This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Quiz hoofdstuk 5 Rechtsstaat
Slide 1 - Slide
Quiz hoofdstuk 5
Welkom!
Je hoeft niets te pakken
Slide 2 - Slide
Quiz
Ingedeeld in groepen --> antwoord via wisbordje
Overleg zachtjes
Prijs voor de winnaars
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Waar of niet waar ?
Overtredingen zijn erger dan misdrijven.
Waar
Niet waar
Slide 5 - Drag question
Wie spreekt het vonnis uit tijdens een rechtzaak?
A
Rechter
B
Advocaat
C
Officier van Justitie
D
Getuigen
Slide 6 - Quiz
Wat is een autoritaire staat?
Slide 7 - Open question
Wat betekent censuur?
A
Het stoppen van nepnieuws.
B
Dat de overheid controleert wat er mag worden gezegd en geschreven voordat het naar buiten komt.
C
Alles wat je zegt mag, zonder regels.
D
Het controleren van hoeveel mensen tv kijken.
Slide 8 - Quiz
Wie bepaalt of iemand voor de rechter moet verschijnen?
A
Officier van Justitie
B
Advocaat
C
Politie
D
Rechter
Slide 9 - Quiz
Wat is het verschil tussen preventie en repressie?
Slide 10 - Open question
“De gevangenissen moeten veel minder luxe hebben. Geen tv of radio. Gewoon een kale cel, zodat gevangenen alle tijd hebben om over hun gedrag na te denken.” Degene die deze uitspraak doet, wil meer PREVENTIE / REPRESSIE, want …
Slide 11 - Open question
Repressie (harder straffen) om criminaliteit te bestrijden hoort bij
A
Linkse partijen
B
Middenpartijen
C
Rechtse partijen
Slide 12 - Quiz
Zet het verloop van een rechtszaak in de goede volgorde
Uitspraak/ Vonnis
Advocaat houdt toespraak
Verhoor getuigen
Aanklacht
Opening
Verhoor verdachte
Officier van Justitie aan het woord
Laatste woord verdachte
Slide 13 - Drag question
Welk begrip past hierbij? De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
A
schikken
B
marchanderen
C
Vervolgen
D
seponeren
Slide 14 - Quiz
Wat is het legaliteitsbeginsel?
A
Naast rechten hebben we ook plichten.
B
Je kan niet twee keer worden vervolgd.
C
Iets is alleen strafbaar als het in de wet staat.
D
De overheid kan ook strafbaar zijn.
Slide 15 - Quiz
Verdachte
Rechter
Officier van justitie
Advocaat
Slide 16 - Drag question
Noem 4 risicofactoren op criminaliteit (per antwoord 1 punt)