1. Lees eerst de eventuele titel en tussenkopjes. Bekijk de plaatjes als die er zijn en scan de tekst.
2. Lees de vragen die bij de tekst horen.
3. Zorg dat je een idee hebt waar de tekst globaal over gaat.
4. Staan er woorden in de tekst die je niet kent? Geen paniek! Dat is helemaal niet erg. Je hoeft niet letterlijk elk woord uit de tekst te begrijpen om te weten waar het verhaal over gaat.
Slide 3 - Slide
1. De betekenis van onbekende woorden uit de context raden. Kijk naar de zinnen er om heen (de context).
2. Afbeelding en grafische elementen als steun gebruiken.
Slide 4 - Slide
3. Voorspellingen doen over de globale boodschap van de tekst.
Slide 5 - Slide
4. Tekstsoorten herkennen.
Slide 6 - Slide
5. Een woord vertalen in de moedertaal. Lijkt het woord op het Nederlands of op een woord uit een andere taal?
Voorbeeld: exótico- exotisch.
Slide 7 - Slide
6. Eén minuut scan om een globaal idee te krijgen van de tekst.