IBO 11 B+V- deel 5

• Dienstverlening
• MBO
• Studiejaar 1

IBO 11: Dienstverlenende werkzaamheden

VANDAAG

• Check-in
• Vlog
• Afsluitende activiteit
• Van deze beroepsopdracht leer ik.....
• Kerntaak en werkprocessen
• Afsluitende beroepsopdracht 11
• Praktijkopdrachten

Hoe gaat ie?

Van deze beroepsopdracht leer je...

De assistent dienstverlening verleent uiteenlopende diensten op een werklocatie ter ondersteuning van werken en wonen. Hij kan bijvoorbeeld periodiek onderhoud uitvoeren aan het interieur en/ of sanitair op een werkplek of een woning, kleine mankementen verhelpen aan gebruiksvoorwerpen en hulpmiddelen, eenvoudige facilitaire taken uitvoeren, assisteren in de bediening in een instelling, kapsalon of horecagelegenheid of een collega ondersteunen bij het organiseren van eenvoudige evenementen. Hij vermijdt het om schade of overlast te veroorzaken of beperkt het anders zoveel mogelijk.

In het kwalificatiedossier staat dit bij het werkproces ‘Voert ondersteunende dienstverlenende taken uit in werk-woon- en leefomgeving’.

Van deze beroepsopdracht leer je...

Je leert hoe je zelf werkt tijdens dienstverlenende werkzaamheden. In beroepsopdracht B11 heb je hier al een goed begin mee gemaakt.

Je hebt geleerd over:

Uiteenlopende diensten uit te voeren op een werklocatie ter ondersteuning van werken en wonen. Hij kan bijvoorbeeld periodiek onderhoud uitvoeren aan het interieur en/of sanitair op een werkplek of een woning, kleine mankementen verhelpen aan gebruiksvoorwerpen en hulpmiddelen, eenvoudige facilitaire taken uitvoeren, assisteren in de bediening in een instelling, kapsalon of horecagelegenheid of een collega ondersteunen bij het organiseren van eenvoudige evenementen. Hij vermijdt het om schade of overlast te veroorzaken of beperkt het anders zoveel mogelijk.

In beroepsopdracht 11V gaan we zelf aan de slag. Je maakt een werkplan en organiseert activiteiten en voert dienstverlenende werkzaamheden uit.

Werkprocessen

Weten, kunnen, gedrag

  Wat moet ik weten? 

  Wat moet ik kunnen?

           Welk gedrag hoort daarbij?

Voorbereiden - uitvoeren - afronden

Het is belangrijk dat je je werk in een bepaalde volgorde doet. 

Eerst bereid je je werk voor. Dan ga je je werk uitvoeren. En aan het einde rond je je werk goed af.

Tijdens de proeve van bekwaamheid worden jullie ook beoordeeld op deze drie stappen. 

Binnen het kwalificatiedossier wordt er gewerkt met de stappen: voorbereiden- uitvoeren en afronden. Hoe zien deze stappen er voor deze opdracht uit? (Even kort).... Hier op letten! Bij voorbereiding hoort ook het maken van een werkplanning.

Bij welke doelgroep past de activiteit 'Breien'?

Hoe serveer je een gerecht?

1. Aan de linkerkant van de gast
2. Aan de rechterkant van de gast
3. Aan de dichtstbijzijnde gast
4. Dit maakt niet uit

Een cappuccino bestaat uit één deel espresso, één deel gestoomde melk en één deel melkschuim.

De latte macchiato wordt precies op tegenovergestelde wijze gemaakt dan een cappuccino. Je begint namelijk met melk en melkschuim in een glas en voegt vervolgens de espresso hieraan toe. Hierdoor ontstaan mooie lagen in het glas.

Koffie is een drank die gemaakt wordt van water en koffiebonen.

Latte Macchiato

Cappucino

Koffie

Bij welke doelgroep past de activiteit 'Sinterklaasje knutselen'?

Verdiepende afsluitende beroepsopdracht

Welke activiteit willen jullie als afsluiting doen?

11.6 Activiteit organiseren en de begroting maken

Soms assisteer je een cliënt/gast bij uitvoeren van een activiteit, bijvoorbeeld omdat de cliënt/gast dit niet alleen kan. Je blijft bij de cliënt en neemt samen aan de activiteit deel. Je let er dan op dat je alleen helpt met de taken die je ook echt mag doen. En je hebt tijdens het uitvoeren van je taken aandacht voor de cliënt.

Soms moet je ook zelf een activiteit kunnen organiseren. Bijvoorbeeld een spelletje doen met kinderen, een bingo met bejaarden, een teamactiviteit verzinnen voor je collega's.

Bij het organiseren van een activiteit komen verschillende kwaliteiten van pas zoals:

Voorbereiden, samenwerken, organiseren, instructies geven. Maar ook omgaan met verschillende mensen, materialen inkopen of verzamelen, tijd bewaken en afstemming op de doelgroep zijn dingen waar je rekening mee moet houden.

B-studenten:

Werk samen met een andere student. Maak opdrachten 29 tot en met 32.

Vul de woordenlijst in.

Leskaart V 11.11 Activiteiten organiseren en drinken/eten serveren 

Je hebt vorige periode geleerd over:

• Boodschappen inruimen en opruimen

• Drank en eten serveren

• Activiteiten organiseren

Vorige periode heb je kunnen oefenen met het organiseren van een activiteit.

V-studenten

Maak de opdrachten 54 tot en met 56.

En opdracht 60.

Vul de woordenlijst in.

Let op: lees de teksten bij de opdrachten goed door!

Praktijkcarrousel 

• Maak groepjes van 3 personen.
• Ieder start bij één praktijkopdracht.
• Als de buzzer gaat schuif je met het groepje naar de volgende opdracht.

Praktijkcarrousel Opdrachten

1. Wasmachine ontkalken;

2. Koffiezetten voor docenten/klas;

3. Waterkoker ontkalken;

4. Tafel dekken volgens afspraken informele tafel setting.

Zoek in je werkboekje op hoe dit ook alweer moet. Vul de werkplanning in. Voer de opdracht uit.