20220322 Herhaling lesstof

1 / 29
next
Slide 1: Video
LeanMBOStudiejaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

Els

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

1. In groepen: Het verboden woord, liplezen

2. Klassikaal: Ren je rot

3. Individueel: Oefentoets open vragen
 

Slide 4 - Slide

Els

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Het verboden woord
1. Omschrijf het grote woord op het kaartje
2. Je mag de kleinere woorden op het kaartje niet gebruiken
3. Laat de groepsleden het juiste woord raden!
timer
20:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Liplezen
1. Spreek het woord op het kaartje uit, zonder geluid
2. Laat jouw groepsgenoten liplezend het juiste woord raden
timer
20:00

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Ren je rot
1. De docent stelt een meerkeuzevraag
2. "Ren" naar de plek van het juiste antwoord
3. De docent geeft het juiste antwoord
4. Houd het aantal juiste antwoorden bij

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat is creativiteit?
A
Oplossingen zoeken voor problemen
B
Goed kunnen schilderen
C
Standaardoplossingen verzinnen
D
Met een open mind oplossingen voor problemen verzinnen

Slide 10 - Quiz

D
Welke eigenschappen worden door de rechter hersenhelft gestuurd?
A
Logica, intuïtie, intellect, inzicht
B
Intuïtie, creativiteit, verbeelding, ruimtelijk inzicht
C
Proactief, analytisch, zintuiglijk
D
Wetenschappelijk, rationeel, methodisch, proactief

Slide 11 - Quiz

B
Lean betekent
A
Afvallen
B
Groter maken
C
Ontwikkelen
D
Vermindering van verspilling

Slide 12 - Quiz

D
Wat hoort bij Lean? (meerdere antwoorden goed)
A
Je leven lang leren
B
Geen fouten mogen maken
C
De mens staat centraal
D
Continu verbeteren

Slide 13 - Quiz

ACD
De leanprincipes zijn....
A
Waarde, geldstroom, verandering, pull, verbeteren
B
Productie, precies, power, plezier, presteren
C
Waarde, waardestroom, flow, pull, perfectie
D
Waardestroom, presteren, flow, push, perfectie

Slide 14 - Quiz

C
Leiderschap binnen lean wil zeggen.....
A
Leider is onderdeel van het team
B
Leider is vaak op de werkvloer en ondersteunt
C
Leider bedenkt beleid en laat dit uitvoeren
D
Leider straft bij fouten

Slide 15 - Quiz

B
Dit is een lean tool
A
MUDA
B
Verandermanagement
C
Stressmeting
D
Poka Yoke

Slide 16 - Quiz

D
Feedback betekent
A
Evalueren
B
Complimenten geven
C
Commentaar op iemand geven
D
Reactie op iemands gedrag geven

Slide 17 - Quiz

D
Dit zijn voorbeelden van Poka yoke
A
SIM kaart in mobiel
B
USB stick en computer
C
voet op rempedaal als je automaat wilt starten
D
Alle voorgaande antwoorden zijn goed

Slide 18 - Quiz

D
MUDA betekent.....
A
Verandering is altijd nodig
B
Verspilling
C
Verbetering
D
Er is geen toegevoegde waarde aan een proces

Slide 19 - Quiz

D
Welke vormen zijn onderdeel van de 8 verspillingen...
A
Transport
B
Magazijn
C
ICT
D
Talent

Slide 20 - Quiz

AD
Welke vormen zijn onderdelen van de 8 verspillingen...
A
Wachten
B
Koffie drinken
C
Beweging
D
Overleg

Slide 21 - Quiz

AB
Er is sprake van een foplossing als...
A
De oorzaak van een probleem wordt opgespoord
B
Een probleem niet wordt opgelost
C
De oorzaak niet gevonden wordt maar er wel een oplossing komt
D
Er een vreemde oplossing gevonden wordt

Slide 22 - Quiz

C
Het visgraatdiagram gebruik je...
A
Als je de oplossing al weet
B
Als je oplossingen in kaart wilt brengen
C
Als je een oplossing voor het probleem zoekt
D
Als je de 5xW-methode gebruikt

Slide 23 - Quiz

C
Wat past het beste bij de 5xW-methode?
A
Kinderachtig
B
Gebruikt door veel kinderen
C
Veel vragen stellen
D
Helpt om de waarheid te vinden

Slide 24 - Quiz

B
De vissenkop van het visgraatdiagram staat voor.....
A
De oplossing
B
Een waarde
C
Het probleem
D
Een cyclus

Slide 25 - Quiz

C
Als je wilt weten hoe mensen bewegen in een dierenartspraktijk kun je de volgende lean tool gebruiken
A
spaghettidiagram
B
kanban
C
poka yoke
D
doenken

Slide 26 - Quiz

A
Wat is geen kenmerk van een Lean-organisatie?
A
Streven naar perfectie
B
Faciliteren van medewerkers
C
Managen op de werkvloer
D
Geen fouten mogen maken

Slide 27 - Quiz

D
Wat is geen kenmerk van eigenaarschap?
A
Medewerkers die kritische vragen stellen
B
Medewerkers die vaardigheden ontwikkelen
C
Medewerkers die initiatief nemen
D
Leidinggevende die oplossingen aandragen

Slide 28 - Quiz

D
Bedankt voor jullie aandacht

Slide 29 - Slide

This item has no instructions