Meester de passé composé: Leer alles over het gebruik van avoir en être!

Meester de passé composé: Leer alles over het gebruik van avoir en être!
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransLager onderwijs

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Meester de passé composé: Leer alles over het gebruik van avoir en être!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de passé composé vervoegen met zowel avoir als être en ken je de uitzonderingen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de passé composé in het Frans?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is de passé composé?
De passé composé wordt gebruikt om over een afgeronde actie of gebeurtenis in het verleden te praten.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vervoegen met avoir
Werkwoorden vervoegd met avoir gebruiken het hulpwerkwoord avoir gevolgd door het voltooid deelwoord.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Vervoegen met être
Sommige werkwoorden vervoegen met être als hulpwerkwoord in de passé composé, voornamelijk intransitieve werkwoorden en bewegingswerkwoorden.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Uitzonderingen
Er zijn enkele uitzonderingen op de regel voor het vervoegen van werkwoorden met être in de passé composé, zoals reflexieve werkwoorden en enkele specifieke werkwoorden.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Oefeningen
Laten we nu enkele oefeningen doen om de passé composé met avoir en être te oefenen, inclusief de uitzonderingen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Praktijkzinnen
Schrijf enkele zinnen op waarin de passé composé met avoir en être correct wordt toegepast en laat de studenten deze zinnen vertalen naar het Nederlands.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Nu we de passé composé met avoir en être hebben behandeld, laten we een samenvatting maken van de belangrijkste punten die we vandaag hebben geleerd.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.