Thema 8 Samenleven Blok 1 Frankrijk

Thema 8: Samenleven
 Blok 1 Les 1: Frankrijk
1 / 144
next
Slide 1: Slide
Mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 144 slides, with interactive quizzes, text slides and 13 videos.

Items in this lesson

Thema 8: Samenleven
 Blok 1 Les 1: Frankrijk

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Agenda invullen
Lezen: Blz 12 t/m blz 27
Maken 1 t/m 6  + 9, t/m 12 CD  + 13 t/m 23
Leren: Kennen en kunnen + begrippen

Slide 3 - Slide

1. Wat gaan we doen deze les?  
  1. Blok 1 Wat weet je al?
  2. Uitleg: Alle macht aan de koning + nieuwe ideeën
  3. Filmpje
  4. Teksten lezen met de klas
  5. Zelfstandig werken
  6. Samen werken

Slide 4 - Slide

Kennen en kunnen Blok 1
  • Je kan uitleggen wat absolutisme is.
  • Je kan een beschrijving geven van de standenmaatschappij is en de rechten en plichten van de drie standen beschrijven
  • Je kan een beschrijving geven hoe het denken over vrijheid veranderde in de 18e eeuw.

Slide 5 - Slide

Hoeveel denk je al te weten van de Franse Revolutie?
A
Echt bijna alles
B
Best wel wat
C
Best wel weinig
D
De Franse wat?!

Slide 6 - Quiz

De Franse Revolutie

Slide 7 - Mind map

Een paar hoofdrolspelers...
Guillotine
Lodewijk XIV
Napoleon Bonaparte

Slide 8 - Drag question

Slide 9 - Slide

Alle macht!

Slide 10 - Slide

Alle macht!

In Frankrijk had koning Louis XIV alle macht.

Slide 11 - Slide

Alle macht!
Deze koning bepaalde alles zelf. Het hele land draaide om hem en zijn wil.

Slide 12 - Slide

Alle macht!
Deze koning bepaalde alles zelf. Het hele land draaide om hem en zijn wil.

Slide 13 - Slide

Alle macht!
Deze koning bepaalde alles zelf. Het hele land draaide om hem en zijn wil.

Alles dat hij wilde, werd absoluut uitgevoerd.
Wanneer dit is, wordt
dat absolutisme 
genoemd.

Slide 14 - Slide

Alle macht!
Hoe kan het dat mensen in Frankrijk het hier mee eens waren?

Slide 15 - Slide

Alle macht!
Hoe kan het dat mensen in Frankrijk het hier mee eens waren?

Slide 16 - Slide

Alle macht!
Hoe kan het dat mensen in Frankrijk het hier mee eens waren?

Is het in Nederland net zo als in Frankrijk?

Slide 17 - Slide

Alle macht!
Zo'n machtige koning, die had wel een enorm paleis nodig!

Slide 18 - Slide

Alle macht!
Zo'n machtige koning, die had wel een enorm paleis nodig!

Dat had hij: het paleis van Versailles.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Het paleis van Versailles
Lodewijk XIV woonde met duizenden edelen en bedienden in Versailles. De koning hield de edelen dichtbij en vermaakte ze goed zodat ze niet in opstand zouden komen. 

Slide 21 - Slide

Het paleis van Versailles
Lodewijk XIV woonde met duizenden edelen en bedienden in Versailles. De koning hield de edelen dichtbij en vermaakte ze goed zodat ze niet in opstand zouden komen. 

Slide 22 - Slide

Het paleis van Versailles
Edelen zijn mensen die van adel zijn. Zij waren vaak erg rijk.
Lodewijk XIV woonde met duizenden edelen en bedienden in Versailles. De koning hield de edelen dichtbij en vermaakte ze goed zodat ze niet in opstand zouden komen. 

