Dagbesteding - Hoofdstuk 2 (2.1 & 2.2) (les 4)

Dagbesteding les 4
1 / 16
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dagbesteding les 4

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik H1.1
Maken van een Forms quiz 
Opschrijven wat je nog lastig vind, bespreken einde van de les.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kan de student uitleggen wat participatie betekent.
  • Aan het einde van de les kan de student uitleggen wat emancipatie betekent.
  • Aan het einde van de les kan de student het verband uitleggen tussen participatie en emancipatie.
  • Aan het einde van de les kan de student belangrijke aandachtspunten in het proces van emancipatie vertellen. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

De betekenis van dagbesteding voor de cliënt
Dagbesteding geeft structuur en tal van mogelijkheden om contacten te leggen. Dagbesteding kun je inzetten om doelen te halen. Je formuleert de doelen op basis van een hulpvraag. Dagbesteding is een middel voor de cliënt om mee te tellen. Het biedt mogelijkheden om onderdeel te zijn van de maatschappij.
Onze maatschappij heeft meedoen hoog in het vaandel staan.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Participatie
  • Participatie = het als volwaardig burger kunnen deelnemen aan wat er in de samenleving gebeurt.

  • Participatie is belangrijk op de volgende gebieden:

             Scholing: ieder heeft het recht zich te ontplooien, ontwikkelen.
             Vrije tijd: ieder heeft het recht zich te ontspannen, verbonden te voelen, leven en beleven.
             Werk: ieder heeft recht op waardering voor zijn prestaties en de verantwoordelijk om een bijdrage te leveren aan zijn                         eigen (economisch) bestaan. 

  • Je kunt participatie onderverdelen in verschillende manieren:
  1. Participatie breed en smal
  2. Participatie afgebakend naar domein
  3. Actieve en passieve participatie
  4. Indeling naar doel en mate van interactie

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Participatie kun je o.a. indelen in breed en smal. Wat is volgens jou brede participatie?
timer
1:30

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Participatie indelen
Breed en smal
  • Participatie breed: het gaat om het meedoen aan het maatschappelijke verkeer en al zijn facetten en ook andere vormen van betrokkenheid  
  • Participatie smal: het draait om deelname aan een bepaalde activiteit.
Naar domein
  • Participatie heeft betrekking op een activiteit in een bepaald (maatschappelijk) domein. Bv. sport, onderwijs, vrijwilligerswerk of betaalde arbeid. 
Actief en passief
  • Het verschil is de inzet die het vraagt van de deelnemer.
Doel en mate van interactie
  • De participatieladder is hiervoor ontworpen


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Participatieladder
  • Participatieladder= de opbouw in gradatie van het niveau van meedoen in de samenleving van mensen. De zes niveaus (treden) van de ladder gaan van nergens aan meedoen tot volledige deelname.




Slide 8 - Slide

Bedenk in tweetallen activiteiten / voorbeelden die je kunt indelen in de participatieladder.
Noem van trede 3 (deelnemen aan activiteiten) een voorbeeld.
timer
1:30

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Emancipatie
= als opkomen voor jezelf
  • Geëmancipeerd zijn wil zeggen dat anderen naar je kijken zoals je bent en je accepteren zoals je bent.

Mensen met een specifieke achtergrond willen ondanks hun 'anders-zijn' zichzelf zijn. 
Als medewerker MZ ondersteun je de cliënt in het grip krijgen op zijn eigen leven.
Goede afstemming belangrijk, zodat de cliënt zijn autonomie behoudt. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Noem een voorbeeld van een groep mensen uit de samenleving die aan emancipatie doen/gedaan hebben.
timer
1:00

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Belangrijke aandachtspunten bij emancipatie
  • Gelijkwaardigheid --> je gaat naast de cliënt staan. Belangrijk hierbij zijn wederzijdse communicatie en de noodzaak van onderstaande communicatie.
  • Keuzevrijheid --> eigen keuzes kunnen en mogen maken. Dit vraagt om specifieke benadering.
  • Ondersteuning --> uitgangspunt is flexibiliteit en vraaggericht werken.
  • Sociale (ondersteuning) netwerken --> rekening houden met de ervaringsdeskundigheid van de omgeving is belangrijk. 
  • Respectvolle bejegening --> omgang met elkaar, het is een grondhouding die een voorwaarde is voor empathische benadering. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat is participatie?
timer
1:00
A
Opbouw in gradatie van het niveau van meedoen in de samenleving van mensen.
B
Het als volwaardig burger kunnen deelnemen aan wat er in de samenleving gebeurt.
C
Mensen met een specifieke achtergrond eisen gelijke rechten op.
D
Deelname aan een bepaalde activiteit.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat is emancipatie?
timer
1:00

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Huiswerk
  • Thieme 2.1: niveau 3 & 4: opdracht 1
  • Quiz in Forms over H1.1

Bespreken overzicht huiswerk
Klassikaal terugkoppelen om 11.20
Tussentijds eerste SLB gesprekken

Slide 16 - Slide

This item has no instructions