2.2 Rivieren van ijs

2.2 Rivieren van ijs
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.2 Rivieren van ijs

Slide 1 - Slide

Planning vandaag (V2C)
  • Instructie + leerdoelen 2.2 Rivieren van ijs
  • Maken opgaven 2.2

Slide 2 - Slide

Wat moet je leren?
  • Je weet hoe een gletsjer ontstaat
  • Je weet hoe een gletsjer bijdraagt aan de opbouw en afbraak van het landschap
  • Je weet wat V en U dalen zijn en hoe deze ontstaan

Slide 3 - Slide

Wat zijn gletsjers, die duizend jaar geleden de Alpen bedekten?
A
Rivieren van ijs die langzaam van de hellingen naar beneden gleden
B
Een zee van ijs die snel van de hellingen naar beneden gleden

Slide 4 - Quiz

Hoe noem je de periode tussen 2 ijstijden in?
A
glaciaal
B
interglaciaal

Slide 5 - Quiz

Wat is Firn?
korrelige, overjarige en ijsachtige sneeuw. 

Slide 6 - Slide

Wat denk je? Hoe ontstaat firn?
A
In de ijstijd valt veel neerslag. Dat is firn.
B
In de ijstijd valt veel sneeuw. De sneeuw ontdooit en bevriest en verandert in de jaren in firn.
C
Firn is korrelachtige, overjarige en ijsachtige sneeuw

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

U-dal (erosie)
V-dal (erosie)

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Hoe kun je zien tot hoever de gletsjer is gekomen?


Dat kun je zien aan de eindmorenen. De gletsjer stopt op de plek waar de eindmorenen liggen

Slide 14 - Slide

Gletsjertunnel

Gletsjerpoort

Gletsjerrivier


Deze krijgen op de volgende slides toelichting:-)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Welke vervoerders van verweringsmateriaal zijn er?
A
rivieren, zee en wind
B
ijs, water,rivieren,zee en wind

Slide 18 - Quiz

Alpen

Gletsjers in de Alpen zijn de bronnen van de rivieren in Europa


Gletsjerrivier

Gemengde rivier

Regenrivier

Slide 19 - Slide

Waarom is de Rijn een gemengde rivier?
A
omdat gletsjerwater onderweg wordt aangevuld met neerslag; dus allebei
B
omdat de rijn wordt gevoed door neerslag

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Waar is de meeste zal de meeste erosie zijn?
A
Bovenloop
B
Benedenloop

Slide 22 - Quiz

Nu aan de slag! :-)

Maken van paragraaf 2.2:

Opgave: 3 - 4a/c - 5 - 7 - 9 

Succes! 

Slide 23 - Slide