Slide 23 - Slide

Hoeveel kamers had het paleis in de tijd van koning Lodewijk XIV?
A
150 kamers
B
800 kamers
C
1 750 kamers
D
2 300 kamers

Slide 24 - Quiz

Hoe groot is het paleis vergeleken met andere paleizen, wereldwijd gezien?
A
Het grootste paleis ooit
B
Het paleis staat op plek 3
C
Het paleis staat op plek 8
D
Het paleis staat op plek 15

Slide 25 - Quiz

Hoeveel mensen woonden er in het paleis van Versailles?
A
100 tot 500 mensen
B
1 000 tot 2 000 mensen
C
5 000 tot 8 000 mensen
D
Alleen de koninklijke familie

Slide 26 - Quiz

Wat was er speciaal aan de tuinen van het Paleis?
A
Er was een speciale fontein die de machtige koning uitbeeldde.
B
Het werd in het weekend opengesteld als een stadspark.
C
Er leefden tijgers en beren in, in speciale verblijven.
D
Het was de tuin met de meeste boomsoorten ter wereld.

Slide 27 - Quiz

Het paleis van Versailles
Het paleis was echt het centrum van de macht. Alles werd in dit paleis bepaald en geregeld!

Slide 28 - Slide

Het paleis van Versailles
Het paleis was echt het centrum van de macht. Alles werd in dit paleis bepaald en geregeld!
Dit wordt centralisatie genoemd.
Lodewijk XIV woonde met duizenden edelen en bedienden in Versailles. De koning hield de edelen dichtbij en vermaakte ze goed zodat ze niet in opstand zouden komen. 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide



L'État, c'est Moi


  • De wil van de koning was wet. Dit noem je absolutisme
  • Lodewijk XIV was een Franse koning met absolute macht (1638-1715).
  • Deze macht is  hem door god gegeven: droit divin of devine right  (= goddelijk recht)
  • Zo hoefde dus niemand aan wil en wijsheid van de koning te twijfelen...

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Thema 8: Samenleven
 Blok 1 Les 2: Frankrijk

Slide 33 - Slide

Spiekbriefje

Slide 34 - Slide

Spiekbriefje

Je hebt een spiekbriefje gekregen van Martijn.

Slide 35 - Slide

Spiekbriefje

Je hebt een spiekbriefje gekregen van Martijn.


Je moet kiezen wat voor jou de belangrijkste of moeilijkste dingen zijn om te onthouden.

Slide 36 - Slide

Spiekbriefje

Wat komt er op jouw spiekbriefje over:

Slide 37 - Slide

Spiekbriefje

Wat komt er op jouw spiekbriefje over:


- het blok alle macht aan de   
  koning
?  

- de les die we gisteren hebben
  gehad?

timer
4:00

Slide 38 - Slide

Aan de slag!

Slide 39 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Slide 40 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 3 + 4 + 5


Slide 41 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 3 + 4 + 5


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?



Slide 42 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 3 + 4 + 5


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?

Probeer dan ook oefening 6.


Slide 43 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 3 + 4 + 5


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?

Probeer dan ook oefening 6.


timer
15:00

Slide 44 - Slide

De standenmaatschappij

Slide 45 - Slide

De standenmaatschappij
Sinds de Middeleeuwen was het leven in Frankrijk ingedeeld in drie standen:

Slide 46 - Slide

De standenmaatschappij
Heb je weleens het spel schaken gespeeld?

Slide 47 - Slide

De standenmaatschappij
Heb je weleens het spel schaken gespeeld?
Hoe vond je dit spel?

Slide 48 - Slide

De standenmaatschappij
Heb je weleens het spel schaken gespeeld?
Hoe vond je dit spel?
Wanneer win je dit spel?

Slide 49 - Slide

De standenmaatschappij
Net als bij schaken, waren er in Frankrijk mensen die meer macht hadden dan anderen.


Slide 50 - Slide

De standenmaatschappij
Net als bij schaken, waren er in Frankrijk mensen die meer macht hadden dan anderen.

Koning
Geestelijken
Edelen
Boeren


Slide 51 - Slide

De Eerste stand

Slide 52 - Slide

De Eerste stand
De geestelijkheid => de mensen van de kerk. 
Taak:  zorgen dat God tevreden is. 



  

Slide 53 - Slide

De Eerste stand
De geestelijkheid => de mensen van de kerk. 
Taak:  zorgen dat God tevreden is. 

