8.4 Bloedsomloop

8.4 bloedsomloop
Lees de theorie uit de lessonup en maak er een samenvatting van. Maak daarna de vragen in lessonup
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

8.4 bloedsomloop
Lees de theorie uit de lessonup en maak er een samenvatting van. Maak daarna de vragen in lessonup

Slide 1 - Slide

Open circulatie

  • Vloeistof komt uit de vaten
  • Vloeistof stroomt vanzelf terug 
      naar het hart
  • Bijv. bij spinnen of insecten

Slide 2 - Slide

Gesloten bloedsomloop: enkel
  • Bloed blijft in de vaten
  • Bloed komt 1 keer door het hart
  • Bij vissen

Slide 3 - Slide

Geslote bloedsomloop: dubbel
  • Bloed blijft in de vaten
  • Bloed komt 2 keer door het hart
  • Grote en kleine bloedsomloop
  • Bijv. bij zoogdieren of vogels

Slide 4 - Slide

kleine bloedsomloop:
hart - longen - hart
grote bloedsomloop:
hart - alle organen - hart

Slide 5 - Slide

Alle systemen hebben
  • Een vloeistof om rond te pompen: hemolymfe of bloed
  • Buizen: de (bloed) vaten
  • Een holle spier als pomp: het hart

Slide 6 - Slide

Bloedvaten

Slide 7 - Slide

3 typen bloedvaten

Slide 8 - Slide

Slagaders
  • Voeren bloed naar je organen.
  • Dik en gespierde vaten.
  • Bloed stroomt snel en hoge bloeddruk.

Slide 9 - Slide

Aders
  • Voeren het bloed vanaf de organen weer terug naar het hart.
  • Wanden zijn dun en slap, bevatten kleppen.
  • Bloed stroomt heel langzaam en bloeddruk is laag.

Slide 10 - Slide

Slagaders

  • Naar organen toe
  • Bloed stroomt snel
  • Hoge bloeddruk
  • Dikke, gespierde wanden
Aders

  • Van organen af
  • Bloed stroomt langzaam
  • Lage bloeddruk
  • Dunne wanden
  • Kleppen

Slide 11 - Slide

Haarvaten
  • Bloed stroomt langzaam
  • Lage bloeddruk
  • Dunne wanden met gaatjes
  • Cellen krijgen zuurstof en voedingsstoffen van haarvaten en geven koolstofdioxide en afvalstoffen terug.

Slide 12 - Slide

Kleppen in de aders

Slide 13 - Slide

Hoe vaak komt het bloed door je hart voor een volledig rondje bij de enkele bloedsomloop?
A
1
B
2
C
0
D
3

Slide 14 - Quiz

In de afbeelding zie je de bloedsomloop van de vis. Heeft de vis een dubbele bloedsomloop?
A
JA
B
NEE

Slide 15 - Quiz

Hoe loopt de kleine bloedsomloop?

Wat is de taak van de kleine bloedsomloop?
A
Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof opname in bloed
B
Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen
C
Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof opname in bloed
D
Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen

Slide 16 - Quiz

Waarom is de wand van slagaders gespierder dan die van aders of haarvaten?

Slide 17 - Open question

Wat gebeurt er in de haarvaten?
A
Uitwisseling van zuurstof en CO2 met weefsels
B
Al het bloed verlaat de circulatie
C
Hier wordt het bloed zuurstofrijk gemaakt
D
Hier krijgt het bloed de blauwe kleur

Slide 18 - Quiz

Slagaders gaan ... ?
A
Naar het hart toe
B
Van het hart af

Slide 19 - Quiz

In welke vaten is de bloeddruk het hoogste?
A
Slagaders
B
Aders
C
Haarvaten

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Link

opdrachten 8.4
maken: 6, 7, 8, 11 en 12

Slide 22 - Slide