Paragraaf 7.1 - Alles werkt samen

7.1 Alles werkt samen
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt de opbouw van het lichaam van een organisme beschrijven in orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

7.1 Alles werkt samen
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt de opbouw van het lichaam van een organisme beschrijven in orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen

Slide 1 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Waaruit bestaat je lichaam?

  • Cellen - Kleine ‘bouwstenen’ in je lichaam. Er zijn veel verschillende soorten cellen. (bijv. spiercellen, botcellen, bloedcellen)
  • Weefsels - Een groep cellen met dezelfde vorm en functie. (bijv. spierweefsel, botweefsel)
  • Organen - Delen van organismen die bepaalde taken uitvoeren. Organen bestaan uit verschillende weefsels. (bijv. het hart, de maag, de schedel)
  • Organenstelsel - Een groep organen die samen werken aan bepaalde taak. (bijv. Bloedvatenstelsel, Beenderstelsel, Verteringsstelsel)
  • Cel > weefsel > orgaan > orgaanstelsel > organisme

Slide 2 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Orgaanstelsels

Slide 3 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Wat? Maken 7.1 – Opdracht 1 t/m 10
Hoe? Blz. 8 t/m 13
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 1 t/m 10 is af, niet af de rest is huiswerk.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)

Slide 4 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt uitleggen hoe je lichaam de hoeveelheid glucose in je bloed regelt
  • Je kunt uitleggen dat cellen energie krijgen door verbranding
  • Je kunt uitleggen hoe orgaanstelsels samenwerken zodat je cellen altijd genoeg glucose en zuurstof voor de verbranding hebben

Slide 5 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Hoe komen je cellen aan energie?

  • Verbranding
    - afbreken van glucose met behulp van zuurstof
    - hierdoor komt energie vrij
    - vind in alle cellen plaats
    - glucose is een energierijke stof uit voedsel (via de darmen)
    - voor verbranding van glucose is zuurstof nodig (zuurstof via longen)
    - afvalstoffen ontstaan > koolstofdioxide en water

Slide 6 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Verbranding

Slide 7 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Organenstelsel werken samen

Voorbeeld samenwerking orgaanstelsels bij bewegen:

  • Spierstelsel heeft glucose en zuurstof nodig om
    spieren te laten bewegen!
    - Verteringsstelsel > brengt glucose in bloed
    - Ademhalingsstelsel > brengt zuurstof in bloed
    - Bloedvatenstelsel > vervoert zuurstof en glucose
    naar spieren


Slide 8 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Afvalstoffen kwijtraken

Bij verbranding van glucose door zuurstof ontstaan afvalstoffen > koolstofdioxide en water

  • Koolstofdioxide > vanuit het bloed naar de longen,
    daarna uitademen
  • Water > kwijtraken op drie manier:
    - je plast het uit (nieren)
    - je ademt het uit (longen)
    - je zweet het uit (huid)

Slide 9 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Waardoor is er altijd  voldoende glucose?

  • Glucosegehalte in je bloed (ongeveer) gelijk:
    - Twee hormonen zorgen voor een balans > Insuline en glucagon
    - Worden gemaakt in Eilandjes van Langerhans (groepjes cellen
    verspreid in de alvleesklier)
  • Nog een hormoon dat invloed heeft op het glucosegehalte in het bloed
    - Adrenaline > wordt gemaakt in de bijnieren
    - komt vrij bij schrik, angst of spanning (snelle reactie noodzakelijk)
    - ook wel stresshormoon genoemd



Slide 10 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Glucosegehalte in het bloed regelen

  • Te veel glucose in het bloed?
    - Alvleesklier geeft insuline af aan het bloed
    - Insuline zet glucose om in glycogeen > opslag in de lever en spieren

  • Te weinig glucose in het bloed? (glucose wordt verbruikt)
    - Alvleesklier geeft glucagon af aan het bloed
    - Glucagon regelt dat glycogeen wordt omgezet naar glucose > terug naar het bloed

Slide 11 - Slide

7.1 Alles werkt samen

Slide 12 - Slide

7.1 Alles werkt samen
Wat? Maken 7.1 – Opdracht 11 t/m 23
Hoe? Blz. 14 t/m 21
Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
Tijd? 20 minuten
Uitkomst? Opdracht 11 t/m 23 is af, niet af de rest is huiswerk.
Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)

Slide 13 - Slide