Toets Op reis naar verre streken BBL

DM1L
Wat gaan we doen
Herhalen H6
Afmaken 6.4
Klaar? Maken opdracht Classroom
Klaar? Leren voor de toets
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

DM1L
Wat gaan we doen
Herhalen H6
Afmaken 6.4
Klaar? Maken opdracht Classroom
Klaar? Leren voor de toets

Slide 1 - Slide

Noordelijk halfrond
Zuidelijk halfrond
De evenaar

Slide 2 - Drag question

Specerijen worden hier gemaakt.
Indonesiërs brengen het naar India
De Arabieren brengen het over de woestijn naar Alexandrië. 
De Arabieren kopen het van de Indonesiërs. 
De Arabieren verschepen de specerijen richting Egypte
De Arabieren verkopen het aan de Italianen. 
De Italianen brengen het naar Europa. 

Slide 3 - Drag question

Columbus wilde een snelle weg naar ___________ vinden.
A
Afrika
B
Amerika
C
Europa
D
Azië

Slide 4 - Quiz

Wie was Vasco da Gama en wat heeft hij ontdekt?

Slide 5 - Open question

Wie was Willem Barentz en wat welke route wilde hij uitproberen?

Slide 6 - Open question

Een van de grootste indianenvolken is de
A
Azteken
B
Indonesiërs
C
Egyptenaren
D
Cubanen

Slide 7 - Quiz

De koning van ________________________ stuurde na de ontdekking van Amerika veroveraars.
A
Nederland
B
Italië
C
Portugal
D
Spanje

Slide 8 - Quiz

Een reden dat de Spanjaarden van de Azteken wonnen, was dat ze paarden hadden, waardoor ze sneller waren. Noem een andere reden.

Slide 9 - Open question

Wat is de goede volgorde?
1.
2.
3.
4.
5.
De Spanjaarden bouwen plantages.

De Spanjaarden halen slaven uit Afrika.

Azteken moeten op de plantages werken.

Azteken sterven door Europese ziektes.

Cortes verovert het land van de Azteken

Slide 10 - Drag question

Afbeelding 1

Slide 11 - Slide

Bekijk afbeelding 1. Hoe heet de rode lijn?
A
Noordelijk halfrond
B
Zuidelijk halfrond
C
Evenaar
D
Het middelijk halfrond

Slide 12 - Quiz

Wij bevinden ons nu op het ...
A
Noordelijk halfrond
B
Zuidelijk halfrond

Slide 13 - Quiz

Het zuidelijk halfrond is groter dan het noordelijk halfrond
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Het klimaat vertelt ons, wat voor weer het morgen wordt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Wat is het verschil tussen het weer en het klimaat?

Slide 16 - Open question

Wind hoort bij...
A
Klimaat
B
Weer

Slide 17 - Quiz

Wat is het allerkoudste klimaat?
A
Zeeklimaat
B
Toendraklimaat
C
Poolklimaat
D
Landklimaat

Slide 18 - Quiz

Welk klimaat is afgebeeld?
A
Landklimaat
B
Gematigd zeeklimaat
C
Toendraklimaat
D
Steppeklimaat

Slide 19 - Quiz

Welk klimaat heeft Nederland?
A
Steppeklimaat
B
Landklimaat
C
Toendraklimaat
D
Zeeklimaat

Slide 20 - Quiz

Gematigde zone
Gematigde zone
Droge zone
Droge zone
Tropische zone
Koude  zone
Koude  zone

Slide 21 - Drag question

Een voorbeeld van neerslag is:
A
bewolking
B
zonneschijn
C
hagel
D
wind

Slide 22 - Quiz

Wat is juist?
A
Hoe verder van de evenaar af, hoe warmer het is
B
Hoe hoger je komt in de bergen, hoe warmer het is.
C
In de herfst worden de dagen korter en de nachten langer.
D
Zonnestralen schijnen recht op de noordpool.

Slide 23 - Quiz