Zij hadden voorrechten of privileges :
  • De kerk was grootgrondbezitter, bezat veel land. 
  • De geestelijken mocht het Franse volk belasting laten betalen en hoefde zelf geen belasting te betalen.

  

Slide 54 - Slide

De Tweede Stand

Slide 55 - Slide

De Tweede Stand

Edelen beschermden het land en hadden veel rijkdom. 

Privileges: 
  • De adel bezat een groot gedeelte van Frankrijk
  • Zij mochten recht spreken,  besturen en belasting heffen.
  • Ze hoefden zelf geen belasting te betalen



Slide 56 - Slide

De Tweede Stand

Edelen beschermden het land en hadden veel rijkdom. 

Net als de geestelijken, heeft deze groep privileges: 
  • De adel bezat een groot gedeelte van Frankrijk
  • Zij mochten recht spreken,  besturen en belasting heffen.
  • Ze hoefden zelf geen belasting te betalen



Slide 57 - Slide

De 
Derde stand

Slide 58 - Slide

De 
Derde stand
De boeren en de burgers
Taak: Bidden &  werken

 



Slide 59 - Slide

De 
Derde stand
De boeren en de burgers
Taak: Bidden &  werken

  • Arme boeren en werklieden.
  • Er waren ook rijkere werklieden. Zij betaalden enorm veel belasting maar hadden NIETS te zeggen.
 



Slide 60 - Slide

Het besturen van het land vanuit één punt.
Welke antwoord past hier bij?
A
Zonnenkoning
B
Paleis van Versailles
C
Regenten
D
Absolutisme

Slide 61 - Quiz

Lodewijk XIV is een absoluut vorst. Wat is een absoluut vorst?
A
Een koning met veel ministers die hem helpen.
B
Een vorst die alles zelf betaald.
C
Een vorst die door God op de troon is gezet en zijn macht met God deelt.
D
Een koning die alleen heerst. Die macht heeft hij van God gekregen.heeft.

Slide 62 - Quiz

Uit welke drie standen bestond de middeleeuwse standensamenleving?
A
Boeren, ridders en soldaten
B
Geestelijken, boeren en ambachtslieden
C
Edelen, boeren en koningen
D
Boeren/burgers, geestelijken en edelen.

Slide 63 - Quiz

Sleep de kenmerken naar de juiste standen
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand
De geestelijken
De adel
De boeren
Moest vechten
Moest werken
Moest bidden

Slide 64 - Drag question

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Zoek in het verhaal van Marie:

Slide 65 - Slide

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Zoek in het verhaal van Marie:

Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Een zin over de tweede stand waar jeZzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz     je aan ziet dat Marie niet bij de 
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    tweede stand hoort.

Slide 66 - Slide

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Zoek in het verhaal van Marie:

Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Een zin over de derde stand waar jeZzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz     je aan ziet dat Marie wel bij de 
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    derde stand hoort.

Slide 67 - Slide

Slide 68 - Video

Thema 8: Samenleven
 Hoofdstuk 1: Frankrijk

Slide 69 - Slide

Fijn dat je er bent!
Wat wordt er van je verwacht?

  • Je gaat op een plek zitten waar jij deze les goed mee kan doen.
  • Je pakt het boekje van M&M en iets om mee te schrijven.
  • Als Martijn zegt dat de les gaat beginnen, wordt je stil.

Slide 70 - Slide

Thema 8: Samenleven
 Hoofdstuk 1: Frankrijk

Slide 71 - Slide

Sleep de kenmerken naar de juiste standen
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand
De geestelijken
De adel
De boeren
Moest vechten
Moest werken
Moest bidden

Slide 72 - Drag question

Aan de slag!

Slide 73 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Slide 74 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 9 + 11 + 12 + 13


Slide 75 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:


oefening 9 + 11 + 12 + 13


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?



Slide 76 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!


Maak in 15 minuten zeker:

oefening 9 + 11 + 12 + 13


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?

Probeer dan ook oefening 8.


Slide 77 - Slide

Aan de slag!

Je doet je best!



Maak in 15 minuten zeker:

oefening 9 + 11 + 12 + 13


Heb je snel gewerkt? Was het makkelijk voor je?

