P3 spelling: hoofdletters en leestekens les 2

Spelling
Hoofdletters en leestekens - hoofdstuk 6
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling
Hoofdletters en leestekens - hoofdstuk 6

Slide 1 - Slide

Raadsel
Naar welke kant rijdt de bus op? Naar links of naar rechts?

Slide 2 - Slide

Doel van de les
Je leert de regels voor het gebruik van komma's, dubbele punt en aanhalingstekens.

Slide 3 - Slide

Waarom we leestekens leren.

Slide 4 - Slide

Wat weet je over komma,
dubbele punt en aanhalingstekens?

Slide 5 - Mind map

Pak je aantekeningenschrift
  • Filmpje kijken over de theorie
  • Theorie doorlezen blz. 184                                       Aantekeningen
  • Theorie klassikaal bespreken                                  maken

Slide 6 - Slide

Theorie - komma
  •  In een zin tussen twee persoonsvormen
  • tussen delen van een opsomming (niet voor 'en')
  • tussen naam/uitroep en de rest van de zin
  • voor voegwoorden (maar, omdat, want etc.)

Slide 7 - Slide

Theorie - dubbele punt
  •  Bij een aankondiging
       - opsomming
       - toelichting
       - citaat (= uitspraak van iemand)

Slide 8 - Slide

Theorie - aanhalingstekens
  •  Bij een directe reden (letterlijk opschrijven wat iemand zegt = citeren)
  • Om het citaat zet je de aanhalingstekens
  • Je gebruikt alleen een dubbele punt als het citaat wordt aangekondigd. (zie voorbeelden blz. 184)

Slide 9 - Slide

Theorie - aanhalingstekens
  •  Bij een indirecte reden (= omschrijving wat iemand zegt) gebruik je geen aanhalingstekens
  • (zie voorbeelden blz. 184)

Slide 10 - Slide

1. De docent zegt tegen de leerlingen: "Pak allemaal je schrift."

2. de docent zegt tegen de leerlingen dat ze allemaal hun schrift moeten pakken.
Wat er echt is gezegd- directe rede
Wat niet letterlijk is gezegd- indirecte rede

Slide 11 - Drag question

Terug naar de lastige zin-->
Dubbele punt
Aanhalingstekens
Komma
om aan te geven dat je het woord en niet de betekenis van het woord bedoelt.
Voor een voegwoord als 'maar', 'omdat', 'want' en 'daarom'.
Voor een opsomming die aangekondigd is
Voor een citaat.
Om aan te geven dat iets gezegd wordt.

Slide 12 - Drag question

Schrijf de zin over en plaats leestekens en hoofdletters.

de docent vroeg heb jij je huiswerk gemaakt

Slide 13 - Open question

Huiswerk voor de volgende les
Leren theorie komma, dubbele punt en aanhalingstekens blz. 184

Slide 14 - Slide