Grammar: adjectives and adverbs



Adjectives & Adverbs


1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson



Adjectives & Adverbs


Slide 1 - Slide

Last time ...
Voor de vakantie hebben we het al kort gehad over bijvoeglijke naamwoorden (adjectives) en bijwoorden (adverbs)

Slide 2 - Slide

Vandaag...
Vandaag gaan we naar dit herhalen.

Doel: aan het einde van de les weet je het verschil tussen een adjective en adverb en weten hoe we deze moeten toepassen.

Slide 3 - Slide

Wat is een zelfstandig naamwoord en wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Wat is een werkwoord en wat is een bijwoord?

Slide 4 - Mind map

Zelfstandig & bijvoegelijk naamwoord...
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
Het mooie meisje
De knappe jongen
een blauwe stoel
Een zelfstandig naamwoord is een ding, dier of mens,  je kunt er de/het/een voor zetten en je kunt er meervoud van maken.

Slide 5 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord - adjective...
Wanneer gebruik je een bijvoeglijk naamwoord?

Basisregel: een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.     A beautiful car. ("beautiful" zegt iets over "the car".)
Een bijvoeglijk naamwoord hoef je niet te veranderen, je kunt het zo overschrijven.
 

Slide 6 - Slide

Bijwoord- adverb...
Wanneer gebruik je een bijwoord?
Basisregel: een bijwoord zegt iets over een werkwoord
Madonna sings beautifully. ("beautifully" zegt iets over "sings".)
He talks slowly. (slowly zegt iets over 'talk')

Een werkwoord kun je in de verleden tijd zetten en je kunt er een persoon voorzetten.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Nog drie uitzonderingen
Good wordt well (dus geen -ly)
en
fast / long / hard veranderen nooit dus kun je altijd zo overnemen

Slide 9 - Slide

Adjective or adverb?
She is a beautiful person.

A
Adjective (bijvoegelijknaamwoord)
B
Adverb (bijwoord)

Slide 10 - Quiz

Adjective or adverb?
She sings beautifully.

A
Adjective (bijvoegelijknaamwoord)
B
Adverb (bijwoord)

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

How did it go?
Doel: aan het einde van de les weten we wat het verschil is tussen een adverbs en adjective..

Slide 13 - Slide

Ik weet het verschil tussen een adverb en adjective en kan deze toepassen.
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
met hulp

Slide 14 - Quiz