Regelmatige werkwoorden in de o.t.t.- spelenderwijs leren

Onvoltooid tegenwoordige tijd:
Duitse regelmatige werkwoorden zoals 'machen'
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Onvoltooid tegenwoordige tijd:
Duitse regelmatige werkwoorden zoals 'machen'

Slide 1 - Slide

Bekijk goed de volgende afbeelding!
Probeer daarna de spelletjes op te lossen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Link

Slide 6 - Link

kaufe
baust
wohnt
sagt
fragen
feiern
er, sie, es
sie / Sie
du
wir
ich
ihr

Slide 7 - Drag question

Was ist richtig?

Slide 8 - Slide

du (kaufen).
A
kaufet
B
kaufe
C
kaufen
D
kaufst

Slide 9 - Quiz

Ich (spielen)
A
spielt
B
spiele
C
spielen
D
gespielt

Slide 10 - Quiz

ihr (machen)
A
machen
B
machst
C
macht
D
machet

Slide 11 - Quiz


(hören) Ich ______ gerne Musik.
A
hort
B
höre
C
horst
D
horen

Slide 12 - Quiz

(kaufen) Ihr _____ solche teuere Sachen.
A
kaufst
B
kaufen
C
kaufet
D
kauft

Slide 13 - Quiz

(besuchen) Du ______ die Oma.
A
besucht
B
besuchst
C
besuchen
D
besuche

Slide 14 - Quiz

(kaufen) Ihr _____ solche teuere Sachen.
A
kaufst
B
kaufen
C
kaufet
D
kauft

Slide 15 - Quiz

(spielen) Ich _____ gern Tennis.
A
spielt
B
spiele
C
spielen
D
spielst

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Link

Wat vind je nog lastig aan het vervoegen van werkwoorden?

Slide 18 - Open question

Hoe goed snap je de grammatica?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

WAT HEB JE ONTHOUDEN?

Slide 20 - Mind map