passieve zinnen

Passieve zinnen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsWOStudiejaar 6

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Passieve zinnen

Slide 1 - Slide

passieve vorm
1. Wanneer de schrijver de handelende persoon niet noemt omdat die niet bekend is. 

Daar wordt [door Sinterklaas] aan de deur geklopt; 
wie zou dat zijn?

Slide 2 - Slide

passieve vorm
2. Wanneer de schrijver de handelende persoon niet wil noemen omdat die niet relevant is of omdat hij die bijvoorbeeld opzettelijk in het vage wil houden.

Het huis wordt [door de aannemer] geheel gerenoveerd.

Roken is hier [door de bezoekers] niet toegestaan.

Slide 3 - Slide

passieve vorm
3. Wanneer de schrijver niet de handelende persoon, maar de handeling centraal wil stellen. 

Er wordt [door de leerlingen] wel veel gepraat, 
maar weinig gedaan.

Slide 4 - Slide

passieve vorm
4. Wanneer de schrijver zinnen met het enigszins formele
 'men' of het onpersoonlijke 'je' wil vermijden. 

Dat kan beter worden vermeden. 

i.p.v.

Dat kan men beter vermijden met 

Slide 5 - Slide

passieve vorm
5. Wanneer de schrijver zinnen beter op elkaar 
wil laten aansluiten.

Hij bewonderde ons kantoor, het is gebouwd door een bekende architect. 

i.p.v. 

Hij bewonderde ons kantoor, een bekende architect bouwde het.

Slide 6 - Slide

passieve vorm
6. Wanneer de schrijver dubbelzinnigheid wil voorkomen.

De werknemers verraden hun collega's.
[wie heeft wie verraden?]

De werknemers die door hun collega's zijn verraden…

Slide 7 - Slide

passieve vorm
  1. handelende persoon is onbekend
  2. handelende persoon is niet relevant 
  3. de handeling staat centraal
  4. formele 'men' of het onpersoonlijke 'je' vermijden
  5. zinnen beter op elkaar laten aansluiten
  6. dubbelzinnigheid voorkomen

Slide 8 - Slide

van actief naar passief
object -> subject
subject -> bepaling met door
voeg hulpwerkwoord worden of zijn toe


De burgemeester keurde het plan uiteindelijk goed.  
Het plan werd door de burgemeester  uiteindelijk goed gekeurd.

Slide 9 - Slide

tijden
presens
imperfectum
Perfectum
Plusquamperfectum
actief
passief
De man wordt gearresteerd door de politie.
De politie arresteert de man.
De man werd gearresteerd .
De man is gearresteerd. 
De man was gearresteerd. 
De politie arresteerde de man.
De politie heeft de man gearresteerd.
De politie had de man gearresteerd.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide