Paragraaf 7.4 Wat geeft de overheid uit?

1 / 17

Slide 1: Slide

EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welkom 3TL

Jas en oortjes uit

Spullen op tafel:
- Boek
- Rekenmachine
- Pen

Planning van vandaag:

- herhling 7.4

- Maken van de opdrachten

- Blooket

Volgende week oefentoets!!

Slide 3 - Slide

Paragraaf 7.4

Wat geeft de overheid uit

Slide 4 - Slide

Leerdoelen van vandaag

Na deze les weet/kun je...:

Wat de rijksbegroting en miljoenennota met elkaar te maken hebben
Waar de overheid op let bij haar uitgaven
Hoe een begrotingstekort of begrotingsoverschot ontstaat
Wat de staatsschuld is

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Leerdoel 1

Het verschil tussen de rijksbegroting en miljoenennota

Slide 7 - Slide

Op Prinsjesdag presenteert minister van Financiën:

Rijksbegroting

Verwachte inkomsten

en uitgaven komend jaar

Miljoenennota

Toelichting op rijksbegroting

Slide 8 - Slide

Leerdoel 2

Op welke gebieden geeft de overheid het meeste geld uit?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Leerdoel 3

Belastingoverschot of begrotingstekort?

Slide 13 - Slide

Begrotingsoverschot: verwachte inkomsten hoger dan uitgaven

Begrotingstekort: verwachte uitgaven hoger dan inkomsten

Slide 14 - Slide

De overheid leent geld

Bij begrotingstekort leent overheid geld van:

banken, verzekeraars, pensioenfondsen, burgers.

Overheid betaalt rente en aflossing.

Staatsschuld

= schuld van overheid door geld te lenen in alle jaren met begrotingstekort

Slide 15 - Slide

Hoe de overheid geld leent:

Uitgifte van staatsobligaties en staatsleningen:

--> De overheid geeft obligaties uit, dat zijn schuldbewijzen.

--> Mensen, banken, pensioenfondsen en andere investeerders kopen deze obligaties.

--> In ruil daarvoor belooft de overheid na een bepaalde periode het geld terug te betalen met rente.

Wie kan die obligaties kopen?

--> Particulieren (mensen zoals jij en ik) via beleggingen of pensioenfondsen.

--> Financiële instellingen, zoals banken en verzekeraars.

--> Buitenlandse investeerders en andere overheden.

Slide 16 - Slide

Aan de slag met 7.4

✍🏼 Wat ? Maak de opdrachten 5 t/m 13 op blz. 202

👫🏽 Hulp? Vraag je klasgenoot

🗣️ Graag rustig praten

Slide 17 - Slide