Probeer dan ook oefening 8.








timer
15:00

Slide 78 - Slide

De standenmaatschappij

Slide 79 - Slide

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Welk gevoel krijg je bij het horen van
 g                                                  het laatste stukje tekst?

Slide 80 - Slide

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    "Maar toch, diep van binnen, hoop ik 
 g                                                   dat er ooit een dag komt dat we
                                      m             meer zijn dan alleen maar mensen
                                                       die buigen en geven."

Slide 81 - Slide

De standenmaatschappij
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz    Zoek in het verhaal van Marie:

Slide 82 - Slide

Samen lezen
We lezen klassikaal:
Alle macht aan de koning (blz. 12) +
Nieuwe ideeën (blz. 15)

Slide 83 - Slide

Aan de slag! 
Lezen: Blz 12 t/m blz 27
Maken 1 t/m 6 + 9, t/m 12 CD + 13 t/m 23
Leren: Kennen en kunnen + begrippen
timer
15:00

Slide 84 - Slide

2. Wat gaan we doen deze les?  
  1. Even herhalen
  2. Uitleg Revolutie! 
  3. Teksten doornemen
  4. Zelfstandig werken 
  5. Histoclip Franse Revolutie  
  6. Samen werken

Slide 85 - Slide

De Franse revolutie

Slide 86 - Slide

De Franse revolutie
Vrijheid
Gelijkheid
Broederschap

Slide 87 - Slide

De Franse revolutie

Slide 88 - Slide

De Franse revolutie

Slide 89 - Slide

De Franse revolutie

Slide 90 - Slide

De Franse revolutie
Op 14 juli 1789 bestormden arme burgers van Parijs de gevangenis "Bastille". 

Slide 91 - Slide

De Franse revolutie
Op 14 juli 1789 bestormden arme burgers van Parijs de gevangenis "Bastille". 
Ze waren de standenmaatschappij en de ongelijkheid in Frankrijk meer dan zat. 

Slide 92 - Slide

Slide 93 - Slide

Gevolgen Franse Revolutie - korte termijn
In de chaos en rellen nemen de burgers de regering over en voeren veranderingen op het gebied van mensenrechten:
  • De standenmaatschappij wordt afgeschaft 
  • Er wordt een grondwet gemaakt. 
  • Er komt democratie

Er breekt een gewelddadige periode aan in Frankrijk => 
De Terreur

Slide 94 - Slide

Revolutie in Nederland
 In 1795 valt Frankrijk Nederland binnen. Ook hier is een roep om revolutie...


Wat gebeurde er Nederland:
  • Regering werd verjaagd 
  • Er kwam een grondwet 
  • Afschaffing standen 

Slide 95 - Slide

Spiekbriefje

Slide 96 - Slide

Spiekbriefje

Je hebt een spiekbriefje gekregen van Martijn.

Slide 97 - Slide

Spiekbriefje

Je hebt een spiekbriefje gekregen van Martijn.


Je moet kiezen wat voor jou de belangrijkste of moeilijkste dingen zijn om te onthouden.

Slide 98 - Slide

Spiekbriefje

Wat komt er op jouw spiekbriefje over:

Slide 99 - Slide

Spiekbriefje

Wat komt er op jouw spiekbriefje over:


- het blok Nieuwe ideeën?

- het blok Revolutie?

timer
8:00

Slide 100 - Slide

Slide 101 - Video

Spiekbriefje

Maak de herhalingsvragen.


Je mag jouw spiekbriefje gebruiken.


Hoe goed lukt het jou om deze vragen te maken?

timer
8:00

Slide 102 - Slide

De Franse revolutie

Slide 103 - Slide

De Franse revolutie

Slide 104 - Slide

De Franse revolutie
Op 14 juli 1789 bestormden arme burgers van Parijs de gevangenis "Bastille". 

Slide 105 - Slide

De Franse revolutie
Op 14 juli 1789 bestormden arme burgers van Parijs de gevangenis "Bastille". 
Ze waren de standenmaatschappij en de ongelijkheid in Frankrijk meer dan zat. 

Slide 106 - Slide

Slide 107 - Video

Nieuwe ideeën  
De Verlichting is een verandering in het denken over wetenschap en politiek. 

