020
- Lesson with
28 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2