3.5 Geloof, tolerantie en onderzoek

Schrijf het antwoord op de vragen op je wisbordje
a: Leg uit waarom de acte van navigatie nadelig was voor de Republiek.
b: Leg uit met gebieden en producten hoe de driehoekshandel in elkaar zit.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Schrijf het antwoord op de vragen op je wisbordje
a: Leg uit waarom de acte van navigatie nadelig was voor de Republiek.
b: Leg uit met gebieden en producten hoe de driehoekshandel in elkaar zit.

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Ik kan uitleggen hoe de vrijheid van denken tot de opkomst van wetenschap in de Nederlanden leidde.

Slide 2 - Slide

Geloof en tolerantie
  • Alleen calvinisten mochten bestuursfuncties hebben. Ook mochten alleen calvinisten kerken hebben, in het openbaar de diensten houden.
  • Je mocht wel privé je geloof belijden. 
  • Gevolg schuilkerken zoals 'Onze lieve heer op Solder' in Amsterdam. Deze schuilkerken waren er voor katholieken en andere protestantse stromingen. 
  • Republiek was godsdienstig tolerant: je werd hier niet vervolgd, gewetensvrijheid

Slide 3 - Slide

Tolerantie in Republiek en de Wetenschappelijke Revolutie.                          
  • Economische belangen: handelaren met kennis, geld, handelsnetwerken kun je hier goed gebruiken. 
  • Politiek belang tolerantie: eenheid in de Republiek.
  • Veel wetenschappers kwamen naar de Republiek=> hier mocht je alles onderzoeken, publiceren en je werd niet vervolgd.

Slide 4 - Slide

    • Gewone mensen kregen on de Republiek door de handel steeds meer belangstelling voor andere culturen en landen. Kunstenaars, geografen en biologen gingen in de nieuwe gebieden onderzoek doen. 
    •  Dit idee dat kunst realistisch moest zijn en dat je met je verstand onderzoek moet doen was niet nieuw. Dit gebeurde al eerder in de Renaissance genoemd.  Leonardo da Vinci voorbeeld hiervan.

    Slide 5 - Slide

    Leg uit waarom de Republiek zowel godsdienstig tolerant als intolerant kunt noemen.

    Slide 6 - Open question

    Te doen
    Maken werkboek par. 3.5 vragen Maken werkboek 81, 82, 83, 85, 87, 97.


    Leren 3.2, 3.3, 3.4+ begrippen en tijdlijn.
    Mag: maken succescriteria, flashcards/ 3.8 afsluiting/ zelftoets/ cornell schema/ 5w en h vragen/ zelf toetsvragen maken. 

    Slide 7 - Slide

    Schrijf het antwoord op de vraag op je wisbordje
    Leg uit waarom we de de Republiek zowel godsdienstig tolerant als intolerant kunnen noemen.

    Slide 8 - Slide

    Leerdoel
    Ik kan uitleggen hoe de vrijheid van denken tot de opkomst van wetenschap in de Nederlanden leidde.

    Slide 9 - Slide

    Spinoza
    • Kritiek van hem: Hij schreef een boek waarin hij beweerde dat de Bijbel door mensen bedacht en niet door God gedicteerd is. 
    • God is een deel van de natuur.  Je moet met je verstand, 'de ratio' de natuur onderzoeken, zo kom je dichtbij God en dit noemen wij het rationalisme. 
    • Gevolgen: De joodse rabijnen zetten hem uit de kerk en het Amsterdamse stadsbestuur verbande hem.  

    Slide 10 - Slide

    Christiaan Huygens en Antoni van Leeuwenhoek.
    • Veel uitvindingen: Antoni van Leeuwenhoek die bacteriën zag met de microscoop. Christiaan Huygens: 2 uitvindingen: telescoop slingeruurwerk.
    • Met de telescoop ontdekte Huygens  als eerste de ringen rond de planeet Saturnus=> door de lenzen steeds scherper te slijpen.  Hij probeerde een wetenschappelijke basis te vinden voor wat hij met zijn zelfgemaakte instrumenten ontdekte.

    Slide 11 - Slide

    a: Leg uit wat Spinoza bedoelde met het rationalisme.
    b: Leg uit waarom er kritiek kwam op Spinoza.

    Slide 12 - Open question

    Te doen.
    Bij niet af zet in je agenda wat nog moet, ook leerwerk!
    Maken werkboek par. 3.5 vragen Maken werkboek 81, 82, 83, 85, 87, 97.


    Leren 3.2, 3.3, 3.4+ begrippen en tijdlijn.
    Mag: maken succescriteria, flashcards/ 3.8 afsluiting/ zelftoets/ mindmaps/ cornell schema/
    zelf toetsvragen maken. 

    Slide 13 - Slide