Afsluitende QUIZ WZA

QUIZ WZA Nijmegen
afsluitende quiz
1 / 26
next
Slide 1: Slide
VerzorgingPraktijkonderwijsMBOLeerjaar 1Studiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

QUIZ WZA Nijmegen
afsluitende quiz

Slide 1 - Slide

Dementie is een verzamelnaam voor ruim ............ ziektes
A
10
B
15
C
25
D
70

Slide 2 - Quiz

Is Alzheimer het zelfde als dementie?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Wat is de meest voorkomende vorm van dementie?
A
Alzheimer
B
Vasculaire dementie
C
Lewy body dementie
D
Frontotemporale dementie

Slide 4 - Quiz

Wat is een delier?
A
Een plotseling optredende ernstige dementie.
B
Een plotseling optredende ernstige bloeding.
C
Een plotseling optredende ernstige dorstprikkel.
D
Een plotseling optredende ernstige verwardheid.

Slide 5 - Quiz

Thea is dementerend en steeds opzoek naar ruimtes zoals de WC. Hoe kan Thea daarbij geholpen worden?
A
De inrichting aanpassen
B
Verhuizen
C
Herkenningstekens of pictogrammen plaatsen
D
Alle deuren in huis verwijderen

Slide 6 - Quiz

Elke vorm van dementie begint met vergeetachtigheid
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Vasculaire dementie gaat vaak gepaard met depressie
A
waar
B
niet waar
C
weet ik niet

Slide 8 - Quiz

Feedback is altijd negatief
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

de 4 g methode bij feedback geven bestaat ui.
A
gedrag gevoel gevolg en gewenst gedrag
B
gevoel gevolg gewenst gedrag, gewenning
C
gedrag, gevoel, gevolg en gewenning
D
gedrag gevolg, gewenst gedrag en gewenning

Slide 10 - Quiz

Vraag 1: Wat is communicatie?
A
Het overbrengen van informatie van zender naar ontvanger
B
Het overbrengen van informatie van ontvanger naar zender
C
Het overbrengen van informatie van schrijver naar lezer
D
Het overbrengen van informatie van lezer naar schrijver

Slide 11 - Quiz

Wat wordt er afgekeurd in de rooms-katholieke kerk wanneer iemand ernstig ziek is en binnenkort komt te overlijden?
A
Medicijnen
B
Bedienen
C
Euthanasie
D
Hulp van buitenaf (thuiszorg)

Slide 12 - Quiz

Dementie is een palliatieve ziekte
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Als WZA mag je geheel zelfstandig de ochtendzorg bij een bewoner doen?
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Een hypo wil zeggen een te hoog bloedsuiker gehalte in het bloed
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Als iemand een te hoog bloedsuiker gehalte in zijn bloed heeft, is het goed hem extra te laten drinken en bewegen
A
waar
B
niet waar
C
er zijn uitzonderingen

Slide 16 - Quiz

De vriezer moet minimaal staan op
A
-15
B
-17
C
-18
D
-20

Slide 17 - Quiz

De sfeer aan tafel bepaalt voor een groot gedeelte hoeveel een bewoner eet
A
alleen als er een fijne sfeer onderling is
B
alleen als het eten er aantrekkelijk uitziet
C
maakt niks uit
D
A&B samen

Slide 18 - Quiz

Als WZA is het verstandig om te rapporteren?
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

objectief observeren betekent
A
je beschrijft wat je denkt te zien
B
Je beschrijft wat je denkt te zien en wat je echt ziet
C
je beschrijft wat je echt ziet

Slide 20 - Quiz

Wat is de hamburger methode
A
een communicatie middel
B
een methodiek van feedback geven
C
een methodiek om te bepalen of iemand zorg nodig heeft

Slide 21 - Quiz

een suggestieve vraag is
A
een vraag waarop je ja of nee kan zeggen
B
een vraag waarin al een sturend antwoord zit
C
Een vraag waar je zelf alle kanten mee op kan qua antwoord

Slide 22 - Quiz

het welzijn van mijn bewoner vind ik belangrijker dan het medische

Slide 23 - Open question

Als een bewoner verlamd is aan de linker kant van zijn lichaam, hoe trek je dan een jas aan bij deze persoon, beschrijf dit kort

Slide 24 - Open question

Een idee voor een maaltijd inbrengen is het
A
werk van de WZA
B
werk van het gehele team
C
werk van de bewoner zelf als hij t kan

Slide 25 - Quiz

Reflectievragen
wat is het meest waardevolle wat je hebt geleerd in de cursus?
Welke nieuwe vaardigheden heb je ontwikkelt?
welke uitdagingen ben je tegen gekomen in de cursus?
op welke manier heeft deze cursus je als proffesional veranderd?
wat was je favoriete lesmoment en waarom?
Welke lesaspecten hebben je het meest uitgedaagd?
Wat had je liever anders gezien in de cursus?

Hebben jullie het evaluatieformulier ingeleverd?

Slide 26 - Slide