Begrijpend lezen: 5 strategieen

Strategieën begrijpend lezen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 5

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Strategieën begrijpend lezen

Slide 1 - Slide

voorspellen
  • Lees de titel
  • Kijk naar de plaatjes
  • Lees de kopjes
  • Vertel elkaar waar je denkt dat de tekst over gaat


Slide 2 - Slide

Doel: ik oefen met het stellen van vragen bij de tekst.
Ik oefen met het stellen van vragen bij de tekst.

Slide 3 - Slide

vragen stellen
  • Lees het eerste kopje. Wat vraag je je hierbij af?
  • Lees de eerste alinea. Krijg je antwoord op je vraag? 
  • Ja? Wat is het antwoord op je vraag?
  • Nee? Hoe kun je achter het antwoord komen?
  • Volg de bovenstaande stappen ook bij de overige alinea’s.


Slide 4 - Slide

Doel
Ik kan moeilijke woorden uit de tekst halen en ik weet hoe ik kan achterhalen wat moeilijke woorden betekenen

Slide 5 - Slide

Moeilijke woorden
Ik lees de tekst en zie een moeilijk woord. 
Wat doe ik?

  1. Ik onderstreep het woord.
  2. Ik lees een stukje verder en terug. 
  3. Ik kijk naar de illustraties.
  4. Ik kijk of ik een stukje van het woord ken. 
  5. Ik vraag het aan iemand anders of zoek het op in het woordenboek. 

Slide 6 - Slide

Doel
Ik weet dat een verwijswoord verwijst naar een ander woord of groepje woorden in de tekst en kan achterhalen waarnaar het verwijswoord verwijst. 

Slide 7 - Slide

Verwijswoorden
  • Ik weet dat een verwijswoord verwijst naar een woord of een groepje woorden in de tekst. 
  • Voorbeelden van verwijswoorden zijn: haar, zijn, het, er, die, dat, hij, zij. 
  • Ik stel mezelf bij de zin met het verwijswoord een vraag met
    "wie", "wat" of "waar". 
  • Ik lees een stukje terug en vul het woord in waarvan ik denk dat het in plaats van het verwijswoord kan komen te staan. 

Slide 8 - Slide

Samenvatten

Slide 9 - Slide

Stappenplan 
vragen beantwoorden
  1. Ik lees de tekst helemaal.
  2. Begrijp ik de tekst? Wat weet ik al? Wat kan ik vragen? Zie ik een moeilijk woord? Dan gebruik ik de woordhulp. 
  3. Ik lees de vraag.
  4. Ik lees een stukje van de tekst nog eens. 
  5. Ik beantwoord de vraag. 

Slide 10 - Slide

Basisles AA Week 8: blokles
Maak opgave 0 t/m 3 zelfstandig. Kritisch lezen. 

Klaar?
Werk aan je eigen leerdoelen voor begrijpend lezen. 

Evaluatie:
In tweetallen evalueren we de les door opgave 4 te maken.

Slide 11 - Slide