Belangrijke nieuwe gedachtes waren:
  • de kracht van het verstand (de rede)  
  • de mens is van nature gelijk en vrij 
Bedenk samen: 
Waarom botst "de kracht van de rede' met de rol van de kerk?
Waarom botst het idee dat mensen gelijk zijn met de standenmaatschappij?  
 

Slide 108 - Slide

Trias Politica
Verlichte denkers hadden kritiek op het absolutisme.
Volgens verlichte denkers was het niet goed dat één persoon alle macht had.

De Franse denker Montesquieu bedacht daarom de trias politica, de leer van de drie staatsmachten:
  • wetgevende macht door het volk => parlcement
  • uitvoerende macht  => regering
  • rechterlijke macht=> onafhankelijke rechters

Slide 109 - Slide

Trias Politica
    Parlement

    ministers
    rechters

    Slide 110 - Slide

    Weg met de koning!
    • Terwijl Frankrijk bijna failliet was , wilde Lodewijk XVI toch weer de belasting verhogen.  Hiervoor had hij toestemming van de drie standen nodig.
    • Voorwaarde van de (rijke)burgers -> ze eisten meer inspraak.
    • Koning ging niet akkoord. Burgers waren boos en verlieten de vergadering.  

    Juli 1789: Parijzenaren hebben honger!  --> Rellenen en chaos breken uit!
    Woedende burgers bestormen op 14 juli 1789 de Koninklijke gevangenis de Bastille. De revolutie is begonnen..

    Leidde de Franse Revolutie tot meer vrijheid

    Slide 111 - Slide

    Slide 112 - Video

    Samen lezen 
    We lezen Revolutie! (blz 18)

    Slide 113 - Slide

    Aan de slag! 
    Lezen: Blz 12 t/m blz 27
    Maken 1 t/m 6 + 9, t/m 12 CD + 13 t/m 23
    Leren: Kennen en kunnen + begrippen

    We kijken straks de Histoclip de Franse Revolutie
    timer
    15:00

    Slide 114 - Slide

    Slide 115 - Video

    Samen aan de slag
    Lezen: Blz 12 t/m blz 27
    Maken 1 t/m 6 + 9, t/m 12 CD + 13 t/m 23
    Leren: Kennen en kunnen + begripp en

    Keuze: Kijken uitlegfilmpjes Franse revolutie
    Beelden uit Games@School 

     

    Slide 116 - Slide

    Slide 117 - Video

    Slide 118 - Video

    Slide 119 - Video

    3. Wat gaan we doen deze les?  
    1. Gevolgen Franse Revolutie 
    2. Keizer Napoleon
    3. Filmpje 
    4. Samen werken
    5. Leerdoelenquiz

    Slide 120 - Slide

    Kennen en kunnen Blok 1

    • Je kan drie gevolgen van de Franse Revolutie noemen
    • Je kan uitleggen wat mensenrechten zijn en daar ook voorbeelden van noemen
    • Je kan drie vernieuwingen noemen die Napoleon heeft ingevoerd.
    • Je kan twee overeenkomsten en twee verschillen noemen tussen Lodewijk XIV en Napoleon

    Slide 121 - Slide

    Mensenrechten nu
    Mensenrechten = rechten die ieder mens zou moeten hebben.

    Belangrijkste mensenrechten:
    • recht op vrijheid 
    • recht op veiligheid 
    • recht op bezit 
    • recht op eigen godsdienst 
    • recht op eigen mening 
    • recht op onderwijs  



    1948 Universele Verklaring van de Rechten van de Mens

    Slide 122 - Slide

    Napoleon Bonaparte
    • In 1799 pleegt Napoleon een staatsgreep.
    • Geboren op het eiland Corsica.
    • Hij was afkomstig uit de derde stand (zijn vader was advocaat)
    • Hij ging op zijn 15e naar een militaire academie
    • Napoleon wil een groot Frankrijk en startte diverse oorlogen .  Hij helpt  anderen die de ideeën van de Franse Revolutie steunen.

