Thema 6 De -ismen Les 4

De grote conferentie na de Napoleontische oorlogen heet:

A
De conferentie van Versailles
B
Het Congres van Wenen
C
De conferentie van Potsdam
D
Het Verdrag van Maastricht
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De grote conferentie na de Napoleontische oorlogen heet:

A
De conferentie van Versailles
B
Het Congres van Wenen
C
De conferentie van Potsdam
D
Het Verdrag van Maastricht

Slide 1 - Quiz

Op het Congres van Wenen streefde men naar
A
de definitieve overwinning op Napoleon
B
een zo groot mogelijke straf voor de Fransen
C
een balance of power en herstel van de grote adel / monarchen
D
een verdergaande democratisering van Europa

Slide 2 - Quiz

De restauratie zorgde voor
A
een langdurige vrede in Europa
B
een herstel van de positie van de adel
C
invoering van de democratie
D
grote bouwactiviteiten in de hoofdsteden van Europa

Slide 3 - Quiz

In het Romantisch Nationalisme
A
beschouwt de ene natie zich superieur aan de andere
B
streeft men naar een massale bewapening
C
staat de liefde centraal
D
richt men zich op de eigen sterke punten van de natie

Slide 4 - Quiz

Volgens de theorieën van Marx
A
is er sprake van een concentratie van kapitaal
B
is het verkrijgen van stemrecht voor iedereen het belangrijkste doel
C
leidt het nationalisme tot een overwinning op de bezitters
D
kan een revolutie alleen maar in een agrarisch land plaatsvinden

Slide 5 - Quiz

Het confessionalisme is een stroming
A
die je kunt beschouwen als een reactie op ideeën van de verlichting
B
waarin de ideeën van de verlichting juist overgenomen worden
C
die structureel opkomt voor de belangen van de arbeiders
D
die zich afzet tegen de groeiende macht van de monarchen

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Opdracht / Huiswerk
1. Schema niet gelukt?  Lees KA 36 p.100 en 102 en vul het in
2. Lees KA 35 p. 98 Hier worden vier groepen genoemd die steeds belangrijker worden (ze emanciperen). Leg per groep uit wat hier de oorzaken van zijn. 
3. Leg verder per groep uit wat hier de gevolgen van zijn.

Slide 11 - Slide