Quiz 1 Ontwikkelingspsychologie BBL 2020 2021

Geef per ontwikkelingsgebied een korte omschrijving. Hoeveel ken je en kun je in eigen woorden toelichten?
1 / 10
next
Slide 1: Open question
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Geef per ontwikkelingsgebied een korte omschrijving. Hoeveel ken je en kun je in eigen woorden toelichten?

Slide 1 - Open question

Geef een concreet voorbeeld van Nature en Nurture.

Slide 2 - Open question

Wat is een Socioloog?
Iemand die ...
A
Ouders helpt met de maatschappij.
B
Iemand die enkel gezinnen onderzoekt.
C
Omgang en invloed hiervan onderzoekt.
D
Geen van de drie.

Slide 3 - Quiz

Een veilige hechting is belangrijk voor de...
A
Sociaal emotionele ontwikkeling
B
Cognitieve ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling
D
Seksuele ontwikkeling

Slide 4 - Quiz

Piaget bedacht vier stadia binnen de cognitieve ontwikkeling van de mens.
Wat is kenmerkend voor stadium 1? (0-2 jaar)
A
Senso motorisch - zintuigen
B
Pre operationeel - imitatie
C
Senso motorisch - veiligheid
D
Pre operationeel - aandacht

Slide 5 - Quiz

Piaget bedacht vier stadia binnen de cognitieve ontwikkeling van de mens.
Wat is kenmerkend voor stadium 2?
(2 - 7 jaar)
A
Pre operationeel - imitatie
B
Concreet operationeel - concreet materiaal
C
Pre operationeel - aandacht
D
Concreet operationeel - logische verbanden

Slide 6 - Quiz

Piaget bedacht vier stadia binnen de cognitieve ontwikkeling van de mens.
Wat is kenmerkend voor stadium 3?
(7 - 12 jaar)
A
Concreet operationeel - concreet materiaal
B
Formeel operationeel - abstract redeneren
C
Concreet operationeel - logisch denken
D
Formeel operationeel - verbanden leggen

Slide 7 - Quiz

Piaget bedacht vier stadia binnen de cognitieve ontwikkeling van de mens.
Wat is kenmerkend voor stadium 4?
(vanaf 12 jaar)
A
Formeel operationeel - abstract redeneren
B
Formeel operationeel - verbanden leggen
C
Beide
D
Geen van de twee

Slide 8 - Quiz

Hoe noemen we het als een kind succesvol gedrag kopieert van een ander en dit toepast?
A
Na doen
B
Imiteren
C
Modeling
D
Geen van de drie

Slide 9 - Quiz

Licht in eigen woorden het verschil toe tussen egoïsme en egocentrisme. Geef kort een concreet voorbeeld.

Slide 10 - Open question