    Slide 123 - Slide

    Napoleon kroont zichzelf keizer (1804)

    1799: Napoleon aan de macht in Frankrijk => Hij veroverde een groot deel van Europa.  
    In 1804 kroont hij zichzelf tot keizer

    Napoleon zorgde ervoor dat de landen binnen zijn rijk goed georganiseerd werden. --> wetboek: Code Napoleon

    • Na 15 jaar revolutie lijkt Frankrijk terug bij af: Er is weer één man de baas.

    In 1815 werd Napoleon verslagen => De Fransen trokken zich terug uit Nederland. 

    Slide 124 - Slide

    Slide 125 - Video

    Samen lezen 
    Keizer Napoleon (blz 23)

    Slide 126 - Slide

    Slide 127 - Video

    Aan de slag! 
    Lezen: Blz 12 t/m blz 27
    Maken 1 t/m 6 + 9, t/m 12 CD + 13 t/m 23
    Leren: Kennen en kunnen + begrippen

    Na 15 minuten gaan we de leerdoelenquiz doen! 
    Keuze: Oefenen met Quizlet! 

     
    timer
    15:00

    Slide 128 - Slide

    Slide 129 - Link


    Noem twee overeenkomsten en 
    twee verschillen tussen Lodewijk XIV en Napoleon

    Slide 130 - Open question

    Welke stand had als taak belasting betalen en werken
    A
    De eerste stand
    B
    De tweede stand
    C
    De derde stand
    D
    Iedereen behalve de koning.

    Slide 131 - Quiz

    Besturen
    Recht spreken &
    Beschermen
    A
    Taken van de Eerste stand
    B
    Taken van de Tweede stand
    C
    Taken van de Derde stand
    D
    Leuk om te doen!

    Slide 132 - Quiz

    Verlichte denkers gingen uit van twee belangrijke ideeën.
    Welke ideeën zijn dit?
    A
    - Het land is verloren - We moeten de koning gehoorzamen
    B
    -Alle mensen hebben verstand -Iedereen is hetzelfde
    C
    -De koning is God -De boeren betalen belasting.
    D
    - Iedereen moet zelf nadenken -Mensen zijn van nature vrij en gelijk

    Slide 133 - Quiz



    Welke begrip hoort bij deze afbeelding?
    A
    Democratie
    B
    Trias Politica
    C
    Montesquieu
    D
    Scheiding der machten

    Slide 134 - Quiz

    Wat is een monarchie?
    A
    Een monarchie is een land zonder koning
    B
    Een monarchie is een land met een koning of keizer.
    C
    Een monarchie is een land met een grondwet.
    D
    Een monarchie is een land met een president.

    Slide 135 - Quiz

    Wat zijn gevolgen van de Franse Revolutie
    A. Boeren gaan Frankrijk besturen
    B. De adel grijpt de macht
    C. Franse burgers worden even rijk
    D. Gelijke rechten voor alle burgers
    E. Het koningschap wordt afgeschaft

    Slide 136 - Open question

    Wat is een constitutionele monarchie?
    A
    Een land zonder koning
    B
    Een democratie met een parlement
    C
    Een koninkrijk met een grondwet
    D
    Een koninkrijk zonder grondwet.

    Slide 137 - Quiz

    Welke verandering vond niet plaats tijdens het bestuur van Napoleon?
    A
    Invoering dienstplicht
    B
    Opstellen van een burgerlijk wetboek en achternamen (code civil)
    C
    Invoering van metriek stelsel (meters, liters, kilo's)
    D
    rechts rijden op de weg

    Slide 138 - Quiz

    Aan de slag!

    Slide 139 - Slide

    Aan de slag!

    Je doet je best!


    Slide 140 - Slide

    Aan de slag!

    Je doet je best!


    Maak tot het eind van dit lesuur zoveel mogelijk opdrachten van hoofdstuk 1.


    Slide 141 - Slide

    Aan de slag!

    Je doet je best!


    Maak tot het eind van dit lesuur zoveel mogelijk opdrachten van hoofdstuk 1.


    Lukt het jou om hoofdstuk 1 vandaag af te ronden?


    Slide 142 - Slide

    Slide 143 - Video

    Slide 144 - Link