What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
Week 40 Intensifiers and prepositions
Intensifiers and prepositions
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Intensifiers and prepositions
Slide 1 - Slide
Wat weet je nog van de afgelopen les?
Maak de vragen in de LessonUP en check hoeveel je nog weet.
Wanneer je klaar bent, kan je bezig met je huiswerk.
Slide 2 - Slide
What are prepositions?
A
lidwoorden
B
voorzetsels
C
bijwoorden
D
bijvoegelijk naamwoorden
Slide 3 - Quiz
Which preposition?
Julie is ... school.
A
on
B
in
C
at
D
by
Slide 4 - Quiz
Which preposition?
... winter
A
in
B
at
C
on
Slide 5 - Quiz
Which preposition?
... Easter Monday
A
in
B
at
C
on
Slide 6 - Quiz
Which preposition?
I'm ... home.
A
at
B
in
C
on
Slide 7 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
behind
B
on top of
C
between
D
under
Slide 8 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
in front of
B
on top of
C
next to
D
under
Slide 9 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
next
B
through
C
between
D
behind
Slide 10 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
near
B
through
C
behind
D
between
Slide 11 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
on top of
B
behind
C
under
D
in front of
Slide 12 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
in front of
B
near
C
through
D
behind
Slide 13 - Quiz
Choose the correct preposition.
A
through
B
under
C
next to
D
between
Slide 14 - Quiz
Wanneer gebruik je een intensifier?
A
Om een woord aan te vullen
B
Om een woord te versterken
C
In de verleden tijd
D
Om aan te geven waar iets is
Slide 15 - Quiz
Welke is geen intensifier (versterker)?
A
extremely
B
really
C
too
D
quickly
Slide 16 - Quiz
Which one is the intensifier (versterker)?
My cat is so fast that I lost him.
A
Fast
B
So
C
Lost
D
Cat
Slide 17 - Quiz
Which one is the intensifier (versterker)?
John is very ill.
A
John
B
Is
C
Very
D
Ill
Slide 18 - Quiz
Which one is the intensifier (versterker)?
You are absolutely right.
A
You
B
Are
C
Absolutely
D
Right
Slide 19 - Quiz
Which one is the intensifier (versterker)?
The girl in the red dress is very pretty.
A
red
B
dress
C
pretty
D
very
Slide 20 - Quiz
Which one is the intensifier (versterker)?
The panther is jet black and really terrifying!
A
jet
B
really
C
black
D
terrifying
Slide 21 - Quiz
Hoe ging het?
A
Ik heb alle vragen goed.
B
Ik heb een paar kleine foutjes gemaakt.
C
Ik vind het erg moeilijk.
Slide 22 - Quiz
More lessons like this
Word order chapter 2
November 2025
-
20 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
🎼 De LessonUp Top 2000 Quiz - 🔵 Makkelijk - Editie 2025🎤
18 days ago
-
70 slides
New lesson editor
LessonUp
Muziek
+3
Middelbare school
Speciaal Onderwijs
Basisschool
LessonUp Inspiratie
🎼 De LessonUp Top 2000 Quiz - 🔵 Makkelijk - Editie 2025🎤
20 days ago
-
70 slides
New lesson editor
LessonUp
Muziek
+3
Middelbare school
Speciaal Onderwijs
Basisschool
Quiz!
🎼 De LessonUp Top 2000 Quiz - 🔵 Makkelijk - Editie 2025🎤
21 days ago
-
70 slides
New lesson editor
LessonUp
Muziek
+3
Middelbare school
Speciaal Onderwijs
Basisschool
Quiz!
Persoonlijke voornaamwoorden zelfstandig oefenen
December 2024
-
22 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
week 6 prefix suffix WIP
August 2022
-
15 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Week 5 O17 les 1 Present simple Impact F. Unit 2 p. 46-49
May 2023
-
51 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Past Simple Questions & Negations
June 2022
-
28 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2