Vwo 3 nectar 12.4

H12: Erfelijkheid en evolutie
Biologie
Paragraaf 12.4 deel 1
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H12: Erfelijkheid en evolutie
Biologie
Paragraaf 12.4 deel 1

Slide 1 - Slide

Deze periode (TW4)

Slide 2 - Slide

Deze periode (TW4)

Slide 3 - Slide

Wat is natuurlijke selectie?
A
De sterkste overleven
B
De grootste overleven
C
De best aangepaste overleven
D
De snelste overleven

Slide 4 - Quiz

Wat is een voorwaarde voor
natuurlijke selectie?
A
Variatie in eigenschappen
B
Mannelijke en vrouwelijke organismen
C
Organismen die steeds groter en sterker worden
D
Mutaties in het DNA

Slide 5 - Quiz

Nieuwe rassen kunnen ontstaan door natuurlijke selectie of door kunstmatige selectie.
Wat is een voorbeeld van kunstmatige selectie?

A
Gele en paarse tomaten
B
Variatie in vleugelkleur bij vlinders
C
Poolvossen zijn wit
D
Verschillende huidskleuren bij mensen

Slide 6 - Quiz

Nieuwe rassen kunnen ontstaan door natuurlijke selectie of door kunstmatige selectie.
Wat is een voorbeeld van kunstmatige selectie?

A
Poolvossen hebben in de winter een witte vacht
B
Het ontstaan van een spitse snavel bij vogels in een bepaald gebied.
C
Kweken van vissen met een mooi patroon op de huid.
D
Er steeds meer mensen met bruine ogen op de wereld komen

Slide 7 - Quiz

Wat betekent natuurlijke selectie?
A
Individuen die veel nakomelingen krijgen.
B
Individuen die gunstige eigenschappen hebben om te overleven.
C
Individuen met gunstige erfelijke eigenschappen krijgen meer nakomelingen.
D
Individuen die sterven.

Slide 8 - Quiz

Leerdoelen 12.3

Slide 9 - Slide

Natuurlijke selectie
  • er worden meer bruine slakken opgegeten
  • daardoor blijven er meer gele slakken over
  • die planten zich voort en krijgen jonge slakjes die ook geel zijn

Slide 10 - Slide

VSR
V = variatie 
  • b.v.: er zijn bruine en gele slakken

S = selectie
  • b.v.: de lijsters eten liever bruine slakken, waardoor de gele slakken overblijven

R = reproductie
  • de gele slakken planten zich voort en krijgen kleine slakjes, die ook geel zijn



    Slide 11 - Slide

    Kunstmatige selectie

    Slide 12 - Slide

    Leerdoelen 12.4

    Slide 13 - Slide

    Evolutie van de mens

    Slide 14 - Slide

    Evolutie van de mens

    Slide 15 - Slide

    Evolutie van de mens

    Slide 16 - Slide

    Evolutie van de mens

    Slide 17 - Slide

    Evolutie van de mens

    Slide 18 - Slide

    Sikkelcelanemie

    Slide 19 - Slide

    Rudimentaire organen

    Slide 20 - Slide


    • Lezen paragraaf 12.5 (5 min!)
    • Maken 12.4: opdracht 1 t/m 14
    Huiswerk

    Slide 21 - Slide