13.2 Gaswisseling voorb

H13 Gaswisseling en uitscheiding
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

H13 Gaswisseling en uitscheiding

Slide 1 - Slide

Inhoud hoofdstuk
13.1 Ademen
13.2 Gaswisseling
13.3 Evenwicht
13.4 Nieren


Daarna nog: H14 Reageren (zenuwstelsel,zintuigen, hormonen)
Herhalen: H6 (Voeding, vertering en gezondheid)

Slide 2 - Slide

Doel en begrippen 13.2

Je leert hoe zuurstof en koolstofdioxide je lichaam in- en uitgaan en welke ademhalingsproblemen mensen kunnen hebben

longblaasjes, diffusie, gaswisseling, concentratieverschil, diffusieafstand, diffusieoppervlak, astma, COPD, chronische bronchitis, ademcentrum, pH, chemoreceptoren

Slide 3 - Slide

Bouw longblaasjes/ alveoli
BINAS 83A

Slide 4 - Slide

Hoeveel membranen passeert een Zuurstofdeeltje van longblaasje naar bloed?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Gaswisseling - diffusie
De gaswisseling vind plaatst door diffusie.
Kost geen energie - door verschil in concentratie.
BINAS 83A

Slide 7 - Slide

Optimale Gaswisseling
BINAS 83A
Door een kleine diffusieafstand verloopt de diffusie snel.

Slide 8 - Slide

Optimale Gaswisseling
BINAS 83A
De snelheid van diffusie is snel door
groot concentratieverschil:

- continue luchtverversing in longblaasjes door longventilatie 

- Bloedstroom langs de longblaasjes voert steeds nieuw O2-arm bloed aan.

Slide 9 - Slide

Optimale gaswisseling
BINAS 83A
De snelheid van diffusie is snel door
Groot diffusie oppervlak (longblaasjes 70-80 m2)

Slide 10 - Slide

Gaswisseling gaat langzamer als het oppervlak
A
toeneemt
B
afneemt

Slide 11 - Quiz

Gaswisseling gaat langzamer als de diffusieafstand
A
toeneemt
B
afneemt

Slide 12 - Quiz

Gaswisseling gaat langzamer als de longventilatie
A
toeneemt
B
afneemt

Slide 13 - Quiz

Noem de delen van de luchtwegen die samen de 'dode ruimte' vormen

Slide 14 - Open question

Een snorkel verbindt de mond via een pijp met de buitenlucht. Waardoor is met een snorkel de gaswisseling in de longen moeizamer?
A
De bloedstroom vertraagt onder water
B
De diffusieafstand is vergroot
C
De dode ruimte is groter
D
Er is een kleiner diffusieoppervlak

Slide 15 - Quiz

Gaswisseling bij aandoeningen
Astma: spiertjes rond de luchtwegen trekken samen. Luchtweg-ontsteking, slijmophoping: minder lucht bij de longblaasjes. Opgewekt door prikkelende stoffen. Niet continu.
COPD: verzamelnaam voor de ziekten longemfyseem en chronische bronchitis. Vaak veroorzaakt door roken.
Longemfyseem: kapotte longblaasjes en dichtgeklapte bronchiolen -> kleiner longoppervlak




                     


Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Welke factor verandert bij astma?
A
Diffusieoppervlak
B
Diffusieafstand
C
Concentratieverschil

Slide 18 - Quiz

Hoe werken medicijnen tegen astma?
A
maken bacteriën dood
B
remmen de ontstekingen
C
verslappen de spiertjes om de luchtwegen
D
vergroten de longblaasjes

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

Welke factor verandert wanneer longblaasjes stuk gaan bij longemfyseem?
A
Diffusieoppervlak
B
Diffusieafstand
C
Concentratieverschil

Slide 21 - Quiz

Ademprikkel
Het ademcentrum in hersenstam reageert op prikkels van het lichaam (chemoreceptoren in de wand aorta):

1. pH bloed: lage pH/ hoge zuurgraad: ademfrequentie en ademvolume moeten omhoog 

2. CO2-concentratie bloed: hoge CO2 concentratie: ademfrequentie en ademvolume moeten omhoog

Slide 22 - Slide

Ademprikkel
3. Zeer lage O2-concentratie bloed: lage O2 concentratie: ademfrequentie en ademvolume moeten omhoog

4. Hormonen (zoals adrenaline) beïnvloeden ook je ademcentrum.

Slide 23 - Slide

Welke onderwerpen wil je in de les bespreken?

Slide 24 - Open question