This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Vragen les 1-3
Slide 1 - Slide
De hersenen en het ruggenmerg behoren tot het ….. ? (20 sec)
A
perifere zenuwstelsel
B
centrale zenuwstelsel
Slide 2 - Quiz
De richting van de impulsgeleiding in een zenuwcel loopt altijd van dendrieten naar synapsspleet. Nooit andersom. (30 SEC)
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quiz
In welke richting loopt de impuls in een motorische zenuwcel (30 sec) (paragraaf 9.4 xpert anatomie en fysiologie)
A
Van de motorische schors in de hersenen, via de hersenstam naar het doelorgaan
B
Van de spieren in het lichaam, via het ruggenmerg naar de grote hersenen.
Slide 4 - Quiz
wat is de oorzaak van de ziekte van Parkinson? (45 sec)
A
afsterven substantia nigra > te weinig dopamine productie
B
gebruik van Haldol waardoor dopamine blokkade
C
boksen of ander hersenletsel wat de substantie nigra beschadigd heeft.
D
door CVA > schade > aansturing van de aanmaak van dopamine werkt niet meer.
Slide 5 - Quiz
Welke uitspraak over Multipele Sclerose is correct? (45 sec)
A
het ontstaat door eiwit aanslag op de zenuwen
B
er is sprake van ophoping van myeline
C
myeline rond de zenuwen raakt beschadigd.
D
MS komt vaker voor in landen met een warm klimaat
Slide 6 - Quiz
Wat is de gemiddelde levensverwachting van iemand met Amyotrofysche laterale sclerose ? (45 sec)
A
overlijden ongeveer 3 jaar na diagnose
B
normale levensverwachting
C
ongeveer 20 jaar na start van de klachten
D
gemiddeld overlijden rond 30e levensjaar
Slide 7 - Quiz
Welke behandeling hoort bij de ziekte van Parkinson? (45 sec)
A
anti-epileptica
B
dopaminemedicatie
C
Riluzone
D
Deep Brain stimulation
Slide 8 - Quiz
Vraag
Je bent op pad met een vriend/vriendin, die gezond is. Plots valt hij/zij op de grond, is niet aanspreekbaar, verstijft en begint te schokken met het lichaam. Wat gebeurt hier? Wat doe je? en Wat doe je zeker NIET?
Slide 9 - Slide
Voor welke ziektebeelden geldt de volgende uitspraak: de symptomen hangen af van de plaats in het zenuwstelsel waar de schade is opgetreden. (er zijn 2 goede antwoorden) (45 sec)
A
Amytrofische laterale sclerose
B
dwarslaesie
C
Multipele sclerose
D
Ziekte van Parkinson
Slide 10 - Quiz
Welke van de onderstaande ziekten noem je een neuromusculaire ziekte? (30 sec)
A
ALS
B
MS
C
Parkinson
D
ziekte van Duchenne
Slide 11 - Quiz
Bij deze vorm van MS is er sprake van steeds terugkerende episodes van uitval. Ook wordt de algehele situatie langzaam iets slechter. (45 sec)
A
PPMS
B
SPMS
C
RRMS
D
EVMS
Slide 12 - Quiz
Een zorgvrager geeft een korte schreeuw en valt verstijft op grond. Na 3 minuten komt zij weer bij bewustzijn. Van welke vorm van een epileptische aanval is hier sprake? (45 sec)
A
secundair gegeneraliseerd
B
Tonisch-clonisch insult
C
tonisch insult
D
clonisch insult
Slide 13 - Quiz
Welke van de volgende gevolgen/complicaties passen bij een lage dwarslaesie? (2 antwoorden mogelijk) (30 sec)
A
Retentieblaas
B
Decubitus
C
Gestoorde temperatuurs regelijk
D
Verlamming handspieren
Slide 14 - Quiz
BIj welke van onderstaande ziektebeelden treden over het algemeen geen of weinig afwijkingen op in de gevoelssensatie? (2 antwoorden mogelijk) (45 sec)