Hoofdstuk 3 Getallen 3.2 en 3.3

Welkom
Schrijf de opgaven waar je vragen over hebt op het bord.
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 75 min

Items in this lesson

Welkom
Schrijf de opgaven waar je vragen over hebt op het bord.

Slide 1 - Slide

Vandaag
1. doelen
2. vorige les
3. voorkennis
4. uitleg
5. zelfstandig werken
7. uitleg
8. zelfstandig werken
9. afsluiting

Slide 2 - Slide

Doelen
Aan het einde van deze les kan/weet jij...
... een deel van een hoeveelheid berekenen
... wat een decimaal getal is
... een breuk als een decimaal getal schrijven

Slide 3 - Slide

Vorige les
Waar zijn we mee bezig geweest?

Slide 4 - Slide

Sleep de juiste bewerking naar het juiste teken:
som
verschil
product
quotient
x
+
-
:

Slide 5 - Drag question

Sleep de onderdelen naar de juiste plek
5 x ( 3 + 1 ) : 2 =
=
=
4
5 x
: 2
: 2
10
20

Slide 6 - Drag question

Voorkennis

Slide 7 - Slide

In een klas van 35 kinderen is 1/5 deel ziek. Hoeveel leerlingen zijn er ziek?
A
6
B
7
C
10
D
5

Slide 8 - Quiz

3.2 Deel van een hoeveelheid
  • Je kan een deel van een hoeveelheid berekenen

Slide 9 - Slide

Bereken 5/8 van 32 leerlingen.

Slide 10 - Slide

Bereken 5/8 van 32 leerlingen.
1. 1/8 deel van 32 is 32 : 8 = 4

Slide 11 - Slide

Bereken 5/8 van 32 leerlingen.
1. 1/8 deel van 32 is 32 : 8 = 4

2. 5/8 deel is 5 x 4 = 20


Slide 12 - Slide

Bereken 5/8 van 32 leerlingen.
1. 1/8 deel van 32 is 32 : 8 = 4

2. 5/8 deel is 5 x 4 = 20

Dus 5/8 deel van 32 zijn 20 leerlingen.

Slide 13 - Slide

Bereken 3/7 van 42. Schrijf ook je tussenstappen op.

Slide 14 - Open question

Christiaan eet een flinke plak chocola van 350 gram. Hij eet 3/5 deel op.
Hoeveel gram chocola heeft hij over?
A
120 gram
B
210 gram
C
70 gram
D
140 gram

Slide 15 - Quiz

Zelfstandig werken
Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna maken uitdagende opdrachten.
Maken? – 9, 10, 13, 14, 15, 16, 17, 18


timer
5:00

Slide 16 - Slide

3.3 Breuken en decimale getallen
  • Je weet wat een decimaal getal is.
  • Je kan een breuk als een decimaal getal schrijven.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Hoe schrijf je een breuk als decimaal getal?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Hoe schrijf je deze breuk als decimaal getal?
A
0,005
B
0,05
C
0,5
D
5

Slide 21 - Quiz

Van breuken naar decimale getallen
Schrijf als een decimaal getal.
253

Slide 22 - Slide

Van breuken naar decimale getallen
Schrijf als een decimaal getal.
253
=10012

Slide 23 - Slide

Van breuken naar decimale getallen
Schrijf als een decimaal getal.
253
=10012
=0,12

Slide 24 - Slide

Schrijf deze breuk
als decimaal getal
A
0,017
B
0,17
C
0,0017
D
17,1000

Slide 25 - Quiz

Zelfstandig werken
Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.
Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.
                 2. Overleg binnen je rij.
                 3. Vraag de docent.
Klaar? – Nakijken daarna maken uitdagende opdrachten.
Maken? – 9, 10, 13, 14, 15, 16, 17, 18
                     en 20, 21, 22, 23, 24, 25, 26

timer
5:00

Slide 26 - Slide

Hoe was je inzet?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Doelen
Aan het einde van deze les kan/weet jij...
... een deel van een hoeveelheid berekenen
... wat een decimaal getal is
... een breuk als een decimaal getal schrijven

Slide 28 - Slide

Begrijp je de leerdoelen en begrippen?
wist dit al
ja
bijna
een beetje
nog niet

Slide 29 - Poll

Bereken 4/7 van 28. Schrijf ook je tussenstappen op.

Slide 30 - Open question

1/5 is ...
A
0,1
B
0,2
C
0,3
D
0,4

Slide 31 - Quiz

Schrijf 4 3/10 als decimaal getal.
A
4,3
B
0,3
C
0,43
D
0,4

Slide 32 - Quiz