Present perfect & past simple

1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Present perfect & past simple

Unit 4
All Right


Slide 2 - Slide

Hoe vorm je de present perfect (werkwoorden)?

Slide 3 - Open question

Present perfect
have/has + voltooid deelwoord
have = I, you, we, you they
has = he, she, it
Voltooid deelwoord:
1. regelmatig werkwoord + ed > I have worked
2. onregelmatig werkwoord 3e vorm > I have been

Slide 4 - Slide

Present perfect

Voorbeelden:
I have worked since 3 am.
She has been to London twice.
We have walked for 2 hours now.

Deze zinnen bevatten altijd een vorm van hebben + het tweede werkwoord is een voltooid deelwoord.

Slide 5 - Slide

Present perfect
Gebruik present perfect:
1. iets is in het verleden begonnen en is nu nog aan de gang.
2. praten over ervaringen.
3. iets is in het verleden gebeurd en je merkt nu nog het resultaat.

Slide 6 - Slide

Hoe vorm je de past simple (werkwoorden)?

Slide 7 - Open question

Past simple
De past simple bestaat uit 1 werkwoord. Dit ww zet je in de verleden tijd.
2 manieren:
-->  werkwoord + ed : worked
--> vorm van het onregelmatig werkwoord :
go went gone

Slide 8 - Slide

Past simple

Wanneer gebruik je de past simple?
- iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen.


Je kan de past simple herkennen aan woorden als:
last year, yesterday, in 2010.
Dit zijn tijdsbepalingen.

Slide 9 - Slide

Past simple

Wanneer gebruik je de past simple?
- iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen.


Je kan de past simple herkennen aan woorden als:
last year, yesterday, in 2010.
Dit zijn tijdsbepalingen.

Slide 10 - Slide

Verschil present perfect en past simple


Wat is het verschil?
Bij de past simple is de actie in het verleden nu afgelopen.
Bij de present perfect is de actie nog bezig of is er nog een link met het verleden.

Slide 11 - Slide

Verschil present perfect en past simple


signaalwoorden:

Present perfect: already, for, since, how long.--> FYNE JAS
Past simple: last year, yesterday, in 2010, an hour ago.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

I have been in Nottingham for a week.
present perfect / past simple?

Slide 14 - Open question

It was on offer last week.
present perfect/ past simple?

Slide 15 - Open question

Present perfect of past simple?
Volg deze stappen
1. Is het op dit moment aan de gang?
ja: present perfect - nee: ga naar vraag 2
2. Gaat het over ervaringen tot nu toe?
ja: present perfect - nee: ga naar vraag 3.
3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?
ja: present perfect - nee: past simple.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Link