Woordenschat thema 4 les 6a + 6b

Woordenschat thema 4 les 6a + 6b
1 / 19
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 3,4

This lesson contains 19 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Woordenschat thema 4 les 6a + 6b

Slide 1 - Slide

Lesdoel
  • Je leert de betekenis kennen van de 12 themawoorden.

Slide 2 - Slide

 Welke papa's en mama's zijn er getrouwd? 

Slide 3 - Slide

de bruiloft

Slide 4 - Mind map

de bruiloft 
Het feest van twee mensen die trouwen. 

Slide 5 - Slide

de bruidegom 
De man die trouwt. 

Slide 6 - Slide

het bruidsmeisje
Het meisje dat helpt op de bruiloft. 

Slide 7 - Slide

morgenochtend
De ochtend van de dag na vandaag. 

Slide 8 - Slide

morgenmiddag
De middag van de dag na vandaag. 

Slide 9 - Slide

gisteravond
De avond van de dag voor vandaag. 

Slide 10 - Slide

de sleep
Een lang stuk stof aan de achterkant van een trouwjurk.

Slide 11 - Slide

algauw
Snel. 

Slide 12 - Slide

de receptie
Een soort feest waar veel mensen bij elkaar komen. Ze komen iemand feliciteren, bijvoorbeeld het bruidspaar. 

Slide 13 - Slide

het feestmaal
Een maaltijd tijdens een feest. 

Slide 14 - Slide

de toespraak 
Iets vertellen aan een heleboel mensen tegelijk. 

Slide 15 - Slide

gewoonlijk
Meestal.

Slide 16 - Slide

Vertel aan je groepje:
1. Wat heb je gisteravond gedaan?

2. Wat ga je morgenochtend doen?

3. Wat ga je morgenmiddag doen?

Slide 17 - Slide

Opdracht:
  1. De avond van gisteren was ik niet thuis: 
  2. We waren op een feest om iemand de feliciteren
  3. Meestal vind ik dat soort dingen maar saai:
  4. Vaak houdt iemand een lange iets vertellen aan een heleboel mensen tegelijk
  5. Maar gisteren sprak de man die trouwt:
  6. Ik moest snel hard lachen, hij sprak zo grappig:

Slide 18 - Slide

En nu even oefenen...

Slide 19 - Slide