• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Diagnostische toets grammatica en formuleren H4 en H5

Grammatica en formuleren H4 en H5
Diagnostische toets
1 / 40
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Grammatica en formuleren H4 en H5
Diagnostische toets

Slide 1 - Slide

Theorievragen

Slide 2 - Slide

Wanneer is een zin congruent?

Slide 3 - Open question

Wanneer is er sprake van inversie?

Slide 4 - Open question

Tot welke woordsoort behoort 'het' als het niet verwijst en dus geen duidelijke betekenis heeft?

Slide 5 - Open question

Tot welke woordsoort behoort 'je' als het in een zin 'men' betekent?

Slide 6 - Open question

Tot welke woordsoort behoort 'je' als je het kunt vervangen door 'jij' of 'jou'?

Slide 7 - Open question

Als het getal van het onderwerp en dat van de persoonsvorm niet overeenkomen, is er sprake van...

Slide 8 - Open question

Als ten onrechte onderwerp en persoonsvorm zijn omgedraaid dan is er sprake van...

Slide 9 - Open question

Onjuiste inversie komt alleen voor in...
A
nevengeschikte zinnen
B
ondergeschikte zinnen

Slide 10 - Quiz

Zinnen die in de bedrijvende vorm staan, noemen we ook wel...

Slide 11 - Open question

Zinnen die in de lijdende vorm staan, noemen we ook wel...

Slide 12 - Open question

In een bedrijvende zin is het onderwerp van de zin degene die...
A
handelt
B
de handeling ondergaat

Slide 13 - Quiz

Wanneer je een bedrijvende zin omzet in een lijdende zin wordt het...
A
lijdend voorwerp het onderwerp
B
meewerkend voorwerp het onderwerp

Slide 14 - Quiz

Met welk woord begint de bijwoordelijke bepaling als je van een bedrijvende zin een lijdende zin maakt?

Slide 15 - Open question

Als je 'wanneer' in een zin kunt vervangen door 'indien' dan is het...
A
os. vgw.
B
bijwoord

Slide 16 - Quiz

Als 'dat' aan het begin van een bijzin staat en nergens naar verwijst dan is het een...
A
aanw. vnw.
B
betr. vnw.
C
os. vgw.

Slide 17 - Quiz

Een nevenschikkend voegwoord verbindt...
A
een hoofdzin met een bijzin
B
twee hoofdzinnen met elkaar

Slide 18 - Quiz

Als je 'dus' in een zin kunt vervangen door 'daarom' dan is het een...
A
bijwoord
B
nevenschikkend voegwoord

Slide 19 - Quiz

Wanneer 'dat' terugverwijst naar een het-woord in de zin dan is het een...

Slide 20 - Open question

Toepassen

Slide 21 - Slide

Benoem de woordsoort:
Op zekere morgen klopte er iemand aan de poort van 'het' kasteel.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 22 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Met 'je' domme opmerkingen heb je het aardig voor ons verpest bij de docent.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 23 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Met je domme opmerkingen heb 'je' het aardig voor ons verpest bij de docent.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 24 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Met je domme opmerkingen heb je 'het' aardig voor ons verpest bij de docent.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 25 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Volgens 'je' psycholoog heeft ieder mens wel wat te verbergen.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 26 - Quiz

Benoem de woordsoort:
'Het' is belangrijk dat jullie in de les vragen stellen als je iets niet begrijpt.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 27 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Het is belangrijk dat jullie in de les vragen stellen als 'je' iets niet begrijpt.
A
Bepaald lidwoord
B
Onbepaald voornaamwoord
C
Bezittelijk voornaamwoord
D
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 28 - Quiz

Verbeter het woord in de volgende zin:
Als de meerderheid van de leerlingen geen klassenavond willen, gaan we die niet organiseren.

Slide 29 - Open question

Is de volgende zin juist of onjuist?
Vanwege mijn verhuizing was ik twee dagen vrij, maar kon ik niets beginnen, doordat alle aanhangwagens verhuurd waren.

A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

Neem de zin over en verbeter hem:
Vanwege mijn verhuizing was ik twee dagen vrij, maar kon ik niets beginnen, doordat alle aanhangwagens verhuurd waren.

Slide 31 - Open question

Is de volgende zin juist of onjuist?
Eerst maakt Mary haar huiswerk en gaat ze daarna met Lisa naar de stad.

A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quiz

Zet de volgende zin in de lijdende vorm:
In deze dichte haag van coniferen had een merelpaartje een nest gebouwd.

Slide 33 - Open question

Zet de volgende zin in de lijdende vorm:
Zou dat Italiaanse restaurant ook vegetarische pizza's serveren?

Slide 34 - Open question

Benoem de woordsoort:
Vind je het goed 'dat' ik dat boek dat ik van je geleend heb, nog een weekje houd?
A
Os. vgw.
B
Aanw. vnw.
C
Betr. vnw.

Slide 35 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Vind je het goed dat ik 'dat' boek dat ik van je geleend heb, nog een weekje houd?
A
Os. vgw.
B
Aanw. vnw.
C
Betr. vnw.

Slide 36 - Quiz

Benoem de woordsoort:
Vind je het goed dat ik dat boek 'dat' ik van je geleend heb, nog een weekje houd?
A
Os. vgw.
B
Aanw. vnw.
C
Betr. vnw.

Slide 37 - Quiz

Benoem de woordsoort:
'Toen' Jos de haag snoeide, vond hij een nest.
A
Os. vgw.
B
Ns. vgw.
C
Bijwoord

Slide 38 - Quiz

Benoem de woordsoort:
'Wanneer' ik lang in de zon zit, verbrand ik altijd.
A
Os. vgw.
B
Ns. vgw.
C
Bijwoord

Slide 39 - Quiz

Benoem de woordsoort:
De toets is vast moeilijk en 'dus' moeten we die goed voorbereiden.
A
Os. vgw.
B
Ns. vgw.
C
Bijwoord

Slide 40 - Quiz

More lessons like this

Oefeningen woordsoorten + zinsleer

October 2024 - Lesson with 30 slides
NederlandsSecundair onderwijs

15/10 theorie ng/bedrijvende lijdende vorm 3h

November 2023 - Lesson with 25 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Woordsoorten oefenen klas 3

September 2019 - Lesson with 11 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Lijdende en bedrijvende vorm

February 2024 - Lesson with 25 slides
NederlandsBasisschoolGroep 8

Grammatica klas 3 woordsoorten en zinsdelen

November 2021 - Lesson with 17 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

T3D Toetsweek 1

October 2022 - Lesson with 30 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

H2 - Oefentoets 3.7, 3.8 en 3.9

March 2024 - Lesson with 28 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

2122_T2_woordsoorten en grammatica zinsdelen

February 2025 - Lesson with